ECLI:NL:TNOKSHE:2010:YC0444 Kamer van toezicht 's-Hertogenbosch Kln.09.01

ECLI: ECLI:NL:TNOKSHE:2010:YC0444
Datum uitspraak: 15-04-2010
Datum publicatie: 21-05-2010
Zaaknummer(s): Kln.09.01
Onderwerp: Registergoed
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie: De ongegronde klacht strekt zich tot het erkennen door de notaris van een situatie van vruchtgebruik na een erfenis bij een koopovereenkomst en later een akte van levering en het niet willen wijzigen van het woord "vruchtgebruik" in "onverdeelde boedel".

KLN 09.01

15 april 2010

DE KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN IN HET ARRONDISSEMENT 's-HERTOGENBOSCH

neemt de navolgende beslissing op de klacht van [..], hierna te noemen klager, tegen […], notaris te […], hierna te noemen de notaris.

1. De procedure

1.1              Op 24 december 2008 heeft klager een klacht (met bijlagen) geformuleerd tegen de notaris.

1.2              Op 6 juli 2009 heeft klager de klacht uitgebreid.

1.3              Op 6 augustus 2009 heeft de notaris op de klacht gereageerd.

1.4              Op 10 augustus 2009 heeft klager gerepliceerd.

1.5              De plaatsvervangend voorzitter van de kamer van toezicht heeft de zaak verwezen naar de volle kamer.

1.6              De kamer van toezicht heeft de klacht behandeld ter openbare vergadering van 18 maart 2010. De notaris en klager zijn beide verschenen.

2. De feiten

2.1  De notaris heeft in zijn brief aan klager van 18 april 2008 de zinsnede opgetekend: “Moeder heeft conform het testament van vader het vruchtgebruik van de gehele nalatenschap”.

2.2  De notaris heeft in de akte van levering van 20 april 2008 uit het testament van de vader van klager overgenomen dat deze aan zijn echtgenote het levenslange vruchtgebruik heeft gelegateerd.

2.3  Er is nimmer een notariële akte van afgifte van het recht van vruchtgebruik opgemaakt, noch heeft de moeder van klager het in het testament van de vader van klager aan haar gelegateerde vruchtgebruik van de woning afgedwongen.

3. De klacht en het verweer daartegen

3.1 Klager stelt, zakelijk weergegeven, het navolgende.

De notaris heeft in zijn brief van 18 april 2008 aan klager het woord vruchtgebruik onterecht gebezigd. Er was volgens klager geen sprake van vruchtgebruik, omdat het vruchtgebruik op het onroerend goed - in dit geval de ouderlijke woning - niet in een notariële akte van vruchtgebruik is vastgelegd. Voorts is klager van mening dat de notaris ten onrechte het woord vruchtgebruik heeft gebezigd in de akte van levering van 20 april 2008. De notaris is volgens klager daarnaast tekortgeschoten in zijn verplichting om partijen of betrokkenen te informeren over de juridische status van het onroerend goed. Ook heeft de notaris de andere medegerechtigden/eigenaren van het onroerend goed door zijn handelen in hun mening gesterkt dat er sprake was van het vruchtgebruik van hun moeder. Tot slot heeft klager zijn klacht uitgebreid met het verwijt dat de notaris geen wijziging conform artikel 45 van de Wet op het notarisambt heeft willen aanbrengen, noch in zijn brief van 18 april 2008, noch in de akte van levering van 20 april 2008. Aldus heeft de notaris volgens klager gehandeld in strijd met zijn zorgplicht. 

