ECLI:NL:TPETPVE:2010:YD0091 Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren Zoetermeer TPPE5010

ECLI: ECLI:NL:TPETPVE:2010:YD0091
Datum uitspraak: 09-11-2010
Datum publicatie: 09-11-2010
Zaaknummer(s): TPPE5010
Onderwerp: Hygiënevoorschriften
Beslissingen: Vrijspraak
Inhoudsindicatie: De feiten waarop de schriftelijke verklaring is gebaseerd, zijn onduidelijk. De omschrijving van de feiten kunnen niet leiden tot een helder beeld van de overtreding waarvoor een maatregel wordt gevraagd. Vrijspraak.

Zaaknummer :

TPPE 50/2010

Betrokkene:

[bedrijfsnaam]

[naam betrokkene]

[adres]

Datum:

9 november 2010

Gang van zaken:

De zaak berust op een berechtingsrapport dat de Stichting Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE) heeft opgemaakt onder nummer L10036, naar aanleiding van een op 19 april 2010 door een controleur van genoemde stichting gehouden inspectie op het bedrijf van betrokkene, dat geregistreerd is bij het Productschap Pluimvee en Eieren (PPE) onder nummer [KIP-nummer].Bovengenoemd berechtingsrapport houdt in de constatering van de navolgende feiten door betrokkene begaan, zoals in de in deze zaak opgemaakte schriftelijke verklaring, als bedoeld in artikel 15 van de Wet tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004, omschreven.

Het Tuchtgerecht heeft de zaak op 26 oktober 2010 behandeld op zijn openbare terechtzitting, gehouden te Amersfoort.

Ter zitting zijn verschenen mevrouw [naam], geboren op [datum] te [plaats] en de heer [naam], beiden wonende aan de [adres], en beiden maat van de maatschap.

Voorts zijn ter zitting verschenen mr. R.B.R. Henke en R. te Loo (BSc), namens het PPE.

Het Tuchtgerecht heeft op 9 november 2010 uitspraak gedaan.

Verweten gedraging:

Niet kon worden aangetoond dat het koppel dat op 22 mei 2008 is opgezet maximaal veertien dagen voor de overplaatsing is onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella.

Verklaring van betrokkene:

Ter terechtzitting hebben de vertegenwoordigers van betrokkene onder meer verklaard, zakelijk weergegeven:

“Wij hebben een gecombineerd bedrijf met zowel opfokleghennen als leghennen. Dat is vrij uitzonderlijk. Onder 1) in de schriftelijke verklaring staat dat wij na een periode van 27 weken op 25 november 2008 opfokleghennen hebben overgeplaatst. Dat is onjuist en dat hebben wij ook nooit verklaard. Overplaatsing gebeurt uiterlijk na 17 of 18 weken al. Het op 22 mei 2008 opgezette koppel is begin september 2008 overgeplaatst. Wij enten en plaatsen over in één keer. De enting is bij de overplaatsing op 3 en op 10 september 2008 uitgevoerd. Het bloedonderzoek is van 30 september, drie weken later.

Wij plaatsen een koppel in twee keer over, waarbij ook alle entingen worden uitgevoerd. Bovendien hebben wij n.a.v. deze gang van zaken een brief van INDAS gekregen, dat wij wel IKB-gecertificeerd blijven.

De opfokstal is geen volledige volièrestal. Daarom plaatsen wij de hennen eerder over, zodat ze aan de legstal zijn gewend zodra ze aan de leg gaan.

Uit het berechtingsrapport blijkt dat het na december 2008 allemaal goed gegaan is. Het is onze werkwijze.”

Bewijs en verwijtbaarheid:

Betrokkene heeft een gecombineerd bedrijf met zowel opfok- als leghennen. In de schriftelijke verklaring wordt gesteld dat betrokkenen de op 22 mei 2008 opgezette kuikens op 25 november 2008 heeft overgeplaatst, na een periode van 27 weken. De vertegenwoordigers van betrokkene hebben ter zitting aangevoerd dat zij dat niet verklaard hebben en dat het ook niet mogelijk is, omdat opfokleghennen na 17 of hooguit 18 weken moeten worden overgeplaatst.

Het Tuchtgerecht is van oordeel dat de feiten waarop de schriftelijke verklaring is gebaseerd onvoldoende aannemelijk zijn. Het Tuchtgerecht spreekt betrokkene daarom van de verweten gedraging vrij.

Ten overvloede merkt het Tuchtgerecht op dat betrokkene in augustus 2008 een Salmonellaonderzoek had moeten uitvoeren bij de overplaatsing van de leghennen.

Beslissing:

Vrijspraak.

Toepasselijke artikelen:

Naast de reeds vermelde artikelen zijn van toepassing de Wet Tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004 en het Instellingsbesluit Productschap Pluimvee en Eieren.

Samenstelling van het Tuchtgerecht:

De uitspraak is gedaan door mw. mr. W.N. Everts, plaatsvervangend voorzitter, ing. J. Bazuin en A.C. van Schie, leden, in aanwezigheid van mr. K. Feenstra, secretaris.