ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0565 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet815.2010

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0565
Datum uitspraak: 22-03-2011
Datum publicatie: 13-05-2011
Zaaknummer(s): GDWverzet815.2010
Onderwerp: Andere werkzaamheden (art. 20 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. De Kamer acht het verzet gegrond maar de klacht wordt ongegrond verklaard.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM 4

Beslissing van 22 maart 2011 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake het verzet met nummer 815.2010 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klaagster,

gemachtigde: [     ],

tegen:

[     ],

oud-gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde: [     ].

1. Verloop van de procedure

Bij beschikking van 12 oktober 2010 (zaaknummer 472.2010) heeft de voorzitter van de Kamer voor gerechtsdeurwaarders (hierna: de voorzitter) beslist op een door klaagster tegen beklaagde ingediende klacht. Bij brief van 26 oktober 2010 is klaagster een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden. Op 8 november 2010 heeft klaagster tegen de beslissing van de voorzitter verzet ingesteld. Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 8 februari 2011. De gemachtigde van klaagster heeft laten weten niet ter zitting te verschijnen. Namens de gerechtsdeurwaarder is verschenen, [     ], gerechtsdeurwaarder te [     ]. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 22 maart 2010.

2. De gronden van het verzet

In verzet heeft klaagster samengevat aangevoerd dat zij het niet eens is met de beslissing van de voorzitter, omdat deze ten onrechte heeft overwogen dat de klacht een verschil van mening betreft over de vraag of de gerechtsdeurwaarder afwikkelingskosten in rekening mocht brengen. Volgens klaagster is dat niet het geval. De door de gerechtsdeurwaarder in rekening gebrachte kosten zijn betaald. Van de zijde van de gerechtsdeurwaarder is echter geen enkele poging ondernomen om die kosten bij de wederpartij van klaagster in rekening te brengen, terwijl die partij deze afwikkelingskosten naar de mening van klaagster zou moeten dragen.

3. De ontvankelijkheid van het verzet .

Klaagster heeft het verzet tegen voormelde beslissing van de voorzitter ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat zij in haar verzet kan worden ontvangen.

4. De inleidende klacht

Klaagster verwijt de gerechtsdeurwaarder, kort samengevat, dat deze van mening is dat zij de afwikkelingskosten dient te dragen. Klaagster is van mening dat deze kosten voor rekening van haar tegenpartij komen.

5. De beslissing van de voorzitter

De voorzitter heeft geoordeeld dat de gerechtsdeurwaarder niet in strijd heeft gehandeld met de tuchtrechtelijke norm. De voorzitter is van oordeel dat de klacht kennelijk ongegrond is.

6. De beoordeling van de gronden van het verzet

6.1 Klaagster heeft in verzet terecht aangevoerd dat de voorzitter de klacht verkeerd heeft opgevat. Volgens klaagster kwamen de in rekening gebrachte afwikkelingskosten ook voor rekening van haar tegenpartij. Zij heeft er dus niet zo zeer over geklaagd dat de gerechtsdeurwaarder afwikkelingskosten heeft berekend. Volgens klaagster mocht zij daar ook op grond van een brief van de rechtbank van uitgaan. De Kamer acht het verzet gegrond hierom gegrond.

6.2 De Kamer komt vervolgens toe aan de behandeling van de klacht. De Kamer is van oordeel dat klacht alsnog ongegrond dient te worden verklaard. Klaagster is uitgegaan van een verkeerde vooronderstelling. De gerechtsdeurwaarder is op grond van de algemene voorwaarden, aan klaagster als zijn opdrachtgever, gerechtigd om afwikkelingskosten te berekenen welke kosten niet verhaalbaar zijn op de tegenpartij van klaagster. De gerechtsdeurwaarder heeft dit telefonisch aan klaagster uitgelegd en heeft hier in zijn bevestiging van de opdracht van 6 mei 2010 naar verwezen.

6.3 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart het verzet gegrond;

-        vernietigt de beslissing van de voorzitter;

-        verklaart de klacht alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door mr. G.H.I.J. Hage, plaatsvervangend-voorzitter, mr. H.M. Patijn en M.J.-M.L. Baudoin (plaatsvervangende) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 22 maart 2011 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.