3.2 De notaris heeft, zakelijk weergegeven, het navolgende opgeworpen.

De nalatenschap van de vader van klager is door een andere notaris afgehandeld. De notaris is van mening dat er door de erfgenamen vervolgens vijftien jaar is gehandeld als ware er sprake van vruchtgebruik van de moeder van klager. In de brief aan klager van 18 april 2008 is naar zijn mening het woord vruchtgebruik mede daarom niet onterecht vermeld. De zinsnede ten aanzien van het vruchtgebruik in de akte van levering van 20 april 2008 heeft de notaris geciteerd uit het testament van de vader van klager. Bij het verlijden van de akte van levering heeft de notaris alle betrokkenen, waaronder ook klager, betrokken. Er is vervolgens, ten overstaan van de notaris,  zoals afgesproken aan een derde geleverd. Een ieder, op klager na, was op dat moment in de veronderstelling dat er sprake was van vruchtgebruik. De moeder van klager had het door de vader van klager testamentair aan haar gelegateerde vruchtgebruik echter nog niet afgedwongen. Het vruchtgebruik kon anderszins in dit geval ook te goeder trouw door verjaring zijn ontstaan. De notaris stelt verder dat zijn handelen op geen enkele wijze heeft bijgedragen aan de visie die de familie van klager heeft over het al dan niet bestaan van het vruchtgebruik. De notaris heeft ook geen wijziging conform artikel 45 van de Wet op het notarisambt aangebracht, omdat hij van mening is dat hij steeds terecht heeft geïnterpreteerd dat er sprake was of zou kunnen zijn van het vruchtgebruik.

Hij heeft naar zijn mening zorgvuldig gehandeld en verzoekt de kamer van toezicht de klacht  ongegrond te verklaren.

4.  De beoordeling

4.1 De notaris heeft klager op 18 april 2008 een brief gezonden. Daarin heeft de notaris het woord vruchtgebruik gebezigd. In de akte van levering van 20 april 2008 heeft de notaris eveneens het woord vruchtgebruik gebruikt. Klager stelt dat dit onterecht is en heeft om die reden de onderhavige klacht ingediend. Klager heeft voorts zijn klacht uitgebreid met het verwijt dat de notaris het woord ‘vruchtgebruik’ niet heeft willen wijzigen in ‘onverdeelde boedel’.

De kamer van toezicht is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de notaris ten onrechte het woord vruchtgebruik heeft gebezigd. De notaris heeft in de akte van levering de zinsnede met daarin het woord vruchtgebruik letterlijk geciteerd uit het testament van de vader van klager. Daartegen kan niet met succes worden geklaagd.

In zijn brief aan klager van 18 april 2008 heeft de notaris het woord vruchtgebruik ook genoemd. De kamer van toezicht is van oordeel dat de notaris in deze brief mogelijk minder stellig of enigszins genuanceerder over het al dan niet bestaan van het vruchtgebruik had kunnen schrijven. De kamer van toezicht acht dit gegeven echter niet van voldoende belang om dit klachtwaardig te achten.

Het op artikel 45 van de Wet op het notarisambt gebaseerde verwijt kan, gelet op de tekst van dit artikel, enkel betrekking hebben op de akte en niet op de brief.

Nu niet is gebleken dat in de akte van levering ten onrechte is gesteld dat er sprake zou (kunnen) zijn van vruchtgebruik, is het beroep op artikel 45 van de Wet op het notarisambt zonder succes voorgedragen. Het gaat immers niet om een kennelijke verschrijving in een akte.

Gelet op het vorenstaande is niet gebleken van klachtwaardig handelen door de notaris, zodat de klacht ongegrond is.

5. De beslissing

De kamer van toezicht:

verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven te 's-Hertogenbosch door mr. S.J.G.N.M. Willard, plaatsvervangend voorzitter,

mr. D. van Emden, mr. M.H.G. Giesbers, mr. J.L.G.M. Mertens en mr. J.J.G.M. Kuijpers, leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 15 april 2010,

in tegenwoordigheid van de secretaris.

Hoger beroep tegen vorenstaande beslissing is mogelijk door indiening van een verzoekschrift ‑ binnen dertig dagen na dagtekening van het aangetekend schrijven waarbij van deze beslissing is kennis gegeven - bij het gerechtshof te Amsterdam, postadres: postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.