ECLI:NL:RBAMS:2012:YB0803 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW584.2011

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2012:YB0803
Datum uitspraak: 24-04-2012
Datum publicatie: 31-08-2012
Zaaknummer(s): GDW584.2011
Onderwerp: Financieel toezicht
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzuim bij indienen jaarstukken. Klacht gegrond, geen maatregel opgelegd.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 24 april 2012 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 584.2011 van:

Bureau Financieel Toezicht ,

gevestigd te Utrecht,

klager,

gemachtigden: [     ]

tegen

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Verloop van de procedure

Bij brief met bijlagen ingekomen op 26 juli 2011 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna de gerechtsdeurwaarder. Bij aangehechte brief met bijlagen ingekomen op 20 september 2011 heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 13 maart 2012. Namens klager is verschenen [     ]. De gerechtsdeurwaarder is eveneens verschenen. Klager heeft een pleitnota overgelegd. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 24 april 2012.

1. De feiten

Ingevolge artikel 17 lid 1 jo. Artikel 31 lid 1 van de Gerechtsdeurwaarderswet heeft de gerechtsdeurwaarder de verplichting om binnen zes maanden na afloop van het boekjaar de stukken over het voorafgaande boekjaar op te stellen en aanstonds na het verstrijken van deze termijn in te dienen bij klager. Bij brief van 7 juli 2011 heeft klager de gerechtsdeurwaarder geconfronteerd met zijn constatering dat per 6 juli 2011 de privé vermogensopstelling van de gerechtsdeurwaarder niet was ontvangen.

2. De klacht

Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder - kort samengevat – dat hij niet heeft voldaan aan zijn wettelijke verplichting doordat hij de privé vermogensopstelling over 2010 niet tijdig heeft ingediend. Als gevolg daarvan heeft de gerechtsdeurwaarder een adequaat en goed georganiseerd toezicht op het financiële beheer van de gerechtsdeurwaarderspraktijk belemmerd. Inmiddels heeft de gerechtsdeurwaarder alsnog aan zijn verplichting voldaan.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft ter zitting de klacht erkend.

4. De beoordeling van de klacht

4.1  Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 De Kamer acht de klacht gegrond. Klager heeft niet voldaan aan zijn wettelijke verplichting. Gelet op het feit dat het de eerste keer is dat tegen de gerechtsdeurwaarder om deze reden een klacht is ingediend, ziet de Kamer geen aanleiding tot het opleggen van een maatregel.

4.3 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart de klacht gegrond;

-        ziet van het opleggen van een maatregel af.

Aldus gegeven door mr. A.W.J. Ros, plaatsvervangend-voorzitter, mr. C.W. Inden en mr. A.C.J.J.M. Seuren (plaatsvervangend) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 april 2012 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.