ECLI:NL:TGDKG:2015:73 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet254.2015

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2015:73
Datum uitspraak: 28-04-2015
Datum publicatie: 26-06-2015
Zaaknummer(s): GDWverzet254.2015
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzet niet tijdig gedaan. Niet-ontvankelijk.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 28 april 2015 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beschikking van 10 februari 2015 met zaaknummer 394.2014 en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer 254.2015 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klaagster,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigden: [     ].

1. Ontstaan en verloop van de procedure

-           Bij brief met bijlagen, ingekomen op 4 juni 2014, heeft klaagster een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder.

-           Bij verweerschrift, ingekomen op 7 juli 2014, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.

-           Bij beslissing van 10 februari 2015 heeft de voorzitter de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. Klaagster is een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden bij brief van 25 februari 2015.

-           Bij brief, ingekomen op 12 maart 2015, heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

-           Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 28 april 2015 alwaar de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder is verschenen. Van de behandeling ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

2.1 Tegen een beslissing van de voorzitter tot afwijzing van de klacht kan een klager op grond van artikel 39, eerste lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet, binnen veertien dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving als bedoeld in dit artikel, verzet doen bij de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders.

2.2 Klaagster heeft het verzet tegen voormelde beschikking van de voorzitter niet tijdig ingesteld, namelijk niet binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beschikking van de voorzitter. Niet is gebleken van omstandigheden die de termijnoverschrijding verschoonbaar doen zijn, zodat klaagster in haar verzet niet kan worden ontvangen.

2.3 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart klaagster niet-ontvankelijk in haar verzet.

Aldus gegeven door mr. C.W. Inden, voorzitter, en mr. M.S.F. Voskens en M.W. de Ruijter, leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 28 april 2015, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 39, lid 4, van de Gerechtsdeurwaarderswet geen rechtsmiddel open.