ECLI:NL:TNOKAMS:2013:17 Kamer van toezicht Amsterdam 531688/NT12-70 J
ECLI: | ECLI:NL:TNOKAMS:2013:17 |
---|---|
Datum uitspraak: | 05-12-2013 |
Datum publicatie: | 13-12-2013 |
Zaaknummer(s): | 531688/NT12-70 J |
Onderwerp: | Personen- en Familierecht |
Beslissingen: | Klacht gegrond met waarschuwing |
Inhoudsindicatie: | Schijn van partijdigheid; nalaten kandidaat-notaris. Waarschuwing. |
KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT AMSTERDAM
Beslissing van 5 december 2013 in de klacht met nummers 531688/NT 12-70 J van:
[naam klaagster],
wonende te [plaats],
raadsman: mr. R.H.V. Schurink
gemachtigde: mr. O.H. Over,
klaagster,
tegen:
[naam kandidaat-notaris],
kandidaat-notaris te [plaats],
raadsman: mr. G. van Atten,
de kandidaat-notaris.
1. Het verloop van de procedure
De kamer is uitgegaan van de volgende stukken:
- klaagschrift met bijlagen van 4 december 2012;
- aanvullend klaagschrift van 11 december 2012;
- verweerschrift met bijlagen van 27 februari 2013;
- repliek met bijlagen van 17 maart 2013;
- dupliek van 19 april 2013;
- brief (van de raadsman) van de kandidaat-notaris van 11 september 2013;
- overlegging producties door (de raadsman van) klaagster van 23 september 2013.
Bij de mondelinge behandeling van de klacht op 3 oktober 2013 zijn klaagster en de kandidaat-notaris verschenen, bijgestaan door hun raadslieden (respectievelijk gemachtigde). Op de zitting hebben partijen het woord gevoerd aan de hand van pleitnotities. Uitspraak is bepaald op heden.
- De feiten
De kamer gaat uit van de volgende voor de beoordeling van de klacht van belang zijnde feiten en omstandigheden:
a. In verband met de afwikkeling van de nalatenschap van de moeder van klaagster, [naam moeder], overleden op 28 november 2011 (hierna: erflaatster), heeft de kandidaat-notaris de vier erfgenamen, klaagster en drie zussen van klaagster, een boedelvolmacht toegestuurd met het verzoek deze na legalisering van de handtekening aan het notariskantoor te retourneren. Het notariskantoor heeft de werkzaamheden in de nalatenschap overgenomen van oud-notaris [naam oud-notaris].
b. Op 16 februari 2012 heeft de dochter van klaagster de kandidaat-notaris verzocht om de volmacht nogmaals toe te sturen. De drie zussen en klaagster zijn het onderling niet eens over de afwikkeling van de nalatenschap.
c. De zussen van klaagster hebben vervolgens aangedrongen op de ondertekening van de volmacht door klaagster. In een bespreking met de kandidaat-notaris op 29 februari 2012 heeft oud-notaris Over (hierna: de oud-notaris) namens klaagster verklaard dat zij bereid was de volmacht te tekenen.
d. Op 2 maart 2012 heeft de kandidaat-notaris aan klaagster in een e-mailbericht geschreven: “Van de heer Over heb ik begrepen dat u te kennen heeft gegeven de volmacht wel te ondertekenen. Aangezien de nalatenschap al maanden stil ligt, hebben uw zusters aangegeven u uiterlijk tot maandag 05 maart a.s. de tijd te geven de volmacht te ondertekenen c.q. te retourneren. Mocht ik daarom maandag a.s. niets van u hebben vernomen, dan zal ik genoodzaakt zijn de rechter maandag in te lichten met het verzoek om iemand te benoemen die namens u zal handelen. (..)”
e. Daarop heeft de oud-notaris dezelfde dag gereageerd in een e-mailbericht met de mededeling dat klaagster hem die dag nog zou melden op welke datum zij de volmacht zou tekenen. De kandidaat-notaris heeft daarop, eveneens op 2 maart 2012, in een e-mailbericht geantwoord: “U heeft inderdaad aangegeven dat zij bereid is de volmacht te tekenen. U heeft tevens aangegeven dat dit al te lang duurt en u haar hierop zou attenderen. Echter heeft zij de bereidheid op geen enkele wijze aan mij kenbaar gemaakt dan wel bevestigd. De overige zusters hadden haar tot maandag 27 februari jl. de tijd te geven om het allemaal in orde te maken. Het heeft mij moeite gekost hen te overtuigen om deze met een week te verlengen. Maandag 05 maart a.s. is derhalve de absolute deadline. Mocht ik niets van haar hebben ontvangen, dan zal ik de rechter benaderen.(..)” Uiteindelijk heeft klaagster op 6 maart 2012 de volmacht getekend.
f. Op 13 juni 2012 is aan de erfgenamen door het notariskantoor een declaratie verzonden onder vermelding van “tussendeclaratie afwikkeling nalatenschap [naam erflaatster]”.
g. Op 15 juni 2012 is ten laste van de boedel een bedrag van € 17.500,- voor de op 13 juni 2012 gedeclareerde werkzaamheden geïnd.
h. Op 23 juli 2012 heeft de oud-notaris namens klaagster de volmacht ingetrokken, met het verzoek de erfgenamen iedere twee weken een overzicht te sturen.
i. Op 25 juli 2012 laat [naam zuster klaagster], zus van klaagster, de kandidaat-notaris weten dat zowel zij als zus Linda niet akkoord gaan met die tweewekelijkse overzichten omdat zij niet bereid zijn daarvoor mee te betalen.
j. Op 7 augustus 2012 heeft de kandidaat-notaris de familie [van erflaatster] in een e-mailbericht het advies doorgezonden van makelaarskantoor Draijer inzake de vraagprijs bij verkoop van de woning met garage van erflaatster, te weten een bedrag van € 199.000,- k.k. Nog dezelfde dag heeft klaagster gereageerd dat zij daarmee akkoord ging.
k. Op 22 augustus 2012 heeft de kandidaat-notaris aan de oud-notaris bericht dat de normale boedelkosten en informatievoorziening aan de erven gelijk gedeeld zullen worden, maar dat alle extra werkzaamheden en informatie aan één bepaalde erfgenaam voor diens eigen rekening komt.
l. Op 5 september 2012 heeft de kandidaat-notaris aan de familie [van erflaatster] (waaronder klaagster) het volgende in een e-mailbericht geschreven: “Van Linda en Judith (zussen van klaagster, kvn) kwam het verzoek om de woning en garage gesplitst te verkopen. Dit heb ik met Udo van Willigenburg (de makelaar, kvn) besproken.” De makelaar had laten weten de woning ook exclusief de garage te kunnen aanbieden (voor de vraagprijs van € 169.000 ,-), doch slechts indien kopers dat zouden wensen. Klaagster liet daarop weten dat zij akkoord was.
m. Op 17 oktober 2012 heeft klaagster in een e-mailbericht aan de kandidaat-notaris geschreven: ‘Ik ga NIET accoord met een verzoek om bezwaar te maken tegen de woz waarde. (..) Ook ga ik niet accoord dat er niet onderhandeld mag worden met de verkoopprijs van het huis.”
n. Op 6 november 2012 heeft de oud-notaris aan de kandidaat-notaris geschreven: “Het is geruime tijd geleden dat ik contact met u heb gehad, 23 juli om precies te zijn tezamen met de [naam notaris], helaas moet ik constateren dat tussen ons gemaakte afspraken niet worden nagekomen. (..) Ik heb komende donderdag een afspraak met de heer Temmink (de belastingadviseur van Judy en Linda [achternaam] , hierna: Temmink, kvn ) ik verzoek u nogmaals aan het verzoek van de heer Temmink tegemoet te komen en ook mij, vandaag, een kopie van de inventarislijst te zenden met daarop aangegeven de voorkeuren van de erven, die dat al lang geleden aan u hebben opgegeven, aangezien deze lijst onderwerp van gesprek, overmorgen, tussen de heer temmink en mij zal zijn.”
o. Op 30 november 2012 heeft de (belasting)adviseur aan de oud-notaris per e-mailbericht aan laten weten: “Indien Monique (klaagster, kvn) bereid is om, zonder voorwaarden vooraf van haar kant, met de drie andere erfgenamen gezamenlijk over te gaan tot verdeling van de sieraden en de inboedel, waar uitsluitend eventueel u en ik bij zijn (dus geen Hinda ((de dochter van klaagster, kvn)) of wie dan ook), zal eerst aan mijn voorwaarden moeten worden voldaan, te weten:
1. U verklaart schriftelijk namens Monique, zowel aan mij als aan de [kandidaat-notaris], dat er geen enkel bezwaar bestaat tegen het ter inzage verstrekken van alle bankrekeningen, zowel in Nederland als in België, waarop bij de tenaamstelling de naam van [erflaatster] voorkomt. Dat geldt tevens voor alle en/of rekeningen. Er is geen enkele reden om te veronderstellen dat het geld op de en/of rekeningen niet van [erflaatster] zou zijn. Als Monique daarover een andere mening heeft, nodig ik haar graag uit om daartoe het bewijs te leveren. Alle erfgenamen hebben recht op een complete inzage in alle bescheiden de nalatenschap betreffend. Het is onzin dat Monique daarin geen inzage wil geven;
2. Volledige inzage in alle bescheiden met betrekking tot de afgesloten verzekeringspolissen in België;
3. Overlegging van de lijsten van de sieraden en inboedel waarop duidelijk is aangegeven welke keuzes de erfgenamen hebben gemaakt;
4. Inzicht in alle mutaties na het overlijden van [erflaatster] op alle eerder bedoelde bankrekeningen tot en met heden;
5. Monique gaat geen acties ondernemen om de woning van de website verwijderd te krijgen. Het, na ontruiming van de woning, plaatsen van andere foto’s is bespreekbaar.”
p. De nalatenschap is grotendeels afgewikkeld; alleen de verkoop van de woning heeft nog niet plaatsgevonden.
- De klacht
Klaagster maakt de kandidaat-notaris een aantal verwijten, die er kort gezegd op neerkomen dat de kandidaat-notaris geen rekening heeft gehouden met de belangen van klaagster in de afwikkeling van de nalatenschap van erflaatster (hetgeen in strijd is met zijn zorgplicht) en dat hij zijn informatieplicht naar klaagster niet is nagekomen. Dit concretiseert zich als volgt:
1) Inzien post tegen uurtarief: de kandidaat-notaris heeft klaagster gemeld dat de post van erflaatster, die naar zeggen van klaagster door haar zussen is opgehaald, tegen uurtarief door klaagster kan worden ingezien.
2) De kandidaat-notaris heeft een bijeenkomst gehad op zijn kantoor, waarbij buiten aanwezigheid van klaagster mogelijk sieraden zijn verdeeld onder de andere zussen. Klaagster meent zich te herinneren dat erflaatster een gouden zakhorloge had en een witgouden horloge, afgezet met briljanten. Bij een nieuwe bijeenkomst op het kantoor van de kandidaat-notaris (op verzoek van klaagster), hoorden voornoemde sieraden namelijk niet tot de sieraden die (nog) verdeeld moesten worden.
3) De auto van erflaatster zou volgens de kandidaat-notaris zijn verkocht aan een dealer voor een bedrag boven de dagwaarde (€ 2.800,-). Klaagster heeft daar haar twijfels over; buren hebben haar verteld dat de nieuwe eigenaar een particulier is.
4) In zijn e-mailbericht van 2 maart 2012 heeft de kandidaat-notaris klaagster gedreigd met de gang naar de rechter indien zij weigerde haar volmacht te tekenen.
5) De kandidaat-notaris heeft niet geantwoord op een e-mailbericht van klaagster van 26 maart 2012, ook niet op het herinneringsbericht van 2 april 2012. Voorts is door hem niet gereageerd op het e-mailbericht van de oud-notaris van 6 november 2012.
