ECLI:NL:TDIVTC:2015:35 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2014/18

ECLI: ECLI:NL:TDIVTC:2015:35
Datum uitspraak: 23-04-2015
Datum publicatie: 24-07-2015
Zaaknummer(s): 2014/18
Onderwerp: Paarden
Beslissingen: Gegrond met berisping
Inhoudsindicatie: Beklaagde snijdt bij operaties van twee veulens terzake een standsafwijking aan de voorbenen in plaats van de checkligamenten abusievelijk de interosseuspezen door. Vermijdbare kunstfout. Gegrond, berisping.

Uitspraak in de zaak van   

X,  klager,    

tegen

Y,   beklaagde.

1. DE PROCEDURE

Het college heeft kennisgenomen van het klaagschrift, het verweerschrift, waarna is gerepliceerd en gedupliceerd. Bij de mondelinge behandeling is alleen klager verschenen.  

2. DE KLACHT

Beklaagde wordt verweten dat hij bij operaties van twee veulens van klager ter zake een standsafwijking aan de voorbenen in plaats van de checkligamenten de interosseuspezen heeft doorgesneden, waardoor onherstelbare schade is veroorzaakt.

3. DE VOORGESCHIEDENIS

3.1. De zaak heeft betrekking op twee paarden van klager, een merrieveulen genaamd I., geboren op 17 maart 2013, en een hengstveulen genaamd X, geboren op 26 maart 2013.

3.2. Op 10 juli 2013 zijn beide veulens in verband met een zichtbare standsafwijking voor onderzoek bij beklaagde aangeboden. Uit de stukken heeft het college afgeleid dat beklaagde bij het merrieveulen aan beide voorbenen een graad 1 contractuur heeft vastgesteld en ten aanzien van dit veulen in eerste instantie heeft gekozen voor een conservatieve behandeling, bestaande uit het bekappen van de ondervoeten, toepassing van pijnstillende medicatie en het advies tot gecontroleerde beweging voor een periode van 2 weken.

3.3. Ten aanzien van het hengstveulen werd vastgesteld dat er linksvoor sprake was van een graad 2 contractuur van de ondervoet, en rechtsvoor van een graad 1 contractuur. Gezien de gradatie en ernst van de aandoening werd ten aanzien van dit veulen besloten tot een operatie, met de bedoeling aan beide benen een correctie (desmotomie) van het distale checkligament uit te voeren. Deze operatie is op 11 juli 2013 door beklaagde uitgevoerd.  

3.4. Omdat bij het andere (merrie)veulen de conservatieve behandeling bij controle onvoldoende resultaat bood, werd besloten om ook bij dit veulen tot chirurgisch ingrijpen over te gaan, met de bedoeling aan beide benen ook desmotomie van het distale checkligament uit te voeren. Deze operatie is op 27 juli 2013 door beklaagde verricht.

3.5. Na de operatie hebben beide veulens conform de door beklaagde gegeven instructies 2 weken boxrust gehad, is met ze aan de hand gestapt en hebben ze een maand in de paddock verbleven alvorens ze weer de weide in zijn gegaan. De wondgenezing verliep op zichzelf goed, maar klager signaleerde na verloop van tijd dat de stand van de voorbenen bij beide veulens niet in orde leek.

3.6. Op 19 september 2013 heeft klager de veulens opnieuw ter onderzoek aangeboden op de praktijk van beklaagde. Aldaar zijn de veulens klinisch en röntgenologisch beoordeeld door een collega van beklaagde, die vaststelde dat er bij beide veulens sprake was van hyperextensie van de kogelgewrichten, gecombineerd met een aanhoudende contractuur van de diepe buigpezen. Daarbij werd geconstateerd dat sprake was van een geprononceerde stand van de ondervoet door subluxatie van het kroongewricht. Vervolgens is echografisch onderzoek verricht, waarbij ten aanzien van beide veulens bleek dat de checkligamenten nog intact waren en dat ter hoogte van de tendo interosseus pezen littekenweefsel met een duidelijke horizontale scheidingslijn ter hoogte van de incisieplaats aanwezig was.

3.7. Op basis van het nader onderzoek is door beklaagde en zijn collega geconcludeerd dat er bij de operaties fouten zijn gemaakt, in die zin dat niet de checkligamenten maar de interosseuspezen zijn doorgesneden. De hierdoor ontstane schade, een ernstige standsafwijking, was onherstelbaar. Het college heeft uit de stukken begrepen dat beide veulens zijn geëuthanaseerd.

4. HET VERWEER   

Beklaagde heeft op de klacht gereageerd en in zijn verweerschrift uitleg over de gang van zaken gegeven.  

5. DE BEOORDELING

5.1. In het geding is of beklaagde tekort is geschoten in de zorg die hij als dierenarts had behoren te betrachten ten opzichte van de veulens van klager, met betrekking tot welke dieren zijn hulp was ingeroepen.

5.2. Niet in geschil is dat beklaagde de beide veulens in verband met een zichtbare standsafwijking heeft geopereerd en daarbij in plaats van de checkligamenten de interosseuspezen (diepe buigpezen) van de voorbenen heeft doorgesneden. Als gevolg hiervan is bij beide veulens een zodanig ernstige en niet meer te corrigeren standsafwijking ontstaan, dat de veulens onbruikbaar werden voor het doel waarvoor ze werden gefokt (rijpaard).

5.3. Hoewel er vanuit wordt gegaan dat de fouten abusievelijk zijn begaan, hadden deze naar het oordeel van het college voorkomen kunnen worden. Beklaagde heeft erkend verkeerd te hebben gehandeld en er kan geen misverstand over bestaan dat hier sprake is geweest van foutief veterinair handelen met ernstige gevolgen. Er zijn verder naar het oordeel van het college geen omstandigheden aangevoerd die ter verontschuldiging of als verzachtend zouden kunnen gelden. Aan het vorenstaande doet niet af dat beklaagde heeft gesteld nadien veel tijd heeft gestoken in literatuurstudie, anatomie en gesprekken met vakgenoten om herhaling voor de toekomst te voorkomen.

5.4. Uit het voorgaande volgt dat de klacht gegrond is. Het college acht het opleggen van na te melden maatregel passend en geboden.

6. DE BESLISSING   

Het college:

verklaart de klacht gegrond;

geeft beklaagde daarvoor een berisping, als bedoeld in artikel 8.31, eerste lid, onderdeel b, van de Wet dieren.   Aldus vastgesteld te ’s-Gravenhage door mr. G.J. van Muijen, voorzitter, en door de leden  drs. M. Lockhorst, drs. A. van der Bas, drs. G.P. Hofland en drs. J.A.M. van Gils , in tegenwoordigheid van mr. J.B.M. Keijzers, secretaris.

Uitgesproken in het openbaar op 23 april 2015 door mr. G.J. van Muijen, in tegenwoordigheid van mr. J.B.M. Keijzers, secretaris.