ECLI:NL:TNOKSHE:2013:YC0916 Kamer van toezicht 's-Hertogenbosch Kln.12.20

ECLI: ECLI:NL:TNOKSHE:2013:YC0916
Datum uitspraak: 18-02-2013
Datum publicatie: 19-02-2013
Zaaknummer(s): Kln.12.20
Onderwerp: Personen- en Familierecht
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie: Ongegronde klacht. In een civiele procedure tussen klager en de notaris is bij de conclusie van antwoord een brief ingebracht. Klager is van mening dat daaruit blijkt dat de notaris de kamer van toezicht en het gerechtshof om te tuin heeft willen leiden in een eerdere klachtprocedure bij de kamer van toezicht. De beoordeling van de ingebrachte stukken is aan de civiele rechter. De klacht is ongegrond.

KLN 12.20

18 februari 2013

DE KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN IN HET ARRONDISSEMENT 's-HERTOGENBOSCH

neemt de volgende beslissing op de klacht van de heer […], hierna te noemen klager, tegen de heer mr. […], notaris te […], hierna te noemen de notaris.

1. De procedure

1.1              Op 19 september 2012 heeft klager de klacht (met bijlagen) tegen de notaris geformuleerd.

1.2              De plaatsvervangend voorzitter van de kamer van toezicht heeft de zaak verwezen naar de volle kamer.

1.3              De kamer van toezicht heeft de klacht behandeld ter openbare vergadering van 20 december 2012. Klager is verschenen. De notaris is niet bij de behandeling aanwezig.

2. De feiten

2.1       Klager is een civiele procedure gestart tegen de notaris. In deze procedure heeft mr. J.J.F.A. Ligthart een Conclusie van Antwoord in Vrijwaring opgesteld. Klager verwijst in zijn klacht naar deze conclusie.

3. De klacht en het verweer daartegen

3.1       Klager stelt, zakelijk weergegeven, het volgende.

                                                In de Conclusie van Antwoord in Vrijwaring wordt als bijlage ingebracht correspondentie van de moeder van klager en haar gevolmachtigden met de notaris. Hieronder bevond zich tevens een brief van 15 mei 2008 die klager niet eerder in zijn bezit had. Uit deze brief blijkt naar de mening van klager duidelijk dat de eerste opvatting van de notaris was dat de netto verkoopopbrengst op de derdengeldrekening zou moeten blijven staan, want de schrijver van voornoemde brief vraagt de notaris om schriftelijke bewijsstukken waaruit onomstotelijk blijkt dat de verkoopopbrengst “in depot” en “tot nader order” dient te blijven staan. Klager concludeert hieruit dat de notaris de kamer van toezicht eerder om de tuin heeft willen leiden en het gerechtshof heeft misleid. Dit gedrag is een notaris onwaardig en is in strijd met de zorgplicht als bedoeld in artikel 17 van de Wet op het notarisambt.

3.2       De notaris heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om schriftelijk op de klacht te reageren en heeft evenmin gebruik gemaakt zijn standpunt bij de behandeling van de klacht kenbaar te maken.

4.  De beoordeling

4.1       Klager heeft de onderhavige klacht tegen de notaris ingediend op grond van argumentatie die is ingebracht in een civiele procedure tussen klager en de notaris. Het staat de notaris vrij om in een civiele procedure een standpunt in te nemen en dat standpunt te verdedigen. De beoordeling van dat standpunt in de civiele procedure is aan de civiele rechter. Het gegeven dat klager het niet eens is met het door de notaris ingenomen standpunt maakt op zichzelf nog niet dat de notaris klachtwaardig zou hebben gehandeld. Feiten of omstandigheden die dit anders maken zijn niet gebleken en evenmin door klager onderbouwd. De kamer van toezicht is aldus van oordeel dat niet is gebleken van bewuste misleiding of bewuste veronachtzaming van de belangen van klager, zodat de klacht ongegrond wordt verklaard.

5. De beslissing

De kamer van toezicht:

verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven te 's-Hertogenbosch door mr. J.P.M. van der Ham, plaatsvervangend voorzitter,

mr. M.A.M. Kessels, mr. M.H.G. Giesbers, leden, mr. H.G. Robers en mr. G.H.M.H. Pooters, plaatsvervangende leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 februari 2013,

in tegenwoordigheid van de secretaris.

Hoger beroep tegen vorenstaande beslissing is mogelijk door indiening van een verzoekschrift ‑ binnen dertig dagen na dagtekening van het aangetekend schrijven waarbij van deze beslissing is kennis gegeven - bij het gerechtshof te Amsterdam, postadres: postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.