ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0610 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW762.2010

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0610
Datum uitspraak: 10-05-2011
Datum publicatie: 11-07-2011
Zaaknummer(s): GDW762.2010
Onderwerp: Incassotraject
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Ondanks nakomen betalingsregeling heeft klager een brief ontvangen waarin hij wordt gesommeerd de laatste termijn te betalen binnen zeven dagen bij gebreke waarvan klager zou worden gedagvaard. Klacht gegrond verklaard. Er wordt geen maatregel opgelegd omdat het een vergissing betrof en klager excuses zijn aangeboden.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beschikking van 10 mei 2011 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 762.2010 van:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[    ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde: [     ].

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief met bijlagen ingekomen op 21 oktober 2010 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder.

Bij aangehechte brief ingekomen op 2 november 2010 heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 29 maart 2011 alwaar de gerechtsdeurwaarder en zijn gemachtigde zijn verschenen. Klager is hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen.

Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 10 mei 2011.

1. De feiten

Via de gerechtsdeurwaarder is met klager een betalingsregeling getroffen. Deze regeling is nagekomen door klager. Het laatste termijnbedrag zou klager in november 2010 voldoen. De gerechtsdeurwaarder heeft klager op 18 oktober 2010 met betrekking tot dit laatste bedrag aangeschreven dit binnen zeven dagen te voldoen bij gebreke waarvan klager zou worden gedagvaard.

2. De klacht

Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat de brief zeer dreigend overkomt en niet correct is, omdat hij de regeling is nagekomen en er voor de verzending van de brief dus geen enkele aanleiding was.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft erkend dat de brief niet geschreven had mogen worden. Hij acht de klacht gegrond, maar vindt een maatregel niet op zijn plaats, omdat de brief is uitgegaan bij vergissing. Er is een verkeerd model gebruikt. Bovendien is het laatste termijnbedrag van € 80,30 aan klager terugbetaald.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.3 De Kamer acht de klacht gegrond, maar ziet gelet op de omvang van het verwijt dat de gerechtsdeurwaarder te maken valt geen aanleiding tot het opleggen van een maatregel. Niet gebleken is dat de verzending van de brief het klaarblijkelijk gevolg is van grote onzorgvuldigheden of van handelen tegen beter weten in. De gerechtsdeurwaarder heeft zijn excuses aangeboden en heeft het laatste termijnbedrag terugbetaald.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart de klacht gegrond.

Aldus gegeven door mr. A.W.J. Ros, plaatsvervangend-voorzitter, mr. H.M. Patijn J.C.M. van der Weijden (plaatsvervangende) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 10 mei 2011 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.