ECLI:NL:RBAMS:2010:YB0483 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW2010.62

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2010:YB0483
Datum uitspraak: 19-10-2010
Datum publicatie: 30-12-2010
Zaaknummer(s): GDW2010.62
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Klacht over verstrekte informatie. De informatie is weliswaar laat verstrekt maar niet onjuist en de Kamer acht de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder niet tuchtrechtelijk laakbaar.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beschikking van 19 oktober 2010 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 62.2010 van:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

gemachtigde [     ],

tegen:

[     ],

kandidaat-gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief met bijlagen ingekomen op 1 januari 2010 heeft klager een klacht ingediend tegen (het kantoor van) beklaagde, hierna ook: de gerechtsdeurwaarder. Op 2 maart 2010 is het aangehechte verweerschrift van de gerechtsdeurwaarder ontvangen. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 7 september 2010. De gemachtigde van klager is verschenen. De gerechtsdeurwaarder heeft bij brief van 6 september 2010 laten weten niet ter zitting te zullen verschijnen. Zij heeft verwezen naar haar verweerschrift tegen de klacht. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 19 oktober 2010.

1. De feiten

-           Klager, zijn vrouw en twee kinderen waren van 1 januari 2006 tot 1 januari 2007 voor ziekte- en tandartskosten verzekerd bij [     ] Zorgverzekeringen    ([     ]).

-                     [    ] heeft de gerechtsdeurwaarder verzocht een bedrag van € 3.439,82 aan onbetaalde premies voor de basis en aanvullende zorgverzekering over 2006, vermeerderd met incassokosten, op klager te innen.

-                     Bij brief van 5 november 2008 heeft de gerechtsdeurwaarder klager hierover geïnformeerd.

-                     De echtgenote van klager is in 2008 overleden.

-                     Klager heeft de gemachtigde in maart 2009 verzocht hem bij te staan terzake van de vordering van de gerechtsdeurwaarder.

-                     De gemachtigde heeft de gerechtsdeurwaarder vanaf 2 maart 2009 telefonisch en  schriftelijk verzocht om informatie over de vordering en de daarmee verband houdende kosten.

-                     De gerechtsdeurwaarder heeft op 14 april 2009 een opgave van de vordering en de kosten verstrekt doch geen informatie over de onderliggende vordering en kosten. Eerst bij brief van 9 november 2009 is een opgave van de niet betaalde premies verstrekt en is vermeld op basis waarvan de incassokosten zijn berekend.

-                     Op een brief van klagers gemachtigde van 16 november 2009 en een rappel van 10 december 2009 is bij brief van 7 januari 2010 gereageerd door de gerechtsdeurwaarder.

2. De klacht

Klager beklaagt zich er samengevat over dat aan hem de gevraagde informatie na 11 maanden nog steeds niet is verstrekt. Voorts stelt hij dat de gerechtsdeurwaarder onjuiste informatie over een eventuele betalingsregeling verstrekt. Hij meent dat de gerechtsdeurwaarder onzorgvuldig heeft gehandeld. Ter zitting heeft hij hieraan toegevoegd dat hij uiteindelijk wel een overzicht van de gerechtdeurwaarder heeft ontvangen maar dat bevat alleen de netto bedragen die [    ] heeft ontvangen na aftrek van de kosten. Met dit overzicht kan hij niks.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder betwist dat onjuiste informatie is verstrekt omtrent een eventueel door de overleden echtgenote getroffen betalingsregeling. Zij wijst op de brief van 9 november 2009 waarin staat dat er een betalingsregeling is geweest die niet goed is nagekomen. Zij erkent dat te laat is gereageerd op de verzoeken van maart 2009, doch meent dat er geen sprake is van onzorgvuldig handelen doordat in de brief van 9 november 2009 excuses zijn gemaakt, toen ook een overzicht is verstrekt van de niet betaalde premies en de renteberekening hierop is aangepast. Zij is nog steeds bereid de zaak in der minne op te lossen doch de gemachtigde reageert niet op haar telefoontjes.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 De gerechtsdeurwaarder heeft wel informatie verstrekt maar erg laat. Een gerechtsdeurwaarder die een vergissing begaat of een rekenfout maakt, maakt zich in het algemeen daarmee niet zonder meer schuldig aan handelen of nalaten dat tuchtrechtelijk dient te worden bestraft. Dit kan anders zijn wanneer de vergissing of fout klaarblijkelijk gevolg is van grote onzorgvuldigheden of van handelen tegen beter weten in. Hiervan is echter niet gebleken. Bovendien heeft de gerechtsdeurwaarder haar excuses aangeboden voor de gang van zaken. De Kamer acht de klacht daarom ongegrond.

BESLISSING

De Kamer voor gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. C.M. Berkhout, voorzitter, mr. H.M. Patijn en M.J-M.L. Baudoin (plaatsvervangende) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 oktober 2010 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.