ECLI:NL:TADRSHE:2013:129 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch OB 344 - 2013

ECLI: ECLI:NL:TADRSHE:2013:129
Datum uitspraak: 28-11-2013
Datum publicatie: 10-12-2013
Zaaknummer(s): OB 344 - 2013
Onderwerp:
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Beleidsvrijheid
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Vereiste communicatie met de cliënt
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Aanbrenging van een zaak wordt enkel door roljournaal bevestigd. Advocaat staat geen andere middelen ter beschikking om aanbrenging van een zaak aan te tonen. Kennelijk ongegrond.

Beslissing van 28 november 2013

in de zaak OB 344-2013

naar aanleiding van de klacht van:

X.

klager

tegen:

Y.

verweerder

De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Oost-Brabant van 8 november 2013 met kenmerk 48/13/132K , door de raad ontvangen op 12 november 2013, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

De voorzitter van de raad van discipline heeft voorts kennis genomen van het faxbericht van klager d.d. 18 november 2013.

1.           FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan:

1.1         Klager heeft zich op 13 juli 2013 tot verweerder gewend met het verzoek hem bij te staan in een appelprocedure tegen een voormalige advocaat van klager. Op dat moment was door een andere advocaat reeds hoger beroep ingesteld en was de wederpartij van klager opgeroepen voor de zitting van 17 juli 2013.

1.2         Omdat verweerder niet beschikte over het originele exploot van de dagvaarding in hoger beroep en de zaak niet kon aanbrengen, is besloten de zittingsdag bij het gerechtshof te laten verstrijken en een herstelexploit uit te brengen op langere termijn.

1.3         De deurwaarder heeft een herstelexploot uitgebracht, waarbij de wederpartij werd gedagvaard tegen 14 augustus 2012.

14.         Klager heeft zich bij brief d.d. 17 juli 2013 beklaagd over het optreden van verweerder.

1.5.        Verweerder heeft klager in augustus 2013 bericht zijn werkzaamheden voor hem neer te leggen, nu de noodzakelijke vertrouwensrelatie door de indiening van de klacht was geschonden. Verweerder heeft klager verzocht zich tot een nieuwe advocaat te wenden. Verweerder heeft zich in afwachting daarvan niet direct als procesadvocaat teruggetrokken.

2.           KLACHT

De voorzitter begrijpt de klacht, zakelijk weergegeven, aldus dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

1.    verweerder heeft nagelaten klager – desgevraagd - de bewijsstukken te zenden van zijn in rekening gebrachte werkzaamheden;

2.    verweerder heeft nagelaten de factuur van de deurwaarder aan klager te tonen;

3.    verweerder klager niet heeft geïnformeerd over de correspondentie tussen verweerder en de wederpartij, de deurwaarder en het gerechtshof.

4.    verweerder zijn werkzaamheden voor klager heeft neergelegd.

3.                VERWEER

    3.1         De deurwaarder heeft het verzoek van verweerder om het herstelexploot tegen een termijn van enkele maanden aan te brengen genegeerd en een te korte oproepingstermijn gehanteerd. Verweerder heeft met klager afgesproken de dagvaarding bij het gerechtshof wel aan te brengen, met als gevolg dat de griffierechten verschuldigd werden, en de deurwaarder aansprakelijk te zullen stellen voor het geval zij toch geen kansen in hoger beroep zouden zien. Nu klager de appelprocedure heeft doorgezet, is de vordering op de deurwaarder komen te vervallen, omdat klager de deurwaarderskorsten ook verschuldigd zou zijn geweest indien de deurwaarder de betreffende fout niet zou hebben gemaakt.

   3.2          Er is nimmer onduidelijkheid over de factuur van de deurwaarder geweest. Deze bedroeg € 76,17 en is aan klager doorbelast, waarbij de factuur van de deurwaarder is aangehecht.

   3.3          Klager is steeds op de hoogte gehouden van de contacten met de deurwaarder, zijn eerdere advocaten, het gerechtshof en de wederpartij.

   3.4          De correspondentie met het gerechtshof vindt plaats via het digitale roljournaal. Verweerder heeft dus geen brieven van het gerechtshof ontvangen. Verweerder heeft klager wel een afschrift van de factuur van het griffierecht toegestuurd. Uit het roljournaal, uit de toezending van de nota betreffende het griffierecht en uit het feit dat de wederpartij een conclusie van antwoord heeft genomen volgt dat verweerder de procedure bij het gerechtshof heeft aangebracht en de memorie van grieven heeft genomen.

   3.5          Het verzamelen van het procesdossier heeft veel tijd in beslag genomen. Met toestemming van de wederpartij is uitstel verkregen voor het indienen van de memorie van grieven. De memorie van grieven is met klager besproken. Klager toonde zich daags nadat de memorie definitief was geworden per e-mail tevreden over de kwaliteit daarvan.

   3.6          Klager heeft de vertrouwensrelatie door het indienen van de klacht beschadigd. Desondanks lijkt hij van verweerder te verwachten dat deze zijn werkzaamheden voortzet. Klager miskent hiermee dat de advocaat en cliënt over en weer vertrouwen in elkaar moeten hebben.

4.           BEOORDELING

4.1         Nu door het gerechtshof enkel via het digitale roljournaal wordt bevestigd dat een zaak is aangebracht, was het voor verweerder niet mogelijk een ander bewijs van aanbrenging over te leggen. Voorts kan uit de toezending van de factuur betreffende het griffierecht door het gerechtshof en het nemen van een memorie van antwoord door de wederpartij geen andere conclusie worden getrokken dan dat verweerder de zaak bij het gerechtshof heeft aangebracht en dat de memorie van grieven door hem is genomen. Nu verweerder geen andere middelen ter beschikking stonden om de door hem verrichte werkzaamheden aan te tonen, valt niet in te zien welk verwijt verweerder ter zake valt te maken.

4.2         Verweerder heeft de deurwaarderskosten ad € 76,17, met gelijktijdige toezending van de factuur, aan klager doorbelast. Niet valt in te zien welke onduidelijkheid verweerder hierover heeft laten bestaan.

4.3         De communicatie met het gerechtshof heeft via het digitale roljournaal plaatsgevonden. De contacten met de deurwaarder en de wederpartij zijn beperkt gebleven tot telefonisch overleg over de termijn van aanbrenging van het herstelexploot en het verkrijgen van toestemming voor uitstel van het nemen van de memorie van grieven. Verweerder heeft ten aanzien van de fout van de deurwaarder overleg gevoerd met klager en daarin met hem naar een oplossing gezocht. Wellicht had verweerder er verstandig aan gedaan om deze afspraak met klager schriftelijk vast te leggen maar van het feit dat hij dit niet heeft gedaan valt verweerder, mede gelet op het beperkte belang daarvan, geen tuchtrechtelijk verwijt te maken.

4.4         De relatie tussen een advocaat en zijn cli ë nt dient gebaseerd te zijn op onderling vertouwen. Klager heeft de vertrouwensrelatie door het indienen van een klacht in die mate verstoord, dat van verweerder niet langer kon worden verwacht dat hij zijn werkzaamheden voor klager zou voortzetten. Verweerder heeft zijn werkzaamheden bovendien niet op een ongelegen moment dan wel op onzorgvuldige wijze beëindigd, zodat hem ter zake evenmin een tuchtrechtelijk verwijt valt te maken.

4.5         De voorzitter zal de klacht op grond van het bovenstaande in alle onderdelen als kennelijk ongegrond afwijzen.

BESLISSING

De voorzitter :

wijst de klacht in alle onderdelen als kennelijk ongegrond af.

Aldus gegeven door mr. E.P. van Unen, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 28 november 2013 .

griffier                                                                         voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 2 december 2013

per aangetekende en per telefax verzonden aan:

- klager

per gewone post verzonden aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Oost-Brabant.

Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Oost-Brabant binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet moge­lijk.

Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:

a.        Per post

Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te    worden toegezonden aan de griffie van de raad.

Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:

Postbus 3115, 4800 DC Breda

b.        Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.

c.         Per fax

Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.