6) In opdracht van de kandidaat-notaris is door een zuster van klaagster een ander slot op de garage gezet, omdat er spullen uit zouden zijn verdwenen. Daarna bleken er ook op het huis van erflaatster nieuwe sloten te zijn gezet. Op aandringen van klaagster heeft de kandidaat-notaris vervolgens door een sleutelmaker nieuwe sloten op het huis laten zetten.
7) Bij de verdeling van de inboedel van de woning is klaagster door een van haar zussen geslagen, waarna klaagster is vertrokken. Vervolgens is de kandidaat-notaris verder gegaan met de verdeling, buiten aanwezigheid van klaagster.
8) Klaagster heeft geen urenspecificatie ontvangen van de kandidaat-notaris, doch slechts een rekeningoverzicht dat haar is getoond op 29 november 2012 tijdens de bespreking met de kandidaat-notaris. Later is haar gebleken dat op 15 juni 2012 de declaratie ten laste van de boedelrekening is betaald.
9) Daarnaast zijn er na het intrekken van de volmacht door de oud-notaris (namens klaagster) betalingen verricht ten laste van de boedel, die de kandidaat-notaris niet zonder toestemming van klaagster had mogen uitvoeren.
10) De kandidaat-notaris heeft zich niet aan de met de oud-notaris gemaakte afspraak gehouden om klaagster tweewekelijks een overzicht te zenden met betrekking tot de stand van zaken in de afwikkeling van de nalatenschap.
11) Klaagster is niet gekend in de keuze van de makelaar bij de verkoop van het huis van erflaatster en heeft er ook niet mee ingestemd dat het huis met foto’s en al op Funda werd gezet. Klaagster heeft daar problemen mee omdat op de foto’s de persoonlijke spullen van erflaatster te zien zijn, zoals kleding, foto’s en sieraden.
12) De kandidaat-notaris is niet ingegaan op het verzoek van klaagster om de foto’s van Funda af te halen.
- Het verweer
4.1 De kandidaat-notaris heeft zich als volgt verweerd. Tijdens de bespreking van
29 november 2012 op zijn kantoor, heeft hij klaagster de specificatie van de door het kantoor verrichte werkzaamheden ter hand gesteld. Deze specificatie heeft klaagster abusievelijk voor een rekeningoverzicht gehouden. Bij die bespreking die zij samen met de oud-notaris op het notariskantoor heeft gevoerd, heeft klaagster zelf voorgesteld dat alle werkzaamheden door alle erfgenamen samen gedragen dienden te worden.
De betalingen die op 13 juni 2012 zijn verricht, zijn ruim vóór de intrekking van de volmacht door klaagster geschied. Hierna zijn conform de afspraak vooraf door de erfgenamen goedgekeurde lopende openstaande posten (waaronder zakelijke lasten) ten aanzien van de woning en leges van de rechtbank betaald.
4.2 Aangezien de overige erfgenamen het niet eens waren met de tweewekelijkse informatieverstrekking aan klaagster na het intrekken van haar volmacht, en zij dit als kostenverhogende post zagen die voor rekening van klaagster moest komen, was er sprake van een impasse. De overige erfgenamen waren namelijk van mening dat klaagster onevenredig veel contact had met het notariskantoor en wilden niet meebetalen aan die tweewekelijkse informatieverstrekking. Dat gold ook voor de kosten van de adviseur van klaagster, oud-notaris Over. Uiteraard zou de kandidaat-notaris klaagster wel berichten indien zich nieuwe ontwikkelingen voordeden.
4.3 Na intrekking van de volmacht heeft de kandidaat-notaris klaagster altijd vóóraf benaderd voor toestemming voor het verrichten van handelingen. In veel gevallen heeft zij die toestemming ook aan de kandidaat-notaris gegeven.
4.4 Klaagster was akkoord met de verkoop van de woning, waarna opdracht is verstrekt aan een makelaar, die vervolgens de foto’s op Funda heeft geplaatst. De kandidaat-notaris kon niet zonder toestemming van de overige erfgenamen de woning van erflaatster van de woningsite Funda halen.
