ECLI:NL:TGDKG:2013:46 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet844.2012

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2013:46
Datum uitspraak: 30-07-2013
Datum publicatie: 31-01-2014
Zaaknummer(s): GDWverzet844.2012
Onderwerp: Andere werkzaamheden (art. 20 Gdw)
Beslissingen: Een berisping
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. Uitleg overeenkomst en verrekening. De Kamer is het met de voorzitter eens voor wat betreft de uitleg van de overeenkomst. Dat is niet ter beoordeling van deze Kamer maar van de burgerlijke rechter. Het verzet wordt met betrekking tot de verrekening gegrond verklaard. De klacht daarover wordt ook gegrond verklaard. Blijkens vaste jurisprudentie (zie beslissing) is het een gerechtsdeurwaarder niet toegestaan om te verrekenen indien het - zoals hier - gaat om ontvangsten in de ene zaak, die worden verrekend met kosten in een andere zaak. Een dergelijke verrekening verdraagt zich immers niet met het karakter en de bedoeling van de zogeheten kwaliteitsrekening aangezien de rechthebbenden op de binnengekomen gelden andere klanten van klaagster zijn dan de klanten waarvoor kosten verschuldigd zijn. Maatregel van berisping opgelegd.  

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 30 juli 2013 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van de voorzitter van 18 september 2012 met nummer 462.2012 en het daartegen ingestelde verzet met nummer 844.2012 ingesteld door:

[     ],

gevestigd te [     ],

klaagster,

gemachtigde [     ],

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde [     ].

1. Verloop van de procedure

Voormelde beslissing van de voorzitter is bij brief van 3 oktober 2012 aan klaagster verzonden.

Op 17 oktober 2013 is het tegen de beslissing van de voorzitter gerichte verzetschrift bij de Kamer ontvangen.

Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 4 juni 2013. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

2. De ontvankelijkheid van het verzet .

Klaagster heeft verzet tegen voormelde beslissing van de voorzitter ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van deze beslissing, zodat het verzet ontvankelijk is.

3. De feiten

.           Klaagster heeft met de gerechtsdeurwaarder een zogeheten Service Level Agreement (SLA) gesloten op basis waarvan de gerechtsdeurwaarder een groot aantal dossiers heeft behandeld.

.           Tussen klaagster en de gerechtsdeurwaarder is een verschil van inzicht ontstaan over de in de SLA gemaakte afspraken en te hanteren tarieven.

.           Klaagster is een procedure bij de kantonrechter gestart waarin beoordeeld zal worden of de gerechtsdeurwaarder de contractuele verplichtingen al dan niet nakomt en of de gerechtsdeurwaarder schadeplichtig is.

4. De gronden van het verzet

Klaagster herhaalt in verzet – samengevat – dat de gerechtsdeurwaarder heeft gehandeld in strijd met de Gerechtsdeurwaarderswet, de Verordening beroeps- en gedragsregels gerechtsdeurwaarders en de Administratieverordening gerechtsdeurwaarders. Voorts herhaalt zij haar aanvullende klacht dat de gerechtsdeurwaarder klachtwaardig heeft gehandeld door te verrekenen op portefeuilleniveau en door de opeenstapeling van fouten.

5. De inleidende klacht

In de inleidende klacht stelt klaagster – samengevat – dat:

a: de gerechtsdeurwaarder zijn werkzaamheden niet op de juiste wijze heeft uitgevoerd;

b: de gerechtsdeurwaarder foutieve facturen naar haar heeft verzonden;

c: de gerechtsdeurwaarder de ontvangen derdengelden niet, althans niet tijdig, heeft afgedragen;

d: de gerechtsdeurwaarder (originele) stukken is kwijtgeraakt;

e: de gerechtsdeurwaarder ten onrechte bureaukosten in rekening heeft gebracht;

f: de gerechtsdeurwaarder 100% salaris gemachtigde in rekening heeft gebracht als een dossier op haar verzoek werd gesloten.

Bij brief van 3 juli 2012 heeft klaagster zich er daarnaast over beklaagd dat de gerechtsdeurwaarder ten onrechte gelden in diverse dossiers onder zich houdt teneinde gemaakte kosten en eventuele voorfinancieringsrisico’s in andere dossiers af te dekken. Hierdoor worden gelden tussentijds niet tijdig aan klaagster afgedragen waardoor klaagster problemen krijgt met haar klanten.

6. De beslissing van de voorzitter

De voorzitter heeft overwogen voor zover hier van belang:

‘4.3 Klaagster verschilt met de gerechtsdeurwaarder van mening of de werkzaamheden wel op de juiste wijze zijn uitgevoerd. Op grond van de onderhavige overeenkomst rust op de gerechtsdeurwaarder een inspanningsverplichting, die hij met inachtneming van geldende wet- en regelgeving naar eer en geweten dient uit te voeren. Het is echter niet aan de Kamer als tuchtrechtelijk college om te beoordelen of de gerechtsdeurwaarder aan zijn verplichtingen uit hoofde van die overeenkomst heeft voldaan en zo niet of dat tot schadeplichtigheid leidt.

