ECLI:NL:TNOKLEE:2011:YC0650 Kamer van toezicht Leeuwarden 03-2011

ECLI: ECLI:NL:TNOKLEE:2011:YC0650
Datum uitspraak: 18-05-2011
Datum publicatie: 12-08-2011
Zaaknummer(s): 03-2011
Onderwerp: Overig
Beslissingen: Klacht niet-ontvankelijk
Inhoudsindicatie: Voorzittersbeslissing. Klacht buiten de vervaltermijn van artikel 99 lid 12 Wna ingediend. Kennelijk niet-ontvankelijk.

 

 

KAMER VAN TOEZICHT OVER NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN TE LEEUWARDEN

Reg.nr.:

Datum uitspraak:

03-2011

18 mei 2011

UITSPRAAK

van de voorzitter van de Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Leeuwarden, hierna te noemen de Kamer, in de zaak van:

A,

wonende te B,

hierna te noemen: klaagster,

procederende in persoon,

tegen

mr. C ,

notaris te D,

hierna te noemen: de notaris.

PROCESVERLOOP

1.1       Bij brief van 21 maart 2011, door de Kamer ontvangen op 22 maart 2011, heeft klaagster een klacht ingediend tegen de notaris.

1.2       De notaris heeft schriftelijk verweer gevoerd bij brief van 9 mei 2011.

MOTIVERING

Vaststaande feiten

2.1.      In de onderhavige zaak zal worden uitgegaan van de navolgende vaststaande feiten.

2.2.      Klaagster is de echtgenote van E, oud-notaris te D (hierna te noemen: E).

2.3       Met ingang van 1 januari 2005 heeft de notaris de praktijk van E overgenomen.

2.4       Het kantoorpand was tot 20 oktober 2005 in eigendom van klaagster. Klaagster heeft het pand tot die datum verhuurd aan de notaris. Op 20 oktober 2005 is het pand in eigendom overgedragen aan de notaris.

Het standpunt van klaagster

3.            Klaagster stelt zich op het standpunt dat de notaris in strijd met de eer en waardigheid van het notarisambt heeft gehandeld. De notaris heeft het naambord van E zonder overleg weggenomen en zijn naambord over de eerste steen in de voorgevel geplaatst. Tijdens de passering van de akte betreffende de overdracht van het kantoorpand op 20 oktober 2005 heeft de notaris toegezegd de eerste steen weer zichtbaar te maken. De notaris is zijn toezegging niet nagekomen. De manier waarop de notaris klaagster en haar echtgenoot te woord heeft gestaan en het feit dat hij zijn toezegging niet is nagekomen acht klaagster een notaris onwaardig.

Het standpunt van de notaris

4.         De notaris heeft verweer gevoerd. Hij heeft - kort samengevat - gesteld dat de klacht een civiele kwestie betreft en dat klaagster in deze een civiele procedure zou moeten aanspannen. Verder heeft hij gesteld dat noch bij de aanvang van de huurovereenkomst noch bij de vastlegging van de voorwaarden van de koop van de notariĆ«le onderneming of het kantoorpand over de voorwaarde waarover thans wordt geklaagd, is gesproken. Klaagster heeft bij de ondertekening van de koopovereenkomst van 30 december 2004 geen enkel voorbehoud gemaakt.

De beoordeling

5.1       Ingevolge artikel 99, twaalfde lid van de Wet op het notarisambt (Wna) kan een klacht slechts worden ingediend gedurende drie jaren na de dag waarop de tot klacht gerechtigde van het handelen of nalaten van een notaris dat tot tuchtrechtelijke maatregelen aanleiding kan geven kennis heeft genomen.

5.2       In het midden latend of een dergelijk handelen door de notaris, zoals door klaagster gesteld, als een handelen in strijd met de eer en het aanzien van het notariaat als bedoeld in artikel 1 van de Verordening beroeps- en gedragsregels, dient te worden aangemerkt en waarover de tuchtrechter een oordeel dient te geven, is de voorzitter van oordeel dat de klacht buiten de vervaltermijn is ingediend. Naar het oordeel van de voorzitter is de vervaltermijn van drie jaren binnen een redelijke termijn vanaf eind januari 2005, toen klaagsters' echtgenoot, zoals zij heeft gesteld, constateerde dat het naambord van haar echtgenoot was verwijderd door de notaris en de notaris over de eerste steen in de voorgevel zijn eigen naambord had geplaatst, en in ieder geval vanaf 20 oktober 2005, het moment waarop klaagster de notaris zou hebben verzocht het naambord over de eerste steen te verwijderen en hij daaromtrent een toezegging zou hebben gedaan, gaan lopen. Reeds op die momenten droeg klaagster kennis van het volgens haar tuchtrechtelijk laakbaar handelen van de notaris. Nu de klacht na het verstrijken van de vervaltermijn van drie jaren is ingediend, kan klaagster niet worden ontvangen in haar klacht. Nu de klacht niet ontvankelijk is, komt de voorzitter niet toe aan een inhoudelijke behandeling van de klacht. Ten overvloede overweegt de voorzitter dat klaagster, indien zij wenst te bereiken dat de notaris alsnog de volgens haar door hem gedane toezegging nakomt, zich tot de civiele rechter zou dienen te wenden.

5.4       Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen zal de voorzitter de klacht als kennelijk niet-ontvankelijk afwijzen.

DE BESLISSING

De voorzitter van de Kamer van Toezicht:

-                     wijst de klacht van klaagster als kennelijk niet-ontvankelijk af.

Deze beslissing is genomen te Leeuwarden door mr. J.S. van der Kolk, voorzitter, bijgestaan door mr. S. Ambachtsheer, secretaris, en in het openbaar uitgesproken op 18 mei 2011.

S. Ambachtsheer                                                                   J.S. van der Kolk

De beslissing is verzonden op

Tegen de beslissing van de voorzitter kan binnen 14 dagen na de dag van verzending van het afschrift van die beslissing, schriftelijk verzet worden gedaan bij de Kamer van Toezicht, Postbus 1702, 8901 CA Leeuwarden.