ECLI:NL:RBAMS:2013:YB0922 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW412.2012

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2013:YB0922
Datum uitspraak: 05-02-2013
Datum publicatie: 04-03-2013
Zaaknummer(s): GDW412.2012
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:   Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder - kort samengevat – dat deze hem geen inzicht geeft in zijn betalingsachterstand. Uit de stukken blijkt dat de gerechtsdeurwaarder op verzoek van de gemachtigde van klager meerdere malen een specificatie van de vorderingen heeft verzonden. Die specificaties laten naar het oordeel van de Kamer niets aan duidelijkheid te wensen over. Daarom kan niet worden geoordeeld dat van tuchtrechtelijk laakbaar handelen sprake is geweest. De klacht wordt ongegrond verklaard.  

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 5 februari 2013 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 412.2012 ingediend door:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

gemachtigde: [     ]

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde [     ].

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief van 10 mei 2012 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna de gerechtsdeurwaarder.

Bij brief van 19 juni 2012 heeft de gerechtsdeurwaarder een verweerschrift ingediend.

De klacht is behandeld ter zitting van 18 december 2012 alwaar de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder is verschenen.

Van de behandeling ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 5 februari 2013.

1. De feiten

  1. Op 19 februari 2012 heeft de gemachtigde van klager aan de gerechtsdeurwaarder een specificatie gevraagd van de lopende vorderingen op klager.
  2. Bij brief van 26 januari 2012 heeft de gerechtsdeurwaarder een specificatie naar klager verzonden.
  3. Op 9 maart 2012 heeft de gemachtigde van klager de gerechtsdeurwaarder per email het volgende medegedeeld: “In antwoord op uw schrijven aan cliënt [     ] waarin u de totale vordering op hem specificeert het volgende. Uit het ontvangen premie overzicht gestuurd door DSW blijkt dat de totale achterstand van de heer [     ] berekent van af 01-01-2009 € 894,25 bedraagt waarvan € 689,25 naar uw organisatie is doorgestuurd. Als ik de hoofdsommen optel uit uw specificatie kom ik op een bedrag van € 1670,67. Ik vermoed dat dit verschil is veroorzaakt doordat betalingen zijn gedaan door cliënt niet aan u gemeld zijn. Ik heb ook DSW op de hoogte gesteld van dit feit, ik hoop dat wij gezamenlijk op korte termijn tot een oplossing kunnen komen”.
  1. Op 16 maart 2012 heeft de gemachtigde van klager de gerechtsdeurwaarder per email samengevat medegedeeld dat de zorgverzekeraar niet erg zorgvuldig is geweest in het aan- en afmelden van vorderingen inzake zijn cliënt dan wel het doorbetalen van alsnog ontvangen betalingen aan de gerechtsdeurwaarder en dat door deze onzorgvuldigheid zijn cliënt geconfronteerd is met onnodig bijkomende kosten en aanmelding bij CVZ.
  2. Op 11 april 2012 heeft de gemachtigde van klager een e-mail aan de gerechtsdeurwaarder verzonden, waarbij de specificatie van de lopende vorderingen zoals deze bekend zijn bij de opdrachtgever van de gerechtsdeurwaarder worden overgelegd.
  3. Bij brief van16 april 2012 heeft de gerechtsdeurwaarder de gemachtigde van klager opnieuw een specificatie toegezonden.

2. De klacht

Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder - kort samengevat – het volgende. Al sinds januari 2012 probeert hij inzicht probeert te krijgen in zijn betalingsachterstand bij zijn zorgverzekeraar die de vordering uit handen heeft gegeven aan de gerechtsdeurwaarder. De zorgverzekeraar heeft uiteindelijk een overzicht verstrekt aan klager maar dat komt niet overeen met de hoofdsommen in de verschillende dossiers van de gerechtsdeurwaarder. Beide partijen wijzen naar elkaar. Het probleem zit hem in het feit dat de door de zorgverzekeraar aangemelde vorderingen, welke alsnog door klager waren voldaan, niet zijn gemeld aan de gerechtsdeurwaarder. Betalingsdata worden niet duidelijk aangegeven. Waarschijnlijk zijn daardoor een aantal vorderingen ten onrechte bij de kantonrechter beland. Klager heeft de gerechtsdeurwaarder hierover benaderd maar krijgt geen reactie terug. Door het gebrek aan communicatie tussen de zorgverzekeraar en de gerechtsdeurwaarder wordt klager geconfronteerd met onterechte vorderingen, een onnodig hoog bedrag aan bijkomende kosten en een aanmelding als wanbetaler bij CVZ terwijl op het moment van aanmelding de achterstand volgens de zorgverzekeraar geen zes maanden bedroeg en ook een bedrag aan eigen risico bevatte, aldus klager.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd bestreden. Voor zover nodig wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht.

4.1 Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk handelend gerechtsdeurwaarder betaamt. Onderzocht dient te worden of hiervan sprake is.

4.2 De gerechtsdeurwaarder heeft in zijn verweerschrift gemotiveerd betwist dat de hoogte van de hoofdsommen in zijn specificatie verschilt met de hoofdsommen in de specificatie van zijn opdrachtgever. Dat verweerschrift is op voorhand aan klager verzonden maar klager heeft daarop niet gereageerd. Dat de hoofdsommen niet overeenkomen is de Kamer ook niet gebleken. Uit de stukken blijkt dat de gerechtsdeurwaarder op verzoek van de gemachtigde van klager meerdere malen een specificatie van de vorderingen heeft verzonden. Die specificaties laten naar het oordeel van de Kamer niets aan duidelijkheid te wensen over. Daarom kan niet worden geoordeeld dat van tuchtrechtelijk laakbaar handelen sprake is geweest.

4.3 Ten aanzien van de door klager verwachte reactie op zijn (schriftelijke, per mail en telefonische) benadering is kennelijk sprake van een misverstand. De mail van 9 maart 2012 van de gemachtigde van klager aan de gerechtsdeurwaarder bevat een vermoeden dat er betalingen door klager zijn gedaan aan de zorgverzekeraar die niet aan de gerechtsdeurwaarder zijn gemeld. De mail van 16 maart 2012 van de gemachtigde van klager aan de gerechtsdeurwaarder bevat verwijten die zijn gericht tegen de zorgverzekeraar. Niet valt in te zien hoe die verwijten aan de gerechtsdeurwaarder kunnen worden tegengeworpen. Dat de gerechtsdeurwaarder op die mails geen reactie heeft gegeven, is niet tuchtrechtelijk laakbaar nu die mails geen specifieke verzoeken bevatten maar van informatieve aard zijn. Op verzoeken om een specificatie van de vorderingen is wel gereageerd. Het verwijt dat door de gerechtsdeurwaarder niet wordt gereageerd, treft evenmin doel.

5. Nu geen tuchtrechtelijk laakbaar handelen is gebleken, wordt op grond van het voorgaande beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaar ders:

-          verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. A.W.J. Ros, plaatsvervangend-voorzitter, mr. A. Sissing en mr. J.J.L. Boudewijn, leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 5 februari 2013 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.