ECLI:NL:TGDKG:2013:49 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet953.2012

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2013:49
Datum uitspraak: 30-07-2013
Datum publicatie: 31-01-2014
Zaaknummer(s): GDWverzet953.2012
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. De Kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM\

Beslissing van 30 juli 2013 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van de voorzitter van 13 november 2012 met nummer 460.2012 en het daartegen ingestelde verzet met nummer 953.2012 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

1. [     ] en [     ],

gerechtsdeurwaarders te [     ],

en

2. [     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagden (hierna: de gerechtsdeurwaarders),

gemachtigde [     ].

1. Verloop van de procedure

Voormelde beslissing van de voorzitter is bij brief van 14 november 2012 aan klager verzonden.

Op 20 november 2012 is het tegen de beslissing van de voorzitter gerichte verzetschrift bij de Kamer ontvangen.

Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 4 juni 2013. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

2. De ontvankelijkheid van het verzet .

Klager heeft verzet tegen voormelde beslissing van de voorzitter ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van deze beslissing, zodat het verzet ontvankelijk is.

3. De feiten

De gerechtsdeurwaarders zijn belast met de incasso van meerdere vorderingen van [     ] op klager en zijn echtgenote wegens premie zorgverzekering. In dat kader zijn op 24 februari 2010 en 2 maart 2011 ten laste van klager vonnissen gewezen door de kantonrechter te [     ] en te [     ]. Op grond van die vonnissen is ten laste van klager beslag gelegd. Klager en de gerechtsdeurwaarders hebben over vorenstaande veelvuldig contact gehad en gecorrespondeerd. De gerechtsdeurwaarders hebben desgevraagd specificaties verstrekt. Tussen klager en [     ] bestaat verschil van mening over de vraag of klager zich per 1 januari 2009 elders kon laten verzekeren omdat er een achterstand in de premiebetalingen was.

4. De gronden van het verzet

Klager stelt in verzet – samengevat – dat ook in 2008 alle stukken aan de gerechtsdeurwaarders zijn verzonden. Klager maakt er bezwaar tegen dat verschillende deurwaarders de vordering van [     ] behandelen. Hij herhaalt dat de door hem verzochte opgaven per jaar over de periode van 2007 t/m 2011 niet zijn verstrekt door de gerechtsdeurwaarders en/of [     ]. Hij beklaagt zich over de volgens hem te hoge kosten die in rekening worden gebracht, alsmede over het verschil van inzicht met [     ] over zijn verzekering vanaf 1 januari 2009.

5. De inleidende klacht

De voorzitter heeft de inleidende klacht als volgt – samengevat – :

‘Klager beklaagt zich er samengevat en in hoofdzaak over dat hij niet door de gerechtsdeurwaarders is geïnformeerd en dat hij daarom niet weet waar zijn betalingen zijn gebleven. Daarnaast verwijt klager de gerechtsdeurwaarders dat zij niet dan wel niet tijdig op zijn brieven hebben gereageerd.’

6. De beslissing van de voorzitter

De voorzitter heeft overwogen voor zover hier van belang:

‘4.3 Uit de door de gerechtsdeurwaarders overgelegde producties kan worden opgemaakt dat klager wel degelijk adequaat is geïnformeerd. Derhalve moet worden aangenomen dat klager wist dan wel had kunnen weten waar zijn betalingen zijn gebleven.

4.4 Daarnaast mag van een gerechtsdeurwaarder worden verwacht dat hij brieven met betrekking tot een bij hem in behandeling zijnde incasso binnen een redelijke termijn beantwoordt. Uit de door de gerechtsdeurwaarders overgelegde producties kan worden opgemaakt dat zij wel degelijk binnen een redelijke termijn op de brieven van klager dan wel diens advocaat hebben gereageerd.’

7. De beoordeling van de gronden van het verzet

7.1       De door klager in verzet aangevoerde gronden werpen naar het oordeel van de Kamer geen nieuw licht op de beslissing van de voorzitter, die de Kamer juist acht. Evenmin bieden deze gronden aanknopingspunten de motivering van de beslissing aan te passen.

7.2       Hierbij merkt de Kamer nog op dat in voormelde vonnissen van de kantonrechter uitvoerig is ingegaan op de verschuldigdheid van de premieachterstanden. Dat klager desalniettemin meent dat dit niet juist is of dat de kosten te hoog zijn opgelopen, kan de gerechtsdeurwaarders niet worden tegengeworpen.  Zoals de voorzitter heeft overwogen hebben de gerechtsdeurwaarders klager wel degelijk goed geïnformeerd en zijn klagers brieven binnen een redelijke termijn beantwoord.

8.         Gelet op vorenstaande kan het verzet kan niet slagen en dient dit ongegrond te worden verklaard, zodat wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gegeven door mr. E.C. Smits, voorzitter, mr. M.S.F. Voskens en M. Colijn ,  leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 30 juli 2013 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Op grond van het bepaalde in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet staat tegen deze beslissing geen rechtsmiddel open.