ECLI:NL:RBAMS:2012:YB0808 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW542.2011

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2012:YB0808
Datum uitspraak: 08-05-2012
Datum publicatie: 31-08-2012
Zaaknummer(s): GDW542.2011
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen: Een berisping
Inhoudsindicatie:   Misleidende bijlagen bij betekende exploten. Ontbreken van gegevens van het kantoor van de gerechtsdeurwaarder waar domicilie wordt gekozen. Ontbreken van controle op de wijze van betekening en het doen van bevel tot betaling. Betalingen niet tijdig verwerkt waardoor voor een te hoog bedrag beslag werd gelegd. Niet houden aan de wettelijke bepalingen met betrekking tot overbetekening bij beslag en het verstrekken van de verklaring derdenbeslag. Klachten gegrond, de maatregel van berisping opgelegd.  

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beschikking van 8 mei 2012 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 534.2011 van:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

gemachtigde: [     ]

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brieven met bijlagen ingekomen op 2 augustus 2011 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij aangehechte brief met bijlagen ingekomen op 16 september 2011 heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. Bij brief met bijlagen van 25 oktober 2011 heeft klager op het verweer van de gerechtsdeurwaarder gereageerd en bij brief van 25 november 2011 heeft de gerechtsdeurwaarder daar nog op gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 20 maart 2012 alwaar de gemachtigde van klager en de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 8 mei 2012.

1. De feiten

a)      Bij vonnis van 29 juni 2011 is klager veroordeeld om aan [     ] B.V. gevestigd te [     ] te betalen een bedrag van € 297,72. De gemachtigde van de eisende partij in die procedure was [     ] B.V. te [     ].

b)      Naar aanleiding van het vonnis heeft de gemachtigde van klager bij e-mail van 4 juli 2011 aan [     ] B.V. gevraagd opgave te doen van het op grond van het vonnis verschuldigde bedrag. Op dit bericht is niet gereageerd.

c)      De aan het kantoor van gerechtsdeurwaarder [     ] te [     ]verbonden toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder [     ] heeft het vonnis op 21 juli 2011 aan klager betekend met bevel tot betaling van

€ 313,00. In overleg met [     ] B.V. heeft klager besloten om de explootkosten niet te voldoen, omdat niet op de e-mail was gereageerd en de betekening dus niet terecht werd geacht. De betaling van € 313,00 is op 29 juli 2011 bijgeschreven op de kwaliteitsrekening van gerechtsdeurwaarder [     ].

d)     Het exploot van betekening en bevel is uitgevoerd op blanco papier afkomstig van [     ] B.V. Op het exploot is het dossiernummer van [     ] vermeld en er is woonplaats gekozen op het kantoor van de gerechtsdeurwaarder, en voor zover nodig ook op het kantoor van gerechtdeurwaarder [     ] te [     ].

e)      In de informatiebijlage bij het exploot wordt de mogelijkheid tot het treffen van een betalingsregeling vermeld. Daarbij wordt de naam van het kantoor van de gerechtsdeurwaarder vermeld, maar ook een postbusnummer, een telefoonnummer en een rekeningnummer, die beheerd worden door  [     ] B.V.maar niet als zodanig zijn aangeduid. Er wordt vermeld dat de betaling kan geschieden op het vermelde rekeningnummer dat wel mede op naam staat van het kantoor van de gerechtsdeurwaarder.

f)       De gemachtigde heeft via het telefoonnummer gesproken met een medewerker die hem vertelde dat het postbus en telefoonnummer toebehoorden aan een nevenkantoor van de gerechtsdeurwaarder gevestigd te [     ]. Dat opgegeven adres is hetzelfde als de adressen van [     ] B.V. en [     ]. De gerechtsdeurwaarder heeft geen nevenvestiging.

g)      Op 7 september 2011 heeft de gerechtsdeurwaarder ten laste van klager beslag onder de Belastingdienst gelegd. Daarbij is geen rekening gehouden met de betaling. Het dossiernummer op het exploot van beslaglegging is dat van [     ] B.V. Het exploot is gesteld op briefpapier van de gerechtsdeurwaarder.

2. De klacht

2.1 Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat deze:

a: zijn zogenaamde nevenvestiging van zijn kantoor te [     ] niet in het handelsregister heeft doen opnemen. Daarmee handelt de gerechtsdeurwaarder in strijd met de Handelsregisterwet. Hij heeft de gegevens van dit kantoor ook niet op andere wijze inzichtelijk gemaakt;

b: als behandelend gerechtsdeurwaarder heeft toegelaten dat bij het uitgebrachte exploot een bijlage is gevoegd die onjuiste gegevens van zijn kantoor vermeld;

c: in strijd met hetgeen van een goed gerechtsdeurwaarder mag worden verwacht, heeft geweigerd om het rekeningnummer van de kwaliteitsrekening van zijn kantoor te verstrekken;

d: niet, althans onvoldoende, heeft toegezien op het redigeren van het exploot van betekening;

e: zijn administratie, althans niet volledig, heeft afgeschermd voor derden (in dit geval [     ] B.V.);

f: niet voorkomen heeft dat de bronnen van inkomsten ook terecht kunnen komen bij [     ] B.V. of bijeen andere derde;

g: een exploot van betekening en bevel zonder zijn medeweten en toestemming heeft laten uitbrengen;

h: in het exploot van betekening en bevel opgenomen heeft dat klager op straffe van halvering van de beslagvrije voet gehouden is opgave te doen van zijn bronnen van inkomsten. Die aanzegging is onjuist, omdat halvering van de beslagvrije voet alleen is toegestaan in het kader van informatie als bedoeld in artikel 475, lid 2 Rv.

Klager heeft zijn klacht aangevuld met de verwijten dat de gerechtsdeurwaarder:

i: in strijd met de artikelen 1 en 4 van de Administratieverordening Gerechtsdeurwaarders en art. 10 van de Verordening beroeps- en gedragsregels gerechtsdeurwaarders heeft gehandeld doordat hij het door gerechtsdeurwaarder [     ] op zijn kwaliteitsrekening gestorte bedrag niet terstond heeft verwerkt.

j: tot het leggen van executoriaal derdenbeslag is overgegaan zonder dat kenbaar te maken. De gemachtigde heeft de gerechtsdeurwaarder bij brief van 30 juli 2011 gesommeerd om de executie te staken. Op die brief is niet inhoudelijk gereageerd;

k: executoriaal derdenbeslag onder de Belastingdienst heeft gelegd voor een onjuist bedrag. Er is geen rekening gehouden met de betaling. Bovendien is op het exploot van beslaglegging een te hoog bedrag aan executiekosten opgenomen;

l: heeft nagelaten bij de Belastingdienst op de voet van artikel 475g, lid 3 Rv informatie op te vragen omtrent periodieke betalingen uit hoofde van een eventuele voorlopige teruggaaf. Als de gerechtsdeurwaarder dat wel had gedaan, had hij geweten dat aan klager geen voorlopige teruggaaf werd verleend en dat het beslag daarop dus geen doel zou treffen;

m: in strijd met artikel 475i Rv gehandeld heeft, door na te laten het beslag aan klager over te betekenen. Het doel van overbetekening is om de geëxecuteerde in staat te stellen eventueel een executiegeschil op te werpen. De gerechtsdeurwaarder kon op grond van de brief van 30 juli 2011 ook begrijpen dat klager zich bij een voortzetting van de executie niet zou neerleggen. Onder deze omstandigheden had overbetekening helemaal voor de hand gelegen;

n: heeft nagelaten een afschrift op de voet van artikel 476b, lid 3 Rv, van de door de Belastingdienst naar aanleiding van het derdenbeslag gedane verklaring aan klager te zenden. Dit afschrift diende op grond van de wet binnen drie dagen aan klager te worden toegezonden.

