ECLI:NL:TNOKARN:2013:8 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2012/26

ECLI: ECLI:NL:TNOKARN:2013:8
Datum uitspraak: 11-04-2013
Datum publicatie: 25-07-2013
Zaaknummer(s): 07.831/2012/26
Onderwerp: Overig
Beslissingen: Verzet ongegrond
Inhoudsindicatie: Verzet. De klacht is door de voorzitter kennelijk niet-ontvankelijk verklaard omdat klagers in september 2012 over een akte uit september 1993, en aldus te laat, hebben geklaagd. In verzet stellen klagers dat zij zich eerst door een brief van oktober 2010 realiseerden dat sprake was van klachtwaardig gedrag. De Kamer oordeelt onder verwijzing naar een arrest van het gerechtshof Amsterdam (LJN: BZ4660) dat die omstandigheid niet van belang is in dit kader. Beslissend is wanneer klagers van het mogelijk klachtwaardig gedrag kennis hebben genomen. Dat was in september 1993 toen de akte werd gepasseerd. Voor eventueel klachtwaardig gedrag dat niet voortvloeit uit die akte, geldt dat klagers in 2005 de notaris hebben aangeschreven over hun klachten. Zij waren (in ieder geval) toen van het gedrag van de notaris op de hoogte en hebben niet binnen drie jaar nadien geklaagd.

KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN

Kenmerk: 07.831/2012/26

Beslissing van de Kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden op de klacht van

1.

[…],

2.

[…],

beiden wonende te […],

tegen

[…],

notaris te […].

Partijen zullen verder klagers en de notaris worden genoemd.

1. De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de brief met bijlagen van klagers van 22 september 2012, waarin de klacht tegen de notaris is neergelegd;

- de voorzittersbeslissing van 1 november 2012 waarin is geoordeeld dat de klacht kennelijk niet-ontvankelijk is

- de brief met bijlagen van klagers van 13 november 2012 waarmee verzet is gedaan tegen de voorzittersbeslissing;

- de brief met bijlagen van klagers van 4 maart 2013

- de brief met bijlagen van de notaris van 5 maart 2013;

- de mondelinge behandeling van het verzet op 14 maart 2013, waarbij zijn verschenen klagers alsmede de heer [A].

2. De feiten

2.1. Klagers stellen dat zij op 22 augustus 1993 een koop-/aannemingsovereenkomst en een beheersovereenkomst hebben gesloten met de Stichting Bewonersbelangen [B]. Precies één maand later is de notariële akte van levering gepasseerd.

2.2. In een brief van 8 oktober 2010 heeft (de Dienst Justis van) het ministerie van Justitie aan de toenmalige advocaat van klager geschreven:

Op 14 september 2010 ontving ik uw verzoek in het kader van de Wet openbaarheid van Bestuur van dezelfde datum. U verzocht mij om inzage in de verklaring van geen bezwaar van de navolgende vennootschappen:

- [C]

- [D]

- [E]

- [F]

Een kopie van deze verklaringen (inclusief - voor zover van toepassing - betreffende statutenwijzigingen) is bij deze brief gevoegd. (…)

De door u verzochte inzage in de verklaring van geen bezwaar van de vennootschappen [E] en [B] BV kan ik u niet geven om reden dat deze vennootschappen niet voorkomen in het systeem [G]..

3. Het verzet

3.1. De voorzitter heeft de klacht van klagers aldus begrepen dat zij de notaris verwijten dat deze namens de Stichting heeft getekend hoewel hij daartoe niet was gevolmachtigd, dat in de akte niet staat vermeld dat de notaris namens de stichting tekent, dat er geen notarisstempel op de akte staat, dat onduidelijk is in welke hoedanigheid de notaris heeft getekend (in privé of in functie als notaris) en dat de notaris de juiste identiteit van de twee volmachtgevers in de akte niet heeft geverifieerd.

3.2. Klagers hebben niet aangevoerd dat hun klacht anders moet worden opgevat dan de voorzitter heeft gedaan. De Kamer zal derhalve uitgaan van de klacht zoals hiervoor weergegeven.

3.3. Klagers stellen dat de voorzitter in de beslissing van 1 november 2012 ten onrechte heeft geoordeeld dat hun klacht kennelijk niet-ontvankelijk is.

4. De beoordeling van het verzet

4.1. Het verzet is binnen veertien dagen na de dag van verzending van het afschrift van de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter en aldus op grond van artikel 99 lid 9 Wet op het notarisambt (hierna: ‘Wna’) tijdig gedaan.

