ECLI:NL:TACAKN:2016:53 Accountantskamer Zwolle 15/1963 Wtra AK

ECLI: ECLI:NL:TACAKN:2016:53
Datum uitspraak: 01-07-2016
Datum publicatie: 01-07-2016
Zaaknummer(s): 15/1963 Wtra AK
Onderwerp:
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie:   Klachten onvoldoende toegelicht en onderbouwd en handelen waarover wordt geklaagd door accountant gemotiveerd weersproken. Ongegrond.

ACCOUNTANTSKAMER

BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/1963 Wtra AK van 1 juli 2016 van

X1 B.V. ,

gevestigd te [plaats1],

X2 B.V. ,

gevestigd te [plaats2],

X3 B.V. ,

gevestigd te [plaats1],

alle vertegenwoordigd door [A],

K L A A G S T E R S ,

t e g e n

drs. Y ,

accountant-administratieconsulent,

kantoorhoudende te [plaats3],

B E T R O K K E N E .

1.         Het verloop van de procedure

1.1       De Accountantskamer heeft kennisgenomen van de in deze zaak gewisselde en aan partijen bekende stukken, waaronder:

-        het op 16 september 2015 ingekomen klaagschrift van 31 augustus 2015;

-        de bij brief van 5 oktober 2015, ingekomen op 6 oktober 2015, ingezonden stukken ter onderbouwing van de klacht;

-        het op 2 november 2015 ingekomen verweerschrift van 30 oktober 2015 met bijlagen;

-        het e-mailbericht van klaagsters van 12 juni 2016.

1.2       De Accountantskamer heeft de klacht behandeld ter openbare zitting van 13 juni 2016 waar alleen betrokkene in persoon is verschenen. De gemachtigde van klaagsters, [A] (hierna: [A]), heeft in het e-mailbericht van 12 juni 2016 laten weten dat zij vanwege ziekte niet zal verschijnen en zich ook niet zal laten vertegenwoordigen, maar dat zij geen bezwaar heeft tegen de behandeling van de klacht ter zitting. In dit bericht heeft de Accountantskamer geen aanleiding gezien om de behandeling aan te houden.

1.3       Betrokkene heeft op genoemde zitting haar standpunten toegelicht en geantwoord op vragen van de Accountantskamer.

2.         De vaststaande feiten

Op grond van de inhoud van de gedingstukken en aan de hand van het verhandelde ter zitting stelt de Accountantskamer het volgende vast.

2.1       Betrokkene is verbonden aan [B] Accountant en Administratie B.V. te [plaats3].

Sedert maart 2014 heeft dit kantoor diverse accountantswerkzaamheden voor klaagsters verricht. In een e-mailbericht van 17 maart 2014 aan [A], heeft betrokkene de volgende opsomming van de met klaagsters gemaakte afspraken gegeven:

-        samenstellen jaarrekeningen, aangiften vennootschapsbelasting en opstellen van publicatiestukken voor drie vennootschappen;

-        aangifte inkomstenbelasting voor [A] privé en voor eventuele fiscale partner;

-        verstrekken van tussentijdse indicatie van resultaten;

-        voeren van fysiek overleg, twee tot drie keer per jaar;

-        opstellen van een brief voor de bank ten aanzien van gebeurtenissen in het afgelopen jaar en van de verwachtingen voor 2014;

-        wijzigen van het correspondentieadres bij de belastingdienst;

-        verhangen van aandelen van “[X2] B.V.” onder de holding;

-        ongevraagd adviseren en inspelen op actualiteiten.

2.2       In een e-mailbericht van 4 mei 2015 heeft [A] aan betrokkene laten weten dat zij de opdracht met ingang van 1 juni 2015 beëindigt teneinde over te stappen naar een accountant in haar nabije omgeving. Daarin heeft zij betrokkene tevens gevraagd om back-ups van Accountview tot 1 juni 2015, om de cijfers van de vennootschappen en om  informatie over de termijn voor de uitstelregeling bij de belastingdienst. Ook heeft zij verzocht alle “fysieke mappen” te retourneren. Aan deze verzoeken heeft betrokkene voldaan.

2.3       Concepten van twee jaarrekeningen over 2014 zijn op 4 juni 2015 naar klaagsters gezonden. Sedertdien hebben [A] en betrokkene in e-mailberichten gecorrespondeerd over (in het bijzonder) de door [A] verzochte aanpassingen in die concepten. Op 22 juni 2015 heeft betrokkene [A] op haar verzoek twee activastaten doen toekomen. In een e-mailbericht van 22 juni 2015 en in een e-mailbericht van 7 juli 2015 aan [A] heeft betrokkene de verwerking van een aantal posten in de hiervoor bedoelde concepten toegelicht en haar meegedeeld dat zij hiermee het dossier sluit, en het hierbij wil laten.

3.         De klacht

3.1       Ten grondslag aan de door klaagstersingediende klacht liggen, zoals blijkt uit het klaagschrift, de hierna weergegeven verwijten.

1.     Ondanks herhaalde verzoeken heeft betrokkene nooit een tussentijdse indicatie van de resultaten aangeleverd.

2.     De te verrichten werkzaamheden betreffende het samenstellen van de jaarrekeningen van de drie vennootschappen, de aangiftes vennootschapsbelasting voor de drie vennootschappen, het opstellen van de publicatiestukken voor de drie vennootschappen en de aangiftes inkomstenbelasting voor de directie in privé en voor een eventuele fiscale partner zijn slechts éénmaal, voor 2013, uitgevoerd.

3.     Het overeengekomen fysiek overleg van twee tot drie keer per jaar heeft ondanks herhaalde verzoeken slechts eenmaal plaatsgevonden. Betrokkene heeft geweigerd te komen.

4.     Het verhangen van de aandelen van [X2] B.V. onder [X3] B.V. is niet gebeurd.

5.     De overeengekomen ongevraagde advisering en inspelen op de actualiteiten heeft nooit plaatsgevonden.

6.     Betrokkene verschuilt zich wat betreft de jaarrekeningen over 2014 achter de voormalige boekhouder van klaagsters die fouten zou hebben gemaakt in de jaarrekeningen over 2013.

7.     De activastaten van 2013 en 2014 ontbreken en betrokkene weigert deze te verstrekken.

8.     Betrokkene heeft bij het samenstellen zonder overleg zaken waarvoor zij geen grootboekrekening kon vinden, geboekt in de rekening-courant van de directie van klaagsters.

9.     De concept jaarrekeningen over 2014 zijn niet betrouwbaar en geven een verkeerd beeld waardoor het niet duidelijk is hoe de vennootschappen ervoor staan.

10.  Betrokkene vindt dat onjuist geboekte posten in de jaarrekeningen over 2014 hersteld moeten worden door de nieuwe boekhouder terwijl klaagsters betrokkene daarvoor hebben betaald.

11.  Betrokkene is telefonisch niet bereikbaar. 

12.  Op vragen die per e-mail gesteld worden, wordt nauwelijks gereageerd.

4.         De gronden van de beslissing

Omtrent de klacht en het daartegen gevoerde verweer overweegt de Accountantskamer het volgende. 

4.1       Op grond van artikel 42 van de Wet op het accountantsberoep (hierna: Wab) is de accountant ten aanzien van de uitoefening van zijn beroep onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met het bij of krachtens de Wab bepaalde en ter zake van enig ander handelen of nalaten in strijd met het belang van een goede uitoefening van het accountantsberoep.

4.2       Het handelen en/of nalaten waarop de klacht betrekking heeft, moet, nu dit plaatshad ná 4 januari 2014, worden getoetst aan de sindsdien geldende Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA).

4.3       Daarbij stelt de Accountantskamer voorop dat het in een tuchtprocedure als de onderhavige in beginsel aan klaagsters is om feiten en omstandigheden te stellen en - in geval van (gemotiveerde) betwisting - aannemelijk te maken, die tot het oordeel kunnen leiden dat de betrokken accountant tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.

4.4       Klaagsters hebben bij de onder 1.1 vermelde brief van 5 oktober 2015 een pakket stukken met bijlagen overgelegd, maar daarin niet verwezen naar (passages in) die stukken waarin de onder 3.1 weergegeven verwijten worden toegelicht en onderbouwd. Bij de stukken hebben zij een indeling gevoegd van de correspondentie die zij overleggen (in: gemaakte afspraken, (concept) jaarrekening 2014, beëindigen correspondentie, afsluiting dossier, aangiftes en activastaten, niet reageren op telefonische vragen/afspraken, betalingsverschillen en verzoeken om maandelijkse overzichten debiteuren) en een indeling van de bijlagen (in: inzicht personeelskosten, rekening-courant/vordering op directie, activastaten, privéboeking, geconstateerde fouten door het huidige administratiekantoor ten opzichte van de jaarrekening, overzicht betalingsverschillen, betaalde facturen in verband met herstellen jaarwerk 2013,  en mailwisseling in verband met het aanleveren van bankgegevens),  maar ook met die indeling valt uit de overgelegde stukken en de bijlagen niet (voldoende) duidelijk op te maken waar een klachtonderdeel wordt toegelicht en onderbouwd.

4.5       Betrokkene heeft in het verweerschrift het handelen waarop de klachtonderdelen zien, gemotiveerd weersproken. Gelet daarop en op de gebrekkige onderbouwing van de klachtonderdelen hebben klaagsters naar het oordeel van de Accountantskamer dan ook onvoldoende duidelijk gemaakt op grond waarvantot een precieze en aannemelijke grondslag voor enig aan betrokkene te maken tuchtrechtelijk verwijt kan worden geconcludeerd.

4.6       De klacht dient - in al haar onderdelen- dan ook ongegrond te worden verklaard. Daarom wordt als volgt beslist.

5.         Beslissing

De Accountantskamer:

·       verklaart de klacht ongegrond.

Aldus beslist door mr. M.J. van Lee, voorzitter, mr. C.H. de Haan en mr. W.J.B. Cornelissen (rechterlijke leden) en drs. W.J. Schoonderbeek RA en A.M.H. Homminga AA (accountantsleden), in aanwezigheid van mr. G.A. Genee, secretaris, en uitgesproken in het openbaar op 1 juli 2016.

_________                                                                                          __________

secretaris                                                                                            voorzitter

Deze uitspraak is aan partijen verzonden op:_____________________________

Ingevolge artikel 43 Wtra kan tegen deze uitspraak binnen 6 weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld door middel van het indienen van een beroepschrift bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (adres: Postbus 20021, 2500 EA  Den Haag). Het beroepschrift dient te zijn ondertekend en de gronden van het beroep te bevatten.