ECLI:NL:RBAMS:2010:YB0412 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 591.2009

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2010:YB0412
Datum uitspraak: 04-05-2010
Datum publicatie: 09-09-2010
Zaaknummer(s): 591.2009
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Ontruiming. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat hij een onderzoek had moeten instellen omdat de woning leeg stond. Klager heeft geen dagvaarding ontvangen en heeft zich niet bij de rechter kunnen verweren. Uit de stukken blijkt dat een tijdige adresverificatie is gedaan voorafgaande aan het uitbrengen van de dagvaarding. De gerechtsdeurwaarder kan geen verwijt worden gemaakt. De klacht wordt ongegrond verklaard.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beschikking van 4 mei 2010 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 591.2009 van:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief ingekomen op 30 september 2009 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna de gerechtsdeurwaarder.

Bij aangehechte brief met bijlagen ingekomen op 8 oktober 2010 heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd en bij brief met producties ingekomen op 16 februari 2010 heeft hij nog nader gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 23 maart 2010. Klager is verschenen. De gerechtsdeurwaarder is, hoewel behoorlijke opgeroepen, niet verschenen.

Van de behandeling ter terechtzitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 4 mei 2010.

1. De feiten

a)      Klager is bij vonnis van 23 januari 2008 door de kantonrechter te [     ] bij verstek veroordeeld tot ontruiming van een woning gelegen aan de [     ] te [     ] en tot betaling van achterstallige huurpenningen.

b)     De ontruiming heeft plaatsgevonden op 7 februari 2008.

2. De klacht

Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat hij zijn burgerrechten verzaakt door hem niet alle informatie te verstrekken die onder de naam van klager staan geregistreerd in het onder de gerechtsdeurwaarder berustende dossier. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder daarnaast dat hij geen dagvaarding heeft ontvangen en zich daarom niet bij de rechter heeft kunnen verweren. De gerechtsdeurwaarder had moeten inzien dat de woning waar de dagvaarding is betekend al was verlaten en had een onderzoek moeten instellen.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd bestreden. Voor zover nodig wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Op grond van artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn (kandidaat) gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling en ter zake van enig handelen of nalaten dat een behoorlijk gerechtsdeurwaarder niet betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in voormelde zin oplevert.

4.2 Op grond van vaste rechtspraak dient controle op adresgegevens standaard onderdeel van de procedure te zijn bij betekening van in elk geval een dagvaarding. De gerechtsdeurwaarder kan bij het betekenen van een ambtelijk stuk niet zonder meer afgaan op aanwijzingen van zijn opdrachtgever. Evenmin mag hij afgaan op oude adresgegevens die niet opnieuw zijn gecheckt. Bij twijfel dient in elk geval de juistheid van een adres te worden geverifieerd.

4.3 Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat hij geen dagvaarding heeft ontvangen. Hij stelt al sinds 23 november 2007 elders woonachtig te zijn. De gerechtsdeurwaarder is daar in zijn verweerschrift niet op ingegaan en heeft op dat punt enkel aangevoerd dat klager zijn eerder gedane huuropzegging bij brief van 3 september 2007 heeft ingetrokken. De zaak is daarom voor behandeling naar de Kamer verwezen.

4.4 Uit de nader ingediende producties van de gerechtsdeurwaarder blijkt echter dat hij wel degelijk het adres van klager heeft geverifieerd. Op 14 december 2007 voorafgaand aan het uitbrengen van de dagvaarding van 17 december 2007 en op 18 augustus 2008. Klager stond ingeschreven te [     ], [     ] en volgens de laatste verificatie sinds 6 maart 2008 in [     ].

4.5 Klager heeft ter terechtzitting naar eigen zeggen op 23 november 2007 de door hem gehuurde woning verlaten, de sleutels bij de verhuurder ingeleverd, zich laten uitschrijven bij de gemeente [     ] en verhuisd naar een adres in [     ]. In maart 2008 is de inschrijving in de nieuwe gemeente pas geĆ«ffectueerd. Volgens klager was het kenbaar dat de woning leeg stond. Er was dus geen aanleiding om deze te ontruimen.

4.6 De Kamer is van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat er tuchtrechtelijk laakbaar is gehandeld. De tijd die is verstreken tussen de opgave van het nieuwe adres en de daadwerkelijke inschrijving op het nieuwe adres komt voor risico van klager. Er heeft een adresverificatie plaatsgevonden. Klager stond op het adres ingeschreven waar hij is gedagvaard en ontruimd.

4.7 De Kamer acht de klacht dan ook ongegrond en beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. A.W.J. Ros, plaatsvervangend-voorzitter, mr. H.M. Patijn J.C.M. van der Weijden (plaatsvervangende) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 mei 2010 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.