4.2. De voorzitter heeft in de beslissing van 1 november 2012 geoordeeld dat de klacht kennelijk niet-ontvankelijk is. De voorzitter heeft onder verwijzing naar het bepaalde in artikel 99 lid 12 Wna geoordeeld dat een klacht slechts kan worden ingediend gedurende drie jaren na de dag waarop de tot de klacht gerechtigde van het handelen of nalaten van een notaris of kandidaat-notaris dat tot tuchtrechtelijke maatregelen aanleiding kan geven kennis heeft genomen. De voorzitter heeft vervolgens geoordeeld dat de vervaltermijn in ieder geval is gaan lopen in september 1993, op het moment van het passeren van de notariële akte. De klacht van klagers dateert van 22 september 2012, derhalve buiten de termijn van drie jaren, aldus de voorzitter.

4.3. Klagers hebben aan hun verzet ten grondslag gelegd dat voor hun eerst door de (door hen als productie 11 bij hun brief van 4 maart 2013 overgelegde) hiervoor onder 2.2. geciteerde brief van het ministerie van Justitie van 8 oktober 2010 duidelijk is geworden dat van het door hen gestelde klachtwaardig handelen van de notaris sprake was.

4.4. De Kamer oordeelt als volgt. Uit het arrest van de notariskamer van het Gerechtshof Amsterdam van 29 januari 2013 (200.109.880/01 NOT, LJN: BZ4660) volgt dat bij een beoordeling op grond van het door de voorzitter aangehaalde artikel uit de Wna (sinds 1 januari 2013 vastgelegd in lid 15 van artikel 99 Wna) niet van belang is het moment dat een klager tot de opvatting is gekomen dat sprake is van klachtwaardig handelen of nalaten van een notaris. Beslissend is en blijft het moment waarop een klager van de (beweerde) klachtwaardige handeling/het nalaten van de notaris kennis heeft genomen. Zou het dus al zo zijn, zoals klagers stellen, dat zij door de brief van 8 oktober 2010 tot het inzicht zijn gekomen dat het handelen van de notaris klachtwaardig was (wat er van die stelling inhoudelijk verder zij), dan kan dat niet tot een ander oordeel leiden dan het oordeel dat door de voorzitter is gegeven. Gelet op de klacht als verwoord in rechtsoverweging 3.1. is de termijn aangevangen op het moment dat klagers kennis namen van de (inhoud van de) akte. Klagers hebben niet gesteld dat zij later dan september 1993, toen de akte is gepasseerd, van (de inhoud van) die akte kennis hebben genomen. Met hun klacht daarover op 22 september 2012 zijn dus te laat.

4.5. Zou de klacht al zo moeten worden begrepen dat deze (gedeeltelijk) ziet op handelen of nalaten van de notaris dat klagers niet bekend was of kon zijn uit de (inhoud van de) gepasseerde akte, dan maakt dat klagers naar het oordeel van de Kamer niet alsnog ontvankelijk in (die onderdelen van) hun klacht. Uit een door de notaris overgelegde briefwisseling blijkt immers dat klagers reeds in november 2005 de notaris hebben aangeschreven in verband met, zo moet uit de brieven worden afgeleid, het gestelde klachtwaardig handelen van de notaris waarover zij ook thans klagen. Ter zitting hebben klagers aangevoerd dat hun belangen een tijdlang door een advocaat werden behartigd waardoor zij zelf niet, althans niet voldoende op de hoogte waren van de inhoud van de zaak. Die stelling is echter niet begrijpelijk nu de door de notaris overgelegde brieven uit 2005 afkomstig zijn van klagers zelf en niet van een advocaat. Bovendien moet de eventuele wetenschap van een door klagers ingeschakelde advocaat aan klagers worden toegerekend. Ook dan zijn klagers dus te laat met hun klacht.

4.6. Het door klager gedane verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de Kamer van 1 november 2012 is naar het oordeel van de Kamer dan ook ongegrond.

5. De beslissing

De Kamer voor het notariaat

verklaart het verzet van klagers tegen de beslissing van de voorzitter van

1 november 2012 ongegrond.

Deze beslissing is gegeven door mr. L.A. van Son, plv. voorzitter, mrs. P.F. Heuff, A.J.V. Tierolff, D.T. Boks en A.A.H.M. Derks, plv. leden en in tegenwoordigheid van mr. M.J.C. van Leeuwen, secretaris, in het openbaar uitgesproken op 11 april 2013.

De secretaris De plv. voorzitter