ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0233 Accountantskamer Zwolle 11/2038 Wtra AK

ECLI: ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0233
Datum uitspraak: 27-01-2012
Datum publicatie: 27-01-2012
Zaaknummer(s): 11/2038 Wtra AK
Onderwerp:
Beslissingen: klacht kennelijk niet-ontvankelijk
Inhoudsindicatie: Klacht kennelijk niet-ontvankelijk: betrokkene stond ten tijde van het verweten handelen niet meer ingeschreven in het register.

ACCOUNTANTSKAMER

                                                            VOORZITTER

BESLISSING ex artikel 39 Wet tuchtrechtspraak accountants ( Wtra)

van 27 januari 2011 in de zaak met nummer 11/2038 Wtra AK van

X ,

wonende te [woonplaats],

K L A G E R ,

t e g e n

Y ,

voormalig registeraccountant,

wonende te [woonplaats],

B E T R O K K E N E .

1. Het verloop van de procedure

1.1 De Accountantskamer heeft kennis genomen van de volgende in de zaak gewisselde en aan partijen bekende stukken:

- het op 29 september 2011 ingekomen klaagschrift van 28 september 2011, met bijlagen;

- het op 24 november 2011 ingekomen verweerschrift van 24 november 2011;

- de op 2 december 2011 ingekomen brief van klager van 1 december 2011.

2. De feiten

2.1 Klager en zijn toenmalige echtgenote mevrouw A (hierna: A) hebben de ondernemingen BV1, BV2, BV3 en BV4 geëxploiteerd.

2.2 Betrokkene is registeraccountant geweest en was werkzaam bij 5 te [plaats]. Sinds 31 augustus 2008 is hij uitgeschreven uit het register, als bedoeld in artikel 55, eerste lid Wet op de Registeraccountants (Wet RA). Tot 2003 is betrokkene als accountant en adviseur werkzaam geweest voor klager en A. Na de echtscheiding van klager en A in 2003 heeft betrokkene zijn werkzaamheden voor klager neergelegd en is hij de accountant gebleven van A.

2.3 In het kader van de financiële afwikkeling in de echtscheidingsprocedure tussen klager en A heeft de rechtbank Maastricht op 14 april 2010 de heer B RA (hierna: B) als deskundige aangewezen. Betrokkene heeft in deze procedure informatie aangereikt aan B met betrekking tot de periode waarin hij werkzaam was voor zowel klager, als A.  

3. De klacht

De klacht houdt in, althans zo begrijpt de voorzitter van de Accountantskamer:

-          dat betrokkene door klager verstrekte informatie heeft doorgeleid naar B RA en daarmee zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden;

-          dat betrokkene ten nadele van klager daarbij slechts is opgetreden als informant ten faveure van klagers ex-echtgenote en daarbij enerzijds de halve waarheid heeft verteld en anderzijds de waarheid heeft verhuld;

-          dat betrokkene klager ten onrechte heeft beschuldigd van het wegsluizen van gelden van zijn ex-echtgenote c.q. haar B.V.’s.

4. De gronden van de beslissing

Omtrent de klacht overweegt de voorzitter van de Accountantskamer het navolgende.

4.1 Op grond van artikel 33 Wet RA is de registeraccountant bij het beroepsmatig handelen onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met het bij of krachtens de Wet RA bepaalde en ter zake van enig ander handelen of nalaten in strijd met het belang van een goede uitoefening van het accountantsberoep.

4.2 De Accountantskamer stelt vast dat het verweten handelen van betrokkene betrekking heeft op de periode ná 14 april 2010. Betrokkene heeft zich op eigen verzoek sinds 31 augustus 2008 uit laten schrijven uit het register. De Accountantskamer kan slechts klachten in behandeling nemen tegen betrokkenen die op het moment van de door klager verweten gedraging daadwerkelijk registeraccount (of accountant-administratieconsulent) zijn. Betrokkene stond ten tijde van het verweten handelen niet meer ingeschreven in het register. Hij was ten tijde van de verweten gedragingen derhalve geen registeraccountant. De klacht moet daarom niet-ontvankelijk worden verklaard.

5. De beslissing

De voorzitter van de Accountantskamer verklaart de onderhavige klacht tegen betrokkene in alle onderdelen niet-ontvankelijk.

Aldus beslist door mr. M.B. Werkhoven, voorzitter, in aanwezigheid van P.M. Foppen LLB, secretaris, en uitgesproken ter openbare zitting van de Accountantskamer van 27 januari 2012.

_________                                                                            __________

secretaris                                                                               voorzitter

Deze uitspraak is aan partijen verzonden op:­­­­­­­­­­­­­­­____________________________

_________________________________________________________________________

Tegen deze uitspraak kan klager verzet doen bij de Accountantskamer. Dit verzet moet binnen zes weken na verzending van de uitspraak schriftelijk door indiening van een gemotiveerd verzetschrift worden gedaan.