ECLI:NL:TADRARN:2013:132 Raad van Discipline Arnhem 13-58

ECLI: ECLI:NL:TADRARN:2013:132
Datum uitspraak: 07-10-2013
Datum publicatie: 29-11-2013
Zaaknummer(s): 13-58
Onderwerp: Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Wat nooit geoorloofd is
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: verzet tegen voorzittersbeslissing, waarin klacht dat advocaat zich zou hebben schuldig gemaakt aan ernstig strafbare feiten is afgewezen, is ongegrond.

Beslissing van 7 oktober 2013

in de zaak 13-58

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 13 maart 2013 op de klacht van:

De heer [naam]

[adres]

klager

tegen:

mr. [naam]

advocaat te [plaats]

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief aan de raad van 19 februari 2013, met kenmerk RvT 1112-9587, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 Bij beslissing van 13 maart 2013 heeft de voorzitter van de raad de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen, welke beslissing op 13 maart 2013 is verzonden aan klager.

1.3 Bij brief van 15 maart 2013, 1x per e-mail ontvangen en op 18 maart 2013 door de raad per post ontvangen, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.4 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 10 juni 2013 in aanwezigheid van klager en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.5 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is genomen, alsmede van het verzetschrift van klager van 15 maart 2013.

2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter, waartegen klager in verzet in zoverre niet opkomt.

3 VERZET

3.1 De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in.

3.2 In zijn verzetschrift betwist klager het oordeel van de voorzitter dat de klacht elke onderbouwing mist en louter bestaat uit beweringen. Klager verwijst in zijn verzetschrift naar een brief van de hoofdofficier van Justitie en stelt dat daaruit blijkt dat verweerder wel degelijk verdacht wordt van een ernstig strafbaar feit. Klager wijst er nogmaals op dat op Google drive documenten zijn geplaatst die kunnen dienen ter onderbouwing van zijn klacht.

4 BEOORDELING

4.1 De raad is van oordeel dat de voorzitter bij zijn beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval.

4.2 De door klager aangevoerde gronden kunnen naar het oordeel van de raad niet slagen. De raad constateert dat klager ook in zijn verzetschrift, ter onderbouwing van zijn klacht, verwijst naar een brief van de hoofdofficier van justitie, zonder deze brief als bijlage bij te voegen.

4.3 De raad concludeert dat de voorzitter de klacht ook overigens terecht en op juiste gronden als kennelijk ongegrond heeft afgewezen.

4.4 Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus op 10 juni 2013 in raadkamer gewezen door mr. M.F.J.N. van Osch, voorzitter, mrs. A.T. Bolt, J.H. Brouwer, A. Gerritsen-Bosselaar en J.A. Holsbrink, leden, bijgestaan door mr. H.A.M. Ritsma-Hartman als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 7 oktober 2013.

griffier voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 9 oktober 2013 per e-mail verzonden aan:

- klager

en per gewone post aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan geen hoger beroep worden ingesteld.