ECLI:NL:TADRARN:2013:140 Raad van Discipline Arnhem 13-154

ECLI: ECLI:NL:TADRARN:2013:140
Datum uitspraak: 17-07-2013
Datum publicatie: 02-12-2013
Zaaknummer(s): 13-154
Onderwerp: Ontvankelijkheid van de klacht, subonderwerp: Klachten waarop al eerder is beslist
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: klaagster klaagt voor de derde maal tegen haar voormalig advocaat over hetzelfde feitencomplex. Klacht kennelijk niet-ontvankelijk.

Beslissing van 17 juli 2013

in de zaak 13-154

naar aanleiding van de klacht van:

Mevrouw [naam]

[adres]

klaagster

tegen:

mr. [naam]

advocaat te [plaats]

verweerder

De voorzitter van de raad van discipline (hierna “de voorzitter”) heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland van 2 juli 2013 met kenmerk RvT 1213-0026 door de raad ontvangen op 3 juli 2013, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken genummerd van 1 tot en met 11.

1 FEITEN

1.1 Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

1.2 Klaagster heeft zich in 2011 laten bijstaan door mevrouw mr. M., destijds advocaat te Almere. Mr. M. heeft zich per 1 december 2011 van het tableau laten schrappen en is daarna als juridisch medewerker gaan werken voor verweerder. Verweerder heeft de zaak van klaagster op 5 januari 2012 van mr. M. overgenomen. Bij e-mail van 24 juli 2012 heeft klaagster de samenwerking met verweerder opgezegd.

1.3 Klaagster heeft eerder klachten ingediend tegen verweerder, te weten op 24 juli 2012 en op 22 oktober 2012. De klacht die klaagster op 24 juli 2012 tegen verweerder heeft ingediend is op 10 mei 2013 door de afdeling Noord van de raad van discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden behandeld. Bij beslissing van 21 juni 2013 (in de zaak 179/12) is deze klacht in al haar onderdelen ongegrond verklaard door de raad. De klacht die op 22 oktober 2012 is ingediend is bij brief van 10 januari 2013 door de deken in het arrondissement Noord-Nederland ter kennis van de afdeling Noord van de  raad van discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden gebracht en bij beslissing van de voorzitter van 5 februari 2013 kennelijk niet ontvankelijk verklaard omdat de voorzitter heeft vastgesteld dat deze klacht betrekking heeft op hetzelfde feitencomplex als waarover klaagster op 24 juli 2012 heeft geklaagd.  Er is geen verzet ingesteld tegen deze beslissing.

1.4 De onderhavige klacht is door klaagster ingediend bij de deken bij faxbrief d.d. 7 maart 2013.

2 KLACHT

2.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet door:

a) klaagsters dossier niet te kennen en tijdens de zitting niets te zeggen;

b) een toevoeging af te declareren voor klaagsters zaak, maar klaagster geen (adequate) rechtsbijstand te verlenen;

c) onder invloed te zijn tijdens de zitting;

d) klaagster niet te informeren over ontwikkelingen in haar zaak;

e) zonder instemming met klaagster contact te onderhouden met de wederpartij van klaagster;

f) te weigeren originele stukken van klaagster aan klaagster te retourneren.

3 BEOORDELING

3.1 Op de klacht kan, met toepassing van artikel 46g Advocatenwet, door de voorzitter worden beslist.

3.2 Klaagster heeft reeds tweemaal eerder over hetzelfde feitencomplex geklaagd tegen verweerder. In haar klachtbrief d.d. 7 maart 2013 schrijft klaagster ook met zoveel woorden: “Ik wil graag dat alles opnieuw bekeken wordt door u en het liefst had ik dat u dan de boel oploste en regelt maar als dat niet kan, wilt u dan mijn klachten voorleggen aan de raad van discipline maar niet in Groningen of Leeuwarden …..”

3.3 Nu niet tweemaal over hetzelfde feitencomplex geklaagd kan worden is de klacht kennelijk niet-ontvankelijk.

BESLISSING

Wijst de klacht af.

Aldus gewezen door mr. B.P.J.A.M. van der Pol, voorzitter, met bijstand van mr. H.A.M. Ritsma-Hartman als griffier op 17 juli 2013.

griffier  voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 17 juli 2013 per aangetekende post en per gewone post verzonden aan:

• klaagster

en per gewone post aan:

• verweerder

• de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland

• de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten