ECLI:NL:TADRARL:2013:26 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 168/12

ECLI: ECLI:NL:TADRARL:2013:26
Datum uitspraak: 24-05-2013
Datum publicatie: 10-10-2013
Zaaknummer(s): 168/12
Onderwerp: Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Financiën
Beslissingen: Waarschuwing
Inhoudsindicatie: De advocaat is als bestuurder van zijn praktijkvennootschap en patroon van zijn stagiaire gehouden te zorgen voor een behoorlijke afwikkeling van een door de cliënt aan de stagiaire betaald voorschot. Van de ernstig verstoorde relatie tussen de patroon en de stagiaire mag de cliënt niet de dupe worden. Klcht ge grond; enkele waarschuwing.

Beslissing van 24 mei 2013

in de zaak 168/12

naar aanleiding van de klacht van:

de heer [    ]

klager

tegen:

mr. [    ]

verweerder

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 22 oktober 2012 met kenmerk 1112/88, door de raad ontvangen op 23 oktober 2012, heeft de deken van de orde van advocaten in het voormalige arrondissement Z. de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    De klacht is behandeld ter zitting van de raad van  in aanwezigheid van klager en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3    De raad heeft kennis genomen van:

-    het van de deken ontvangen dossier;

-    brief van verweerder van 8 maart 2013 met bijlagen.

1.4    Zaken die op 31 december 2012 aanhangig waren bij de raden van discipline in de ressorten Arnhem en Leeuwarden zijn op grond van de inwerkingtreding op 1 januari 2013 van de Wet Herziening Gerechtelijk Kaart voor de verdere behandeling overgedragen aan de raad van discipline in het ressort Arnhem   Leeuwarden. Deze zaak wordt daarom verder beslist door de raad van discipline in het ressort Arnhem   Leeuwarden.

2    FEITEN

2.1    Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

2.2    Verweerder is als advocaat werkzaam op het advocatenkantoor S. Advocaten B.V. Bij dit kantoor was mr. M. vanaf begin 2011 tot medio oktober 2011 als advocaatstagiaire in loondienst; althans naar de mening van verweerder en mr. M. was sprake van loondienst. Verweerder was de patroon van mr. M. Mr. M. heeft zich per 1 december 2011 van het tableau laten schrappen.

2.3    Op 26 september 2011 is klager zonder advocaat verschenen op een zitting van de rechtbank Z. in een echtscheidingsprocedure. De rechtbank heeft de zaak voor één dag aangehouden om klager in de gelegenheid te stellen een advocaat in te schakelen die hem zou kunnen bijstaan. Via het Juridisch Loket wendde klager zich tot mr. M. op 26 september 2011. Zij ontving hem op haar kantoor en verzocht klager om een voorschot te betalen van € 930,00, mee te nemen naar de zitting, bij gebreke waarvan zij hem niet zou bijstaan. Een nota voor dit bedrag heeft klager niet gehad. Hij maakte zelf een rekening die mr. M. aftekende na de zitting.

2.4    Omdat klager voor gefinancierde rechtsbijstand in aanmerking kwam is door mr. M. op 28 september 2011 een toevoeging aangevraagd, die op 18 oktober 2011 is toegekend. Klager heeft daarop mr. M. verzocht het door hem betaalde voorschot onder aftrek van de eigen bijdrage terug te betalen (€ 125,00), maar kreeg nul op het rekest. Verweerder, die klager nimmer heeft gezien of ontmoet, was evenmin bereid het bedrag aan hem terug te betalen. Dit heeft verweerder aan klager begin 2012 telefonisch meegedeeld. Mr. M. en verweerder wijzen naar elkaar.

3    KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

verweerder, naar eigen zeggen de werkgever van mr. M., heeft geweigerd het teveel betaalde bedrag aan klager te restitueren, ondanks diverse verzoeken daartoe. Verweerder en mr. M. wijzen naar elkaar en nemen geen verantwoordelijkheid, terwijl zij toch de belangen van klager dienen te behartigen.

4    VERWEER

4.1    Verweerder voert aan dat S. Advocaten B.V. geen opdracht van klager in behandeling heeft genomen en dat geen toevoeging ten gunste van dit kantoor is verstrekt. Als er betaling heeft plaatsgevonden aan mr. M., heeft S. Advocaten B.V. noch verweerder dit van mr. M. ontvangen. Verweerder heeft geen instructie aan mr. M. gegeven met betrekking tot een voorschot in de zaak van klager. Mr. M. heeft volstrekt op eigen houtje gehandeld en verweerder niet in de zaak van klager gekend. Verweerder kende klager dan ook niet. Nu verweerder in het geheel geen geldbedrag heeft ontvangen en de vergoeding van de toevoeging buiten zijn bereik ligt voelt hij zich niet geroepen om betaling te doen aan klager. Mr. M. is volledig verantwoordelijk voor terugbetaling van hetgeen klager aan haar heeft betaald.

5     BEOORDELING

5.1    Gebleken is dat verweerder bestuurder was  van S. Advocaten B.V. In de visie van verweerder en mr. M. was er sprake van een arbeidsovereenkomst tussen S. Advocaten B.V. en mr. M. en was  verweerder in de periode, waarin het litigieuze handelen plaats vond, patroon van mr. M. Voorts staat vast dat klager een bedrag van € 930,- heeft betaald aan mr. M., terwijl tevens vaststaat dat op basis van een toevoeging aan klager een eigen bijdrage is opgelegd van € 125,-, zodat klager teveel heeft betaald.

5.2    Ongeacht de vraag of mr. M. het door klager betaalde bedrag al dan niet heeft doorbetaald aan verweerder dan wel S. Advocaten B.V., is de raad van oordeel dat verweerder als bestuurder van S. Advocaten B.V. en patroon van mr. M. had moeten zorgen voor een behoorlijke afwikkeling van het betaalde voorschot. Gedragsregel 23 houdt immers in dat de advocaat gehouden is tot nauwgezetheid en zorgvuldigheid in financiële aangelegenheden. Het had ongeacht de eigen verantwoordelijkheid van mr. M in deze, op de weg van verweerder, in zijn hoedanigheid van bestuurder en patroon, gelegen om deze zaak klager te regelen. Vervolgens had verweerder dan intern de zaak verder met mr. M. kunnen regelen. Het gaat dan niet aan klager de dupe te laten worden van het geschil tussen verweerder en mr. M. De klacht is dan ook gegrond.

6    MAATREGEL

6.1    Alle feiten en omstandigheden in aanmerking nemende komt de raad tot de navolgende maatregel.

BESLISSING

De raad van discipline:

Oordeelt de klacht gegrond en legt aan verweerder een enkele waarschuwing op.

Aldus gewezen door mr. F.P. Dresselhuys-Doeleman, voorzitter, mrs. M.E. Derix, A.J.H. Geense, G. Ham, J.V. van Ophem, leden, bijgestaan door mr. D.C. van der Kwaak-Wamelink als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 24 mei 2013.

griffier                                      voorzitter                           

Deze beslissing is in afschrift op 27 mei 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-    verweerder

-    de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.     Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.     Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.

c.     Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl