ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA3862 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3994/12.128

ECLI: ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA3862
Datum uitspraak: 14-01-2013
Datum publicatie: 02-03-2013
Zaaknummer(s): R. 3994/12.128
Onderwerp: Ontvankelijkheid van de klacht, subonderwerp: Overige gronden
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Ontijdig verzet ingesteld. Het feit dat klagers het verzet per aangetekende post hebben ingesteld, verschoont hen niet om als zij verzet instellen dat binnen de wettelijk gestelde termijn te doen. Verzet niet-ontvankelijk    

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 28 juni 2012, door de raad ontvangen op 28 juni 2012, heeft de deken voor de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    Bij beslissing van 10 juli 2012 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 11 juli 2012 is verzonden aan klager.

1.3    Bij brief, gedateerd 21 juli 2012, door de raad ontvangen op 26 juli 2012, hebben klagers verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.4    Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 12 november 2012 in aanwezigheid van verweerder en afwezigheid van klagers. Na sluiting van de zitting hebben klagers sub 1 en 2 zich alsnog gemeld. De voorzitter heeft aanleiding gezien de zitting te heropenen. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.5    De raad heeft kennisgenomen van:

-    de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop

        de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven;

-    het verzetschrift van klagers d.d. 26 juli 2012.

2    FEITEN EN KLACHT

Voor de beoordeling van de klacht en voor een weergave van de feiten en omschrijving van de klacht, waartegen klager in zoverre niet opkomt, verwijst de raad, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, naar de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter.

3    VERZET

Klagers hebben geen nieuwe gronden voor het verzet aangevoerd anders dan een herhaling dan wel uitwerking van de klacht.

4    VERWEER

Verweerder heeft gesteld dat hij uit de brief van klager sub 2 heeft afgeleid dat klagers geen vertrouwen meer in hem hadden en om die reden heeft hij zich op 15 december 2011 genoodzaakt gezien zich aan de zaak te onttrekken. Ondanks verzoeken van klagers zijde is verweerder niet van gedachten veranderd. Verweerder heeft gesteld dat hij zich op een zorgvuldige wijze aan de zaak heeft onttrokken.

5    BEOORDELING

5.1    Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het verzet oordeelt de raad als volgt.

5.2    Ingevolge artikel 46h Advocatenwet kan de klager binnen veertien dagen na de verzending van de beslissing van de (plaatsvervangend) voorzitter schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline.

5.3    De beslissing van de (plaatsvervangend) voorzitter is blijkens het dossier  aangetekend aan klagers verzonden op 25 juni 2012. In die brief is klagers er op gewezen dat zij, indien zij zich met de beslissing niet konden verenigen, daartegen binnen veertien dagen na dagtekening van die brief, schriftelijk verzet kon aantekenen bij de raad aan het in die brief vermelde adres. Daarbij is tevens vermeld dat de eerste dag van de termijn van veertien dagen de dag is volgend op de dag van verzending van het afschrift en dat het verzetschrift uiterlijk op de 14e dag in het bezit dient te zijn van de griffier van de raad. Aan het slot van de beslissing van de (plaatsvervangend) voorzitter is eveneens vermeld dat binnen veertien dagen na de verzending van de uitspraak verzet kan worden ingesteld, waarbij eveneens uitdrukkelijk is vermeld dat een verzetschrift uiterlijk op de veertiende dag na die verzending in het bezit dient te zijn van de griffier van de raad.

5.4    Blijkens de stukken is het verzetschrift van klager ontvangen op 26 juli 2012. Het verzet is derhalve niet ingesteld binnen de vorenbedoelde termijn van veertien dagen. Het verzet is daarom niet-ontvankelijk, waarbij de raad opmerkt dat bij de behandeling van het verzet niet is gebleken van feiten of omstandigheden die tot een ander oordeel ten aanzien van de ontvankelijkheid nopen. Het feit dat klagers het verzet per aangetekende post hebben ingesteld, verschoont hen niet om als zij verzet instellen, dat binnen de wettelijk gestelde termijn te doen.

6    BESLISSING

De Raad van Discipline verklaart het verzet niet-ontvankelijk.

Aldus gewezen door mr. A.F.L. Geerdes, voorzitter, mrs. L.P.M. Eenens, P.C.M. van Schijndel, A.J.N. van Stigt, E.J. van der Wilk, leden, bijgestaan door mr. M. Boender-Radder als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 14 januari 2013.

griffier    voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 16 januari 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klagers

-    verweerder

-    de deken voor de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden

Van deze beslissing kan geen hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld.