ECLI:NL:TGDKG:2014:58 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW655.2012

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2014:58
Datum uitspraak: 01-04-2014
Datum publicatie: 23-05-2014
Zaaknummer(s): GDW655.2012
Onderwerp: Financieel toezicht
Beslissingen: Ontzetting uit het ambt
Inhoudsindicatie: Gerechtsdeurwaarder is bij eerdere onherroepelijke beslissing van de Kamer veroordeeld tot betaling van een geldboete. Omdat de gerechtsdeurwaarder nergens meer op reageert heeft de Kamer toepassing gegeven aan het bepaalde in artikel 43 lid 5 van de Gerechtsdeurwaarderswet en ontzet de gerechtsdeurwaarder uit het ambt. Zie ook zaaknummer 1046.2013 uitspraak eveneens 1 april 2014. Zelfde maatregel opgelegd tegen zelfde gerechtsdeurwaarder in verband met klacht van de beroepsorganisatie dat hij geen kantoor houdt in zijn vestigingsplaats.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beschikking van 1 april 2014 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 655.2012 van:

BUREAU FINANCIEEL TOEZICHT,

gevestigd te Utrecht,

klager,

gemachtigden: [     ],

tegen

[     ],

gerechtsdeurwaarder, voorheen gevestigd te [     ],

beklaagde.

1. Verloop van de procedure

Bij beschikking van 19 maart 2013 heeft de Kamer de door klager tegen de gerechtsdeurwaarder ingediende klacht gegrond verklaard en aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van een geldboete van € 3.900,00 opgelegd.

De beschikking en het proces-verbaal zijn bij brief van 20 maart 2013 aan het toenmalige kantoor van de gerechtsdeurwaarder toegestuurd.

De beslissing is onherroepelijk geworden.

Bij aangetekende brieven van 21 en 28 juni 2013 is de brief met toelichting over de wijze waarop de boete diende te worden voldaan toegestuurd naar het post- en gewone adres van het voormalige kantoor van de gerechtsdeurwaarder.

Vervolgens is een factuur voor het voldoen van de boete gestuurd aan het postadres van het toenmalige kantoor van de gerechtsdeurwaarder met als vervaldatum 29 juli 2013. Op 13 augustus 2013 is een aanmaning verstuurd met als betaaltermijn 30 dagen.

In verband met het niet voldoen van de boete is de gerechtsdeurwaarder op 11 oktober 2013 opgeroepen tegen de zitting van 19 november 2013 om te worden gehoord op grond van artikel 43 lid 5 van de Gerechtsdeurwaarderswet. Op die zitting is de gerechtsdeurwaarder niet verschenen. Van die zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

Ter uitvoering van hetgeen de Kamer op die zitting heeft besloten is een afschrift van het proces-verbaal van de zitting van 19 november 2013, voorzien van een kopie van de factuur voor het voldoen van de boete en een uittreksel van de gemeentelijke basisadministratie in handen gesteld van het bestuur van de KBvG met het verzoek deze stukken bij deurwaardersexploot te laten betekenen aan het privéadres van de gerechtsdeurwaarder. Het proces-verbaal en de factuur is bij exploot op 15 januari 2014 aan het privéadres van de gerechtsdeurwaarder betekend. Van deze betekening en de verklaring die door de gerechtsdeurwaarder bij de betekening is afgelegd is door de exploiterende gerechtsdeurwaarder op 15 januari 2014 een proces-verbaal van bevindingen opgemaakt.

De gerechtsdeurwaarder heeft geen gebruik gemaakt van de bij de betekening aan hem geboden gelegenheid om binnen 30 dagen te laten weten dat hij wenst te worden gehoord. Hij heeft evenmin de geldboete voldaan.

Vervolgens is de zaak pro forma verwezen naar de zitting van 18 februari 2014. De uitspraak is bepaald op 1 april 2014.

2. De nadere beoordeling

Volgens na de behandeling op 18 februari 2014 van het Landelijk dienstencentrum verkregen informatie heeft de gerechtsdeurwaarder de boete nog steeds niet voldaan en daarmee niet binnen de daartoe gestelde termijnen betaald. Hij is daartoe ruimschoots in de gelegenheid gesteld. Aan alle vereisten van artikel 43 lid 5 van de Gerechtsdeurwaarderswet is derhalve voldaan. De Kamer is van oordeel dat oplegging van na te melden maatregel de enig passende is.

3. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-                     ontzet de gerechtsdeurwaarder uit zijn ambt welke maatregel van kracht wordt op een na het onherroepelijk worden van deze beslissing per aangetekende brief aan de gerechtsdeurwaarder door de Kamer mee te delen datum.

Aldus gegeven door mr. E.R.S.M. Marres, voorzitter, mr. A. Sissing en mr. J.J.L. Boudewijn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 1 april 2014 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.