2.2 De gerechtsdeurwaarder heeft verwarring laten ontstaan. Hij heeft wel degelijk betrokkenheid gehad bij de betekening van het vonnis en door dit niet toe te geven heeft hij de Kamer misleid.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

3.1 De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht weersproken. Hij acht zich niet verantwoordelijk voor gedragingen van de gerechtdeurwaarder die het vonnis heeft betekend, omdat met er met hem geen relatie bestaat. De gerechtsdeurwaarder kan evenmin uitlatingen doen over [     ] B.V. Dat bedrijf heeft opdracht gegeven tot de ambtshandelingen. De gerechtsdeurwaarder staat daar buiten. Dat de dossiernummers voor verschillende ambtshandelingen met betrekking tot dezelfde schuldenaar gelijk zijn, is niet ongebruikelijk.  

3.2 De gerechtsdeurwaarder heeft in zijn laatste reactie nog aangevoerd dat hij niets heeft te maken met de betaling op de rekening van [     ]. De betaling van klager kon, omdat de zaak bij de gerechtsdeurwaarder niet bekend was, niet worden thuisgebracht en is op een tussenrekening geboekt. Het beslag is terecht gelegd. De in rekening gebrachte explootkosten waren wel juist. Het had geen zin om te verifiëren of er recht op de voorlopige teruggave bestond. Een dergelijk recht kan elke dag ontstaan. Ter besparing van kosten wordt alleen indien het beslag doel heeft getroffen de verklaring van de beslagen toegestuurd en overbetekend. De opdrachtgever en [     ] B.V. zijn reguliere opdrachtgevers waarmee verder geen relatie bestaat.

4. De beoordeling van de klacht

4.1. Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 De Kamer acht de klacht gegrond. De Kamer acht het met name laakbaar dat het exploot van betekening bijlagen bevat die misleidend en onduidelijk zijn. Als een exploot wordt uitgebracht waarbij domicilie op het kantoor van een gerechtsdeurwaarder is gekozen, dan dienen daarbij de gegevens van het kantoor van die gerechtsdeurwaarder te worden vermeld. Een gerechtsdeurwaarder dient te streven naar transparantie bij zijn gehele doen en laten en dus ook bij het verstrekken van zijn contactgegevens aan derden.

Bovendien dient de gerechtsdeurwaarder de controle over de wijze van betekening en het doen van bevel tot betaling te behouden wanneer exploten onder zijn verantwoordelijkheid worden uitgebracht. De gerechtsdeurwaarder heeft ter zitting toegegeven dat hij die controle bij exploten op verzoek van [     ] B.V. destijds niet uitoefende.

4.3 Voorts acht de Kamer verwijtbaar dat de gerechtsdeurwaarder de betaling van klager niet tijdig heeft verwerkt en daardoor voor een te hoog bedrag beslag heeft trachten te leggen. De deurwaarder draagt wel degelijk de verantwoordelijkheid voor de beslaglegging en de verwerking van betalingen, omdat die betalingen plaatsvonden naar een rekening op naam van zijn kantoor.

4.4 Tot Slot acht de Kamer het in ieder geval in hoge mate laakbaar dat de gerechtsdeurwaarder zich (naar eigen zeggen structureel) niet heeft gehouden aan de wettelijke bepalingen met betrekking tot overbetekening bij beslag en het verstrekken van de verklaring derdenbeslag.

4.5 Dat de gerechtsdeurwaarder te hoge explootkosten heeft berekend, is niet gebleken.

4.6 De Kamer acht oplegging van te melden maatregel op zijn plaats.

5. Op grond van het vorenstaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart de klacht gegrond;

-        legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op.

Aldus gegeven door mr. E.R.S.M. Marres, voorzitter, mr. M. Nijenhuis en M. Colijn (plaatsvervangend) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 mei 2012 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.