ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1488 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 19-2010

ECLI: ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1488
Datum uitspraak: 07-02-2011
Datum publicatie: 01-04-2011
Zaaknummer(s): M 19-2010
Onderwerp:
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Kwaliteit van de dienstverlening
  • Wat een behoorlijk advocaat betaamt, subonderwerp: Belangenconflict
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:   Geen sprake van tegenstrijdige belangen nu niet is gebleken dat de advocaat daadwerkelijk voor de wederpartij is opgetreden, nu door hem geen proceshandelingen zijn verricht en hij zich heeft teruggetrokken als advocaat. Van een advocaat mag voortvarend handelen worden verwacht, ook al is enige tijd nodig om de advocaatopvolging te realiseren. Niet zodanig dat sprake is van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Ongegrond.

M 19 - 2010

Raad van Discipline

in het ressort ’s Hertogenbosch

Beslissing

inzake

de klacht van

de heer X

verder : klager

gemachtigde : Y

tegen

Z

verder te noemen: verweerder

gemachtigde : Q

1. Verloop van de procedure

1.1       Bij brief van 3 februari 2010 heeft de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Maastricht de door klager op 5 mei 2009 ingediende klacht toegezonden aan de raad, samen met de in de inventarislijst genoemde stukken.

1.2       De klacht is behandeld ter openbare zitting van de raad van 6 december 2010. Ter zitting waren klager, de gemachtigde van klager, verweerder en de gemachtigde van verweerder aanwezig.

2. De feiten,

2.1.      Verweerder heeft zich op 14 januari 2009 in een incassoprocedure bij de rechtbank als advocaat van de wederpartij van klager gesteld. Klager heeft hiertegen bij brief dd. 29 januari 2009 bezwaar gemaakt en aan verweerder verzocht zich in deze procedure als advocaat terug te trekken. Verweerder antwoordde bij brief dd. 5 februari 2009 binnen een week te zullen reageren. Verweerder heeft per fax dd. 11 maart 2009 aan de gemachtigde van klager bericht dat verweerder uitstel nodig had om te kunnen desisteren en dat hij aan de roladministratie om uitstel had verzocht, waarmee hij de gemachtigde van klager akkoord vertrouwde. De gemachtigde van klager heeft per fax dd. 12 maart 2009 voormelde fax voor akkoord geretourneerd aan verweerder.

Verweerder heeft de rechtbank per fax dd. 6 mei 2009 bericht te desisteren als advocaat en om aanhouding van de comparitie van partijen verzocht, die op 7 mei 2009 zou plaatsvinden. Verweerder heeft de advocaat van klager per fax dd. 6 mei 2009 een afschrift van voormelde brief aan de rechtbank doen toekomen. Op 11 mei 2009 heeft klager aan verweerder bevestigd dat hij had vernomen dat deze zich als advocaat van de wederpartij had teruggetrokken.

3. De klacht

-           Verweerder is in een geschil opgetreden tegen klager, terwijl verweerder voorheen herhaaldelijk in opdracht van klager heeft gewerkt;

-           Verweerder heeft niet, althans te laat gereageerd op de brieven van klager dd. 29 januari, 15 april en 11 mei 2009; hij heeft pas gereageerd nadat klager een klacht bij de deken had ingediend.

4. Het verweer.

4.1.      Verweerder verricht al sedert enige jaren geen werkzaamheden meer in opdracht van klager. Klager heeft er zelf voor gekozen geen gebruik meer te maken van de diensten van (het kantoor van) verweerder. De werkzaamheden die verweerder destijds in opdracht van klager heeft verricht, hadden niets van doen met de incassoprocedure waarin verweerder optrad tegen klager.

4.2.      Verweerder heeft zich na de ontvangst van de brief van klager dd. 29 januari 2009 beraden op zijn positie. Verweerder heeft in de procedure geen enkel processtuk opgesteld of ingediend. Verweerder achtte zich vrij om in de betreffende incassoprocedure tegen klager op te treden. Hij heeft ter zake om advies aan de deken gevraagd. De deken heeft verweerder gewezen op gedragsregel 7 lid 4 en 5 en verweerder voorgehouden dat hij daarin zelf een beslissing diende te nemen.

4.3.      Verweerder heeft klager niet rechtstreeks benaderd omdat deze zich voorzien had van een eigen advocaat. Verweerder heeft de correspondentie daarom gericht aan de advocaat van klager.

4.4.      Verweerder had al voor de ontvangst van de brief van de deken dd. 7 mei 2009, door verweerder ontvangen op 8 mei 2009, besloten zich terug te trekken als advocaat van de wederpartij van klager. Hij heeft de rechtbank en de advocaat van klager hiervan per fax dd. 6 mei 2009 op de hoogte gesteld, waarna de zaak werd verwezen naar de rol van 27 mei 2009 voor advocaatwijziging aan de zijde van de opdrachtgeefster van verweerder. .

4.5.      Verweerder had de advocaat van klager al per fax dd. 11 maart 2009 bericht dat hij zou desisteren als advocaat. Verweerder had nog enig uitstel nodig alvorens hij zich in de betreffende incassozaak definitief als advocaat kon terugtrekken. Het was echter voor klager vanaf 11 maart 2009 duidelijk dat verweerder zou desisteren als advocaat van diens wederpartij.

