ECLI:NL:TNOKSHE:2013:9 Kamer van toezicht 's-Hertogenbosch SHE/2013/3
ECLI: | ECLI:NL:TNOKSHE:2013:9 |
---|---|
Datum uitspraak: | 16-09-2013 |
Datum publicatie: | 16-09-2013 |
Zaaknummer(s): | SHE/2013/3 |
Onderwerp: | Registergoed |
Beslissingen: | Klacht ongegrond |
Inhoudsindicatie: | Ongegronde klacht. De notaris B heeft zich laten waarnemen door notaris A. Handelingen van notaris A kunnen notaris B niet worden verweten. Notaris A wordt verweten onvoldoende onderzoek te hebben verricht bij het passeren van de akte van levering van een pand. Notaris A heeft de gebruikelijke recherche verricht en is niet gestuit op een niet in de openbare registers van het Kadaster ingeschreven koopovereenkomst tussen klaagster en een eerdere verkoper van het pand. De notaris A valt geen tuchtrechtelijk verwijt te maken. |
SHE/2013/3
16 september 2013
DE KAMER VOOR HET NOTARIAAT in het ressort 's-Hertogenbosch
De kamer voor het notariaat (verder: de kamer) neemt de volgende beslissing op de klacht van […] (hierna te noemen klaagster), tegen notaris mr. […], notaris te […], (hierna te noemen notaris [A]) en notaris mr. […], notaris te […] (hierna te noemen notaris [B]).
1. De procedure
1.1. Namens klaagster heeft de heer […] op 27 december 2012 een klacht geformuleerd tegen notaris [A] en notaris [B]. De kamer heeft deze klacht ontvangen op 4 januari 2013.
1.2. Notaris [A] en notaris [B] hebben gezamenlijk bij brief van 23 januari 2013 op de klacht gereageerd.
1.3. Namens klaagster heeft de heer […] op 13 februari 2013 gerepliceerd.
1.4. Bij brief van 12 maart 2013, ingekomen bij de kamer op 13 maart 2013, hebben notaris [A] en notaris [B] gezamenlijk gedupliceerd.
1.5. De plaatsvervangend voorzitter van de kamer heeft de zaak verwezen naar de volle kamer.
1.6. De kamer heeft de klacht behandeld ter openbare vergadering van 19 augustus 2013. Namens klaagster is de heer […] verschenen. Notaris [A] is eveneens verschenen. Notaris [B] is, hoewel hiertoe behoorlijk opgeroepen, niet verschenen.
2. De feiten
2.1. Notaris [A] heeft als waarnemer van notaris [B] op [datum] 2012 in de zogenaamde registerverklaring de verklaring in de zin van artikel 7:3 lid 6 Burgerlijk Wetboek (BW) opgenomen en is de op [datum] 2012 gedateerde koopovereenkomst tussen de verkopende partij […] en […] en de kopers […] en […] aangaande het perceel [adres] te […], voor een bedrag van € [bedrag] kosten koper ingeschreven in de openbare registers op grond van artikel 7:3 BW en/of artikel 10 lid 3 Wet Voorkeursrecht Gemeenten. De akte van levering is gepasseerd op [datum] 2012.
3. De klacht en het verweer daartegen
3.1. Klaagster stelt, zakelijk weergegeven, het volgende.
De notarissen hebben onzorgvuldig gehandeld. De notarissen hebben nagelaten na te gaan of het pand aan de [adres] te […] vrij van gebruiksrechten en geheel ontruimd was. Verkopers […] en […] waren niet bevoegd tot de verkoop van het pand, omdat […] hiervan eigenaar is. […] heeft op deze locatie haar bedrijf gevestigd, blijkens het uittreksel van de Kamer van Koophandel.
Klaagster stelt dat […] eigenaar is van het verkochte op grond van een koopovereenkomst tussen de inmiddels overleden heer […], verkopende partij, en […] als koper. De kopers staan voor [stichting]. De koopprijs bedroeg € [bedrag] en de koopovereenkomst is getekend op [datum] 2009 te […]. De koopovereenkomst is opgemaakt met medewerking van de notarissen […] en […]. Door omstandigheden is de koopovereenkomst nimmer ingeschreven in de notariële (de kamer begrijpt kadastrale) registers. Dit hadden de notarissen wel kunnen en moeten weten, immers zij hebben contact gehad met de notarissen […] en […]. Door onvoldoende onderzoek te verrichten hebben de notarissen klachtwaardig gehandeld.
3.2. De notaris stelt, zakelijk weergegeven, het volgende.
Notaris [B] is van mening dat de klacht tegen hem ongegrond is. Notaris [B] heeft als waargenomen notaris geen enkele bemoeienis met de betreffende akte van levering gehad. Als waargenomen notaris was hij immers niet bevoegd te handelen.
Notaris [A] stelt dat klaagster niet-ontvankelijk is in haar klacht, omdat zij niet als belanghebbende was betrokken bij de bedoelde akte van levering.
Voorts stelt notaris [A] dat hij voorafgaand aan de akte van levering de gebruikelijke recherche heeft verricht. Daaruit zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die maakten dat hij zijn ministerie had kunnen of moeten weigeren. De koopovereenkomst waarop klaagster zich beroept was niet ingeschreven in het Kadaster en voor de notaris niet zichtbaar in de openbare registers. Notaris [A] stelt dat hem in deze zaak geen enkel tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt, zodat de klacht ongegrond dient te worden verklaard.
4. De beoordeling
4.1 De kamer is anders dan de notaris van oordeel dat klaagster als belanghebbende kan worden aangemerkt en verklaart klaagster ontvankelijk in haar klacht.
4.2 De kamer is van oordeel dat de klacht tegen notaris [B] ongegrond dient te worden verklaard. Hij heeft als waargenomen notaris geen enkele betrokkenheid gehad bij het passeren van de akte van levering.
4.3 De kamer heeft kennis genomen van de door klaagster overgelegde koopovereenkomst [adres], tussen […] en […] en […] getekend te […] op [datum] 2009. Deze koopovereenkomst is nimmer ingeschreven in de openbare registers. Noch heeft deze koopovereenkomst geleid tot levering van het woonhuis met aanhorigheden aan de in deze koopovereenkomst genoemde kopers. Klaagster is er vanuit gegaan dat met het opstellen van deze koopovereenkomst ook de eigendom van het registergoed werd verkregen. Dit is echter niet het geval, omdat het registergoed nimmer is geleverd. Deze koopovereenkomst was niet kenbaar voor een ieder nu deze - om welke reden dan ook - niet is ingeschreven in de openbare registers van het Kadaster. Hieruit volgt dat notaris [A] bij de door hem verrichte recherche niet is gestuit op deze koopovereenkomst, zodat hij daar geen kennis van had kunnen nemen.
4.4 Klaagster verwijt de notarissen dat zij onvoldoende hebben onderzocht of het perceel aan de [adres] te […] vrij van huur dan wel van onderhuur was. De kamer overweegt hiertoe dat omtrent het perceel een verklaring is opgemaakt betreffende de staat van het pand. In deze verklaring wordt onder meer beschreven dat in het pand resten van een wietkwekerij zijn aangetroffen. Hierin wordt met geen woord geschreven over mogelijke huurders van het pand. Ook overigens waren op dat moment geen aanwijzingen waardoor notaris [A] had moeten kunnen vermoeden dat de door klaagster veronderstelde huurovereenkomsten zouden bestaan.
4.5 Uit de stukken en het verhandelde ter zitting is niet gebleken dat notaris [A] onvoldoende heeft gerechercheerd naar mogelijke huurders of naar het bestaan van een andere koopovereenkomst. De kamer verklaart de klacht tegen notaris [A] ongegrond.
5. De beslissing
de kamer voor het notariaat:
verklaart de klacht tegen notaris [B] ongegrond;
verklaart de klacht tegen notaris [A] ongegrond.
Aldus gegeven te 's-Hertogenbosch door mr. W.M. Weerkamp, plaatsvervangend voorzitter,
mr. J.L.G.M. Mertens, mr. L.J.M. Teunissen, mr. J.J.G.M. Kuijpers, leden, mr. J.H.L.M. Snijders, plaatsvervangend lid, en uitgesproken ter openbare zitting van 16 september 2013, in tegenwoordigheid van de secretaris.
Hoger beroep tegen vorenstaande beslissing is mogelijk door indiening van een verzoekschrift - binnen dertig dagen na dagtekening van het aangetekend schrijven waarbij van deze beslissing is kennis gegeven - bij het gerechtshof te Amsterdam, postadres: postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.