ECLI:NL:TGDKG:2013:23 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet1027.2012

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2013:23
Datum uitspraak: 18-06-2013
Datum publicatie: 10-07-2013
Zaaknummer(s): GDWverzet1027.2012
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:   Beslissing op verzet. In de oorspronkelijke klacht beklaagt klager zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder de dagvaarding niet dan wel onjuist heeft uitgebracht.   De Kamer overweegt dat een exploot van dagvaarding een authentieke akte is waarvan de bewijskracht op voorhand vaststaat totdat tegenbewijs is geleverd. Het afschrift van het exploot van dagvaarding geldt als bewijs van bezorging. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 18 juni 2013 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beschikking van 13 november 2012 met zaaknummer 765.2012 en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer 1027.2012 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

gemachtigde [     ],

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde: [     ].

1. Ontstaan en verloop van de procedure

Bij brief van 12 september 2012 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna de gerechtsdeurwaarder.

Op 16 oktober 2012 heeft de gerechtsdeurwaarder een verweerschrift ingediend.

Bij beslissing van 13 november 2012 heeft de voorzitter de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. Klager is een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden bij brief van 19 november 2012.

Bij brief van 24 november 2012 heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 7 mei 2013 alwaar de gemachtigde van klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen.

Van de behandeling ter zitting is proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 18 juni 2013.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat hij in het verzet kan worden ontvangen.

3. De feiten

Bij exploot van 2 juli 2012 heeft toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder [     ] een dagvaarding aan klager betekend waarbij een afschrift is gelaten op de wijze als voorgeschreven in artikel 47 van het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Op 6 augustus 2012 is een verstekvonnis ten nadele van klager gewezen. Op 24 augustus 2012 heeft de gerechtsdeurwaarder het verstekvonnis aan klager betekend met gelijktijdig bevel om aan de inhoud te voldoen.

De gerechtsdeurwaarder heeft klager bij e-mail van 24 september 2012 medegedeeld dat hij binnen de in artikel 143 Rv genoemde termijn in verzet kan gaan door het uitbrengen van een verzetdagvaarding.

4. De oorspronkelijke klacht

In de oorspronkelijke klacht beklaagt klager zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder de dagvaarding niet dan wel onjuist heeft uitgebracht.

5. De beslissing van de voorzitter

De voorzitter heeft op de klacht overwogen dat d e door klager niet nader onderbouwde stelling dat de gerechtsdeurwaarder de dagvaarding niet dan wel onjuist heeft uitgebracht op een misverstand moet berusten, nu de rechter een verstekvonnis heeft gewezen. Verstekverlening is namelijk de formele constatering dat klager, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet rechtsgeldig is verschenen. Van tuchtrechtelijk laakbaar handelen is dan ook geen sprake, aldus de voorzitter.

6. De gronden van het verzet

Klager heeft in verzet zijn oorspronkelijke klacht dat de gerechtsdeurwaarder volgens hem bewust geen dagvaarding heeft uitgebracht, gehandhaafd.

7. De beoordeling van de gronden van het verzet

7.1 Een exploot van dagvaarding is een authentieke akte waarvan de bewijskracht op voorhand vaststaat totdat tegenbewijs is geleverd. Het afschrift van het exploot van dagvaarding geldt als bewijs van bezorging. Klager heeft desgevraagd niet aannemelijk kunnen maken dat zijn brief van 2 juli 2012 een antwoord was op een andere brief dan de door de gerechtsdeurwaarder als bijsluiter bij de op 2 juli 2012 uitgebrachte dagvaarding gevoegde brief. Ook de inhoud van de brief van klager maakt aannemelijk dat deze brief een reactie is op de uitgebrachte dagvaarding.

7.2 De door klager in verzet aangevoerde gronden werpen naar het oordeel van de Kamer daarom geen nieuw licht op de zaak waarover de voorzitter heeft beslist. De Kamer acht de beslissing van de voorzitter juist, zodat het verzet, ongegrond dient te worden verklaard.

8. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gegeven door mr. E.R.S.M. Marres, voorzitter, mr. M. Nijenhuis en mr. J.J.L. Boudewijn, leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 juni 2013 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 39, lid 4 van de

Gerechtsdeurwaarderswet geen rechtsmiddel open.