4.4 De gerechtsdeurwaarder heeft erkend dat er in een aantal dossiers een foutieve factuur naar klaagster is verzonden. Door deze fout is klaagster niet geschaad, omdat alles in het werk is gesteld om de afwijking op te sporen en - indien hiervoor daadwerkelijk aanleiding was - deze te corrigeren. Een enkele naderhand gecorrigeerde fout is niet klachtwaardig.

4.5 In deze procedure kan niet worden vastgesteld of de gerechtsdeurwaarder de door hem geïncasseerde bedragen tijdig heeft doorbetaald.

4.6 Klaagster stelt zich op het standpunt dat de gerechtsdeurwaarder (originele) stukken is kwijtgeraakt. De gerechtsdeurwaarder heeft het standpunt van klaagster uitdrukkelijk betwist. Voor bewijslevering ter zake is in deze procedure geen plaats. Daarom kan ook op dit punt niet worden geoordeeld dat van klachtwaardig handelen sprake is geweest.

4.7 Daarnaast stelt klaagster zich op het standpunt dat de gerechtsdeurwaarder ten onrechte bureaukosten in rekening heeft gebracht en dat er ten onrechte 100% salaris gemachtigde in rekening wordt gebracht indien een zaak op haar verzoek is gesloten. Dit betreft de toepassing van de door de gerechtsdeurwaarder gehanteerde algemene voorwaarden en de op grond daarvan in rekening gebrachte kosten. Een oordeel daarover is voorbehouden aan de gewone rechter.’

7. De beoordeling van de gronden van het verzet

7.1       De gerechtsdeurwaarder heeft de Kamer in verzet verzocht om de klacht niet tegen gerechtsdeurwaarder [     ] maar tegen hem gericht te achten. De Kamer honoreert dit verzoek omdat uit de stukken blijkt dat de SLA niet door gerechtsdeurwaarder [     ] maar door gerechtsdeurwaarder [     ] is getekend namens [     ]. Voorts bestaat er geen aanleiding tot twijfel aan de mededeling van de gerechtsdeurwaarder dat de hier aan de orde zijnde werkzaamheden verricht zijn onder zijn verantwoordelijkheid. Hiermee is in de aanhef van deze beslissing reeds rekening gehouden.

7.2       De Kamer is van oordeel dat de beslissing van de voorzitter stand kan houden ten aanzien van zijn beslissing op de inleidende klacht onder a t/m f. De voorzitter heeft terecht overwogen dat wat is aangevoerd ten aanzien van wat al dan niet is overeengekomen in de SLA, niet ter beoordeling is van deze Kamer maar van de burgerlijke rechter. Het verzet wordt daarom ten aanzien van voormelde punten ongegrond verklaard.

7.3       Dit is anders ten aanzien van de in de aanvullende brief van 3 juli 2012 neergelegde klacht over de verrekening van opbrengsten in het ene dossier met kosten in het andere dossier. Omdat de voorzitter hier niet op is ingegaan wordt het verzet op dat punt reeds daarom gegrond verklaard.

7.4       De Kamer verklaart de klacht ten aanzien van deze verrekening gegrond op grond van de navolgende inhoudelijke beoordeling.

7.5       Wat er ook zij van de door de gerechtsdeurwaarder gegeven toelichting op de omstandigheden waaronder besloten is om hier tot verrekening over te gaan, blijkens vaste jurisprudentie (onder meer LJN: BL4250 en LJN: BJ1695) is het een gerechtsdeurwaarder niet toegestaan om te verrekenen indien het        - zoals hier - gaat om ontvangsten in de ene zaak, die worden verrekend met kosten in een andere zaak. Een dergelijke verrekening verdraagt zich immers niet met het karakter en de bedoeling van de zogeheten kwaliteitsrekening aangezien de rechthebbenden op de binnengekomen gelden andere klanten van klaagster zijn dan de klanten waarvoor kosten verschuldigd zijn.  

8.         Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart het verzet ongegrond ten aanzien van de beslissing van de voorzitter op klachtonderdelen a t/m f;

-                     laat de beslissing van de voorzitter in zoverre in stand;

-                     verklaart het verzet gegrond ten aanzien de klacht over de verrekening;

-                     verklaart de klacht op dat punt gegrond;

-                     legt aan de gerechtsdeurwaarder ten aanzien van dat klachtonderdeel de maatregel van berisping op.

Aldus gegeven door mr. E.C. Smits, voorzitter, mr. M.S.F. Voskens en M. Colijn ,  leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 30 juli 2013 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Op grond van het bepaalde in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet staat tegen deze beslissing geen rechtsmiddel open ten aanzien van de beslissing van de voorzitter op klachtonderdeel a t/m f.

Ten aanzien van de beslissing op het punt van verrekening kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing  hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.