ECLI:NL:TPETPVE:2009:YD0047 Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren Zoetermeer TPPE1309

ECLI: ECLI:NL:TPETPVE:2009:YD0047
Datum uitspraak: 05-05-2009
Datum publicatie: 05-05-2009
Zaaknummer(s): TPPE1309
Onderwerp: Hygiënevoorschriften
Beslissingen: Geldboete
Inhoudsindicatie: Vijf keer is nagelaten Salmonellaonderzoek om de 15 weken bij leghennen, vanaf de leeftijd van 24 weken. Persoonlijke omstandigheden (gezondheidsproblemen). Deels voorwaardelijke geldboete.

1. Procedure

De zaak berust op een berechtingsrapport dat de Stichting Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE) heeft opgemaakt  naar aanleiding van een op 15 januari 2009 door een controleur van genoemde stichting gehouden inspectie op het bedrijf van betrokkene. Bovengenoemd berechtingsrapport houdt in de constatering van de navolgende feiten door betrokkene begaan, zoals in de in deze zaak opgemaakte schriftelijke verklaring, als bedoeld in artikel 15 van de Wet  tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004, omschreven.

Het Tuchtgerecht heeft de zaak op 21 april 2009 behandeld op zijn openbare terechtzitting, gehouden te Den Haag.

Het Tuchtgerecht heeft op 5 mei 2009 uitspraak gedaan.

2. Verweten gedraging

Niet kon worden aangetoond dat de koppels leghennen vanaf een leeftijd van 24 weken (+/—2 weken) voor de eerste keer en vervolgens elke 15 weken zijn onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella.

3. Verklaring betrokkene

In zijn verklaring, opgenomen in bovenvermeld berechtingsrapport heeft  [betrokkene] onder meer verklaard, zakelijk weergegeven: “Rond kerst 2007 heb ik een tekenbeet gehad. Ik heb toen in het ziekenhuis aan het infuus gelegen, omdat ik niet kon eten en drinken. Na die tijd is er een hoop misgegaan. Zodoende heb ik vergeten om de Salmonellaonderzoeken uit te voeren. Naar mijn weten heb ik de Gezondheidsdienst opdracht gegeven om de Salmonellaonderzoeken uit te voeren. Deze zijn blijkbaar niet uitgevoerd. Ik heb daar verder ook nooit meer bij stilgestaan.”

4. De beoordeling van de feiten

Het Tuchtgerecht oordeelt dat op grond van de inhoud van het berechtingsrapport en de daarin opgenomen verklaring van betrokkene, ter zitting vast is komen te staan dat op het bedrijf van betrokkene het volgende strafbare feit heeft  plaatsgevonden:

“Nalaten Salmonellaonderzoek om de 15 weken bij leghennen, vanaf de leeftijd van 24 weken.”

Dit levert op:

een overtreding van artikel 4, leden 1 en 2, van de Verordening hygiënevoorschriften pluimveehouderij (PPE) 2007.

5. Overwegingen Tuchtgerecht

Op grond van het bovenstaande overweegt het Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren, Kamer Primaire Sector, het volgende: Voor de pluimveesector is een “Plan van Aanpak” opgesteld om besmettingen van pluimvee met Salmonella en Campylobacter terug te dringen teneinde de consument een betere bescherming te bieden tegen mogelijke door deze besmettingen te veroorzaken gezondheidsproblemen. Een samenstel van maatregelen is thans van kracht op grond van het bij of krachtens het bepaalde in de Verordening hygiënevoorschriften pluimveehouderij 1999. Teneinde het met het plan van aanpak beoogde doel te bereiken is het van het grootste belang dat een ieder zich houdt aan het totale pakket van de geldende maatregelen.

De Salmonellaonderzoeken zijn nagelaten in de periode van eind februari 2008 tot januari 2009. De op 8 januari 2008 in hok 1 opgezette leghennen waren op dat moment 17 weken oud. Zij hadden dus vanaf 26 februari om de 15 weken moeten worden onderzocht. In totaal is tot januari 2009 vier keer verzuimd Salmonellaonderzoek uit te voeren. De op 29 september 2008 in hok 2 opgezette leghennen waren op dat moment eveneens 17 weken oud. Zij hadden dus in de eerste week van januari 2009 op Salmonella moeten worden onderzocht. In totaal is dus vijf keer verzuimd een Salmonellaonderzoek uit te voeren bij de leghennen. Betrokkene voert aan dat naar aanleiding van een verblijf in het ziekenhuis een hoop is misgegaan op zijn bedrijf. Het Tuchtgerecht heeft er begrip voor dat betrokkene gedurende een dergelijke periode de regie over de bedrijfsvoering kwijt is. Maar deze omstandigheid kan betrokkene naar het oordeel van het Tuchtgerecht niet verontschuldigen voor de nagelaten Salmonellaonderzoeken in de periode van eind februari 2008 tot medio januari 2009. Het Tuchtgerecht stelt vast dat betrokkene op 18 september 2007 door de voorzitter van het Tuchtgerecht is veroordeeld wegens een tweetal overtredingen van de hygiënevoorschriften voor de pluimveehouderij. Gelet op de omstandigheden van het geval legt het Tuchtgerecht een gedeelte van de geldboete voorwaardelijk op. Bij de vaststelling van de hoogte van de geldboete is tevens rekening gehouden met de relatief zeer geringe omvang van het bedrijf van betrokkene.

6. Beslissing

Gelet op het bovenstaande oordeelt het Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren, Kamer Primaire Sector, dat betrokkene - gelet op artikel 13 van de Verordening hygiënevoorschriften pluimveehouderij 2007 - de volgende tuchtrechtelijke maatregel wordt opgelegd:

Een geldboete van € 300 (driehonderd euro), waarvan € 100 (honderd euro) voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.

Het voorwaardelijke deel van de tuchtrechtelijke maatregel wordt ten uitvoer gelegd, indien na het onherroepelijk worden van deze uitspraak niet wordt voldaan aan de voorwaarde dat binnen de proeftijd niet één van de bepalingen van het bij of krachtens het bepaalde in de Verordening hygiënevoorschriften pluimveehouderij 2007 dan wel enige verordening houdende bepalingen omtrent hygiënevoorschriften met betrekking tot de pluimveehouderij mag worden overtreden.

Naast de reeds vermelde artikelen zijn van toepassing de Wet Tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004 en het Instellingsbesluit Productschap Pluimvee en Eieren.

De uitspraak is gedaan door mr. J.F.J.A. van Daal, voorzitter, mr. drs.  H. Lommers, ing. J. Bazuin, leden, in aanwezigheid van mr. K. Feenstra, secretaris.