5. Beoordeling van de klacht

5.1                Het is een advocaat niet toegestaan tegen een voormalige cliënt of een bestaande

cliënt van hem of van een kantoorgenoot van hem op te treden tenzij :

-     de aan de advocaat toevertrouwde of toe te vertrouwen belangen niet betreffen dezelfde kwestie ten aanzien waarvan de voormalige cliënt of bestaande cliënt werd of wordt bijgestaan door de advocaat of een kantoorgenoot van hem, de aan de advocaat toevertrouwde belangen of toe te vertrouwen belangen ook geen verband hielden of houden met diekwestie en een daarop uitlopende ontwikkeling evenmin aannemelijk is ;

-     en de advocaat of zijn kantoorgenoot niet beschikt over vertrouwelijke informatie van welke aard dan ook afkomstig van zijn voormalige cliënt of bestaande cliënt, dan wel zaaksgebonden informatie of informatie de persoon dan wel het bedrijf van de voormalige cliënt of de bestaande cliënt betreffende, die van belang kan zijn in de zaak tegen de voormalige cliënt of de bestaande cliënt;

-     en ook overigens niet van redelijke bezwaren is gebleken aan de zijde van de voormalige of de bestaande cliënt of aan de zijde van de partij, die zich met het verzoek tot behartiging van zijn belangen tot de advocaat heeft gewend.

5.2.            Vast staat dat verweerder voorheen in diens hoedanigheid van advocaat

werkzaamheden heeft verricht in opdracht van klager, alsmede dat verweerder zich op 14 januari 2009 in een incassoprocedure heeft gesteld als advocaat van de wederpartij van klager.

Klager liet verweerder weten dat deze zich vanwege tegenstrijdige belangen zou dienen terug te trekken. Verweerder stelt dat hij in het verleden weliswaar werkzaamheden heeft verricht in opdracht van klager, maar dat er gelet op voormelde uitzonderingsbepalingen geen sprake was van tegenstrijdige belangen op grond waarvan het hem niet vrij stond in de betreffende incassoprocedure tegen klager op te treden. Verweerder heeft desalniettemin na intern overleg op zijn kantoor per fax dd. 11 maart 2009 aan de advocaat van klager en per fax dd. 6 mei 2010 aan de rechtbank bericht te desisteren als advocaat.

5.3.      Als niet betwist is komen vast te staan dat het langere tijd geleden is dat verweerder voor klager optrad. Dat de zaken waarin verweerder destijds voor klager optrad inhoudelijk verband hielden met de onderliggende incassoprocedure is niet gebleken. Dat er sprake was van tegenstrijdige belangen is door klager niet dan wel onvoldoende aangetoond. Wat hiervan ook zij, niet gebleken is dat verweerder daadwerkelijk als advocaat van de wederpartij tegen klager is opgetreden. Verweerder heeft geen proceshandelingen verricht en zich uiteindelijk definitief teruggetrokken als advocaat. Het eerste onderdeel van de klacht zal daarom als feitelijk ongegrond worden afgewezen.

5.4.      Mede gelet op zijn toezegging dd. 5 februari 2009 om binnen een week te reageren had verweerder sneller en duidelijk met klager moeten antwoorden. Naar het oordeel van de raad is de tijdspanne tussen 29 januari 2009 en 11 maart 2009 echter niet zó lang dat sprake is van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Hoewel de raad het niet onbegrijpelijk acht dat er enige tijd nodig was om de advocaatopvolging voor de cliënte van verweerder te realiseren, had van verweerder wel enige voortvarendheid verwacht mogen worden. De raad acht het weinig gelukkig dat verweerder heeft gewacht tot de laatste dag voor de comparitie dd. 7 mei 2009 alvorens zich als advocaat terug te trekken. Dat verweerder zich per fax dd. 11 maart 2009 niet rechtstreeks had gewend tot klager maar tot diens advocaat vloeit voort uit de gedragsregel voor advocaten dat deze zich niet rechtstreeks tot de wederpartij mag wenden, indien deze door een advocaat wordt bijgestaan. Verweerder heeft aldus juist gehandeld door zich tot de advocaat van klager te wenden.

Op grond van het bovenstaande komt de raad tot het oordeel dat verweerder in zijn communicatie richting klager meer duidelijkheid en voortvarendheid had kunnen betrachten, maar dat hem hiervan geen tuchtrechtelijk verwijt valt te maken. Het tweede onderdeel van de klacht zal door de raad eveneens als ongegrond worden afgewezen.

6. Beslissing

De raad verklaart de klacht in beide onderdelen van de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mrs. P.M. Knaapen, voorzitter, P. van Hoef, L. Caudri, E.J.P.J.M. Kneepkens en R.G.A.M. Theunissen, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 7 februari 2011.

Griffier                                                            voorzitter

Verzonden op: 8 februari 2011.

Van deze beslissing kan binnen 30 dagen na verzending van het afschrift hoger beroep worden ingesteld bij het Hof van Discipline.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiterlijk op de dertigste dag dient Uw appelmemorie in het bezit te zijn van de griffier van het Hof van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van de appelmemorie, maar om tijdige ontvangst door de griffier van het Hof van Discipline. U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort. Beroep dient te worden ingesteld door middel van een memorie, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien.

De memorie dient in zevenvoud te worden ingediend en vergezeld te zijn van zes kopieën van de beslissing waartegen beroep wordt ingesteld.

De appelmemorie kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

  1. Per post.

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is: postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.

  1. Bezorging.

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC te Prinsenbeek. Bezorging kan uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tijdens de gebruikelijke kantooruren.

  1. Per fax.

Het faxnummer van het Hof van Discipline is : 076 – 5484608.

Tegelijkertijd met de indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het Hof in het vereiste aantal.

Voor het inwinnen van informatie : het telefoonnummer van het Hof van Discipline is : 076 - 5484607.