4.5 De auto van erflaatster is met toestemming van klaagster verkocht, aangezien klaagster had aangegeven dat de auto boven een bepaald bedrag verkocht mocht worden.
4.6 Aangezien er in de onderhavige zaak veel e-mails zijn verzonden, kan het zijn dat er een e-mailbericht onbeantwoord is gebleven.
4.7 De sloten van de woning van erflaatster zijn in opdracht van het notariskantoor als gemachtigde van de erfgenamen vervangen, aangezien er spullen uit de woning waren verdwenen. Klaagster was daarvan op de hoogte, aldus de kandidaat-notaris, want zij heeft hem opdracht gegeven de sloten nogmaals te veranderen, hetgeen de kandidaat-notaris toen heeft gedaan.
- De beoordeling
5.1 Ingevolge artikel 93 lid 1 Wet op het notarisambt (hierna: Wna) zijn notarissen, toegevoegd notarissen en kandidaat-notarissen aan tuchtrechtspraak onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens de Wna gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij als notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris behoren te betrachten ten opzichte van diegenen te wier behoeve zij optreden en ter zake van handelen dat een behoorlijk notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris niet betaamt.
De kamer dient te beoordelen of de handelwijze van de kandidaat-notaris een verwijtbare gedraging in de zin van voornoemd artikel oplevert.
5.2 De kamer zal op de onder 3 hiervoor genoemde klachtonderdelen puntsgewijs ingaan:
1) De kandidaat-notaris heeft zich toereikend verweerd en aannemelijk gemaakt dat aan alle erfgenamen kosten in rekening worden gebracht, hetgeen ook geldt voor de kosten voor het inzien van de post.
2) Niet aannemelijk is geworden dat sieraden van erflaatster buiten aanwezigheid van klaagster zijn verdeeld. Ter zitting heeft de kandidaat-notaris verklaard dat de zussen van klaagster hem hebben meegedeeld dat zij niet bekend waren met de hiervoor in de klacht vermelde horloges.
3) Ook ten aanzien van de auto is de kamer van oordeel dat de kandidaat-notaris toereikend verweer heeft gevoerd.
4) In zijn e-mailbericht van 2 maart 2012 heeft de kandidaat-notaris de schijn gewekt dat hij naar de rechter zou gaan indien klaagster de volmacht niet zou tekenen. Ter zitting heeft de kandidaat-notaris verklaard dat hij dit bericht onhandig had geformuleerd waardoor het op klaagster verkeerd is overgekomen, omdat het juist de zussen van klaagster waren die een gang naar de rechter overwogen als klaagster niet zou tekenen. De kamer is echter van oordeel dat de kandidaat-notaris zich had dienen realiseren dat hij met voornoemd bericht de schijn van partijdigheid wekte. Bij klager kon immers de indruk ontstaan dat hij ten behoeve van de andere erfgenamen zou optreden en dus voor hen partij had gekozen.
5) Voorop staat dat een (kandidaat-) notaris dient te reageren op berichten en/of brieven. Dat in het onderhavige geval de kandidaat-notaris op een enkel bericht van klaagster en haar gemachtigde niet heeft gereageerd beschouwt de kamer als een incident, aangezien de kandidaat-notaris op andere berichten wel heeft gereageerd en er derhalve geen sprake was van onwil.
6) Ook op het punt van de sloten is de kamer van oordeel dat de kandidaat-notaris toereikend verweer heeft gevoerd.
7) De kandidaat-notaris heeft ter zitting verklaard dat de verdeling van de inboedel in twee sessies heeft plaatsgevonden. Ter gelegenheid van de eerste sessie zijn de kleine spullen verdeeld en hebben de erfgenamen hun wensen ten aanzien van de overige zaken aangegeven. Daarvan is vervolgens een lijst gemaakt, waarop ook klaagster haar wensen kon kenbaar maken. Bij de tweede sessie is klaagster, nadat zij door een van haar zussen was geslagen, vertrokken met de mededeling dat zij niets meer van de inboedel wenste (aldus de kandidaat-notaris). Vervolgens is de kandidaat-notaris doorgegaan met de verdeling. De in de garage overgebleven spullen zijn toen door de zussen van klaagster naar de kringloopwinkel gebracht of weggegooid. De kamer overweegt hierover als volgt. Gelet op de emotionele toestand waarin klaagster verkeerde toen zij de woning verliet bij de tweede sessie, had de kandidaat-notaris haar mededeling dat zij niets meer van de inboedel wenste niet mogen interpreteren als een afstand doen. Hij had op dat moment de sessie moeten sluiten en op een ander moment, in aanwezigheid van klaagster, met de verdeling dienen verder te gaan.
8) De kandidaat-notaris heeft ter zitting verklaard dat hij geen bemoeienis heeft gehad met de urenspecificatie. Ook ten aanzien van het verrekenen van de declaratie met de boedelgelden heeft de kandidaat-notaris verklaard dat hij geen zeggenschap had, maar dat hij dit wel op het notariskantoor heeft gemeld zodat het bedrag kon worden teruggeboekt. De notaris heeft daar toen echter geen gehoor aan gegeven. De kamer acht dit verweer aannemelijk, zodat op dit punt de kandidaat-notaris geen verwijt treft.
9) Klaagster heeft niet of onvoldoende betwist dat de kandidaat-notaris haar voor betalingen die hebben plaatsgevonden nadat zij haar volmacht had ingetrokken toestemming heeft gevraagd.
10) De aan klaagster en de oud-notaris gedane belofte om tweewekelijks te rapporteren was naar het oordeel van de kamer niet onherroepelijk, gelet op het feit dat de zussen van klaagster daaraan niet wensten mee te betalen. Overigens is de kamer niet gebleken dat de kandidaat-notaris nieuwe ontwikkelingen niet aan klaagster heeft gemeld.
11) Alle erfgenamen hadden belang bij de verkoop van de woning. Ook klaagster was het eens met de verkoop. Het ware wellicht beter geweest indien de kandidaat-notaris over zijn makelaarskeuze had gecommuniceerd met klaagster. Van concrete bezwaren van klaagster tegen de bewuste makelaar is echter niet gebleken. Ook heeft zij haar belang dat de verkoop anders had moeten worden geregeld niet duidelijk gemaakt.
12) Gelet op het feit dat het verwijderen van de foto’s van Funda weer nieuwe kosten met zich mee zou brengen, waarvoor de zussen van klaagster niet wensten te betalen, kan naar het oordeel van de kamer de kandidaat-notaris niet worden verweten dat hij aan het verzoek van klaagster om de foto’s te verwijderen geen gehoor heeft gegeven.
5.3 Het voorstaande leidt tot een gegrondverklaring van de klachtonderdelen, genoemd onder punt 4 en 7 van de klacht, over de verdeling van de inboedel. O nder de gegeven omstandigheden acht de kamer de tuchtrechtelijke maatregel van waarschuwing passend en geboden. De overige klachtonderdelen worden ongegrond verklaard.
5.4 Hetgeen partijen verder nog naar voren hebben gebracht kan als in het voorgaande reeds behandeld dan wel als in deze procedure niet ter zake dienend buiten beschouwing blijven.
5.5 Dat leidt tot de volgende beslissing.
Beslissing
De kamer voor het notariaat:
- verklaart de klacht deels gegrond, zoals hiervoor overwogen;
- legt de kandidaat-notaris een waarschuwing op;
- verklaart de klacht voor het overige ongegrond.
Deze beslissing is gegeven door mrs. R.H.C. Jongeneel, voorzitter, E.R.S.M. Marres, R.H. Meppelink, E.H. Huisman en A.J.H.M. Janssen, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.B.T. Kienhuis, secretaris, en in het openbaar uitgesproken op 5 december 2013.
Tegen deze beslissing staat hoger beroep open bij het Gerechtshof te Amsterdam (postbus 1312, 1000 BH Amsterdam) binnen 30 dagen na de dag van verzending van de aangetekend verzonden kennisgeving.