ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0396 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010/026

ECLI: ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0396
Datum uitspraak: 24-06-2010
Datum publicatie: 24-06-2010
Zaaknummer(s): C2010/026
Onderwerp: Onvoldoende informatie
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:   Klager wordt niet-ontvankelijk verklaard in zijn beroep tegen beslissing van het Regionaal Tuchtcollege dat klacht ongegrond is. Het beroepschrift bevat niet de gronden van het beroep. Klager is in de gelegenheid gesteld dit verzuim te herstellen, maar ook uit zijn reacties blijkt onvoldoende waarom hij het niet eens is met het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege.

C E N T R A A L  T U C H T C O L L E G E

voor de Gezondheidszorg

Beslissing in de zaak onder nummer 2010/026 van:

                                               A., wonende te B., appellant, klager in eerste aanleg,

tegen

                                               C., huisarts, wonende te D., verweerder in hoger beroep en in                                                eerste aanleg.

1.         Verloop van de procedure

            Appellant - hierna klager - heeft op 3 april 2009 bij het Regionaal Tuchtcollege te

            ‘s-Gravenhage tegen verweerder - hierna de arts - een klacht ingediend. Bij beslissing             van 27 oktober 2009, onder nummer 2009 O 073, heeft dat College de klacht          afgewezen. Klager is van die beslissing tijdig in hoger beroep gekomen.

            Op 27 mei 2010 heeft het Centraal Tuchtcollege de zaak buiten aanwezigheid van       partijen in raadkamer behandeld.

2.         Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep

            2.1.      Het beroepschrift bevat niet, zoals vereist in artikel 73 lid 2 van de Wet BIG in            verbinding met artikel 19 lid 1 onder c Tuchtrechtbesluit BIG, de gronden van het     beroep. Aan klager is bij brief van 8 maart 2010 de gelegenheid geboden om zijn    beroepsgronden alsnog kenbaar te maken. Uit de hierop van de zijde van klager             ingekomen reacties valt echter evenmin af te leiden op welke gronden hij het niet eens             is met de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege.

            2.2.      Het beroepschrift voldoet dus niet aan de daaraan bij de wet gestelde vereisten           zodat klager op grond van het bepaalde in artikel 74 lid 1 Wet BIG niet in het beroep            kan worden ontvangen.

3.         Beslissing

            Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:

                                               verklaart  klager niet-ontvankelijk in het beroep.

Deze beslissing is gegeven in raadkamer door: mr. E.J. van Sandick, voorzitter,

mrs. J.M.T. van der Hoeven-Oud en P.J. Wurzer, leden-juristen en dr. A.A. de Rotte en

prof.dr. J.B.L. Hoekstra, leden-beroepsgenoten en mr. C.M.J. Wuisman-Jansen, secretaris en uitgesproken ter openbare zitting van 24 juni 2010, door mr. A.H.A. Scholten, in tegenwoordigheid van de secretaris.     Voorzitter   w.g.             Secretaris  w.g.