ECLI:NL:TGZRGRO:2011:YG1636 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen F2011-01
ECLI: | ECLI:NL:TGZRGRO:2011:YG1636 |
---|---|
Datum uitspraak: | 20-12-2011 |
Datum publicatie: | 20-12-2011 |
Zaaknummer(s): | F2011-01 |
Onderwerp: | Lichamelijke toestand |
Beslissingen: | Ongegrond/afwijzing |
Inhoudsindicatie: | Fysiotherapeut. Onprofessionele gedragingen met een sexuele lading? Klaagster werkt niet mee aan een mondeling vooronderzoek. Gestelde gedragingen zijn niet komen vast te staan. Klacht ongegrond. |
Rep.nr. F2011/01
20 december 2011
Def. 163
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG
TE GRONINGEN
Het College heeft het volgende overwogen en beslist over de op 25 juli 2011
binnengekomen klacht van:
A,
wonende te B,
klaagster,
tegen
C,
wonende te D,
fysiotherapeut,
BIG-rgnr:,
verweerder.
1. Verloop van de procedure
Het College heeft kennisgenomen van het dossier waarin zich onder meer bevinden:
- het klaagschrift van 22 juli 2011, ingekomen op 25 juli 2011;
- het verweerschrift van 26 augustus 2011, ingekomen op 6 september 2011;
- de brief van de secretaris van het College aan klaagster van 8 september 2011;
- de brief van verweerster van 14 september 2011, ingekomen op 16 september 2011.
De klacht is behandeld in raadkamer van20 december 2011.
2. Beoordeling van de klacht
Klaagster verwijt verweerder kort gezegd onprofessionele gedragingen met een sexuele lading. Verweerder heeft deze gedragingen gemotiveerd ontkend. De secretaris van het College heeft partijen opgeroepen voor een mondeling vooronderzoek. Klaagster heeft laten weten daaraan geen medewerking te zullen verlenen. Nu de lezingen van partijen lijnrecht tegenover elkaar staan en het mondeling vooronderzoek onder meer bedoeld was om daarover – en over eventueel beschikbare bewijsmiddelen – opheldering te verkrijgen, kan het College niet uitmaken welke lezing de juiste is. Voor onderzoek langs andere weg bestaan geen aanknopingspunten. Bij deze stand van zaken moet als volgt worden beslist.
3.. Beslissing
Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:
Verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
Aldus gegeven door mr.dr. H.L.C. Hermans, voorzitter, mevrouw dr. J.C. Bosmans en prof.dr.P.U. Dijkstra, leden-fysiotherapeuten, in aanwezigheid van mevrouw mr. N. Brouwer, secretaris, en in het openbaar uitgesproken op 20 december 2011 door de voorzitter, in tegenwoordigheid van de secretaris.
De secretaris: De voorzitter: