Print
Download PDFECLI:NL:TNOKROE:2009:YC0345 Kamer van toezicht Roermond KL 8/2009
| ECLI: | ECLI:NL:TNOKROE:2009:YC0345 |
|---|---|
| Datum uitspraak: | 01-12-2009 |
| Datum publicatie: | 01-12-2009 |
| Zaaknummer(s): | KL 8/2009 |
| Onderwerp: | Overig |
| Beslissingen: | |
| Inhoudsindicatie: | Niet tijdig indienen van de jaarstukken. |
Nummer: KL 8/2009
BESLISSING
van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen
te Roermond in de zaak van:
het Bureau Financieel Toezicht,
gevestigd te Utrecht
correspondentieadres postbus 14052, 3508 SC Utrecht,
hierna te noemen de klager;
tegen:
notaris mr. X ,
gevestigd te A,
hierna te noemen de notaris.
De inhoud van het procesdossier
De kamer doet mede recht op de volgende processtukken:
- de schriftelijke klacht van de klager van 3 juli 2009;
- de schriftelijke reactie van de notaris van 26 juli 2009;
- de brief van de klager van 11 september 2009;
- de brief van de notaris van 7 oktober 2009.
De openbare behandeling
De kamer heeft de klacht op 10 november 2009 in het openbaar behandeld. Bij die behandeling zijn de klager , vertegenwoordigd door de heer A.C.M. Hesselberth RA, en de notaris verschenen. De kamer heeft partijen in elkaars tegenwoordigheid gehoord.
De vaststaande feiten
De kamer gaat uit van de volgende, tussen partijen vaststaande feiten.
De notaris heeft niet aanstonds na 1 mei 2009 de financiële gegevens over het boekjaar 2008, te weten de privé-vermogensopstelling (V-staat) en de inkomensopstelling (I-staat) bij de klager ingediend.
Op 9 juni 2009 heeft de klager de notaris gerappelleerd en verzocht om de betreffende stukken uiterlijk 24 juni 2009 in te dienen.
Op 1 juli 2009 heeft de klager de notaris telefonisch nogmaals benaderd om de hiervoor genoemde stukken per omgaande in te dienen.
Op 6 juli 2009 zijn de betreffende gegevens door de accountant van de notaris elektronisch bij de klager aangeleverd.
De inhoud van de klacht
De klacht houdt - zakelijk weergegeven - in dat de notaris niet heeft voldaan aan zijn wettelijke verplichting tot tijdige indiening van de jaarstukken 2008.
Het standpunt van de notaris
De notaris erkent dat hij de betreffende stukken niet tijdig bij de klager heeft aangeleverd. De reden daarvan is dat de jaarstukken van de Y-groep, waarvan de notaris deel uitmaakt, vrij laat zijn opgesteld in verband met de beëindiging van de samenwerking tussen die groep en een ander notariskantoor.
De beoordeling van de klacht
De Wet op het notarisambt legt aan de notaris de verplichting op jaarlijks zowel ten aanzien van zijn kantoorvermogen als van zijn privé-vermogen binnen vier maanden na afloop van een boekjaar een balans op te maken en op papier te stellen en, voor wat betreft de kantoorwerkzaamheden, een staat van baten en lasten. Aanstonds na het verstrijken van die termijn dient de notaris die stukken in te dienen bij de klager. Aan deze laatste wettelijke verplichting, neergelegd in artikel 112, eerste lid, van de Wet op het notarisambt heeft de notaris niet voldaan. Van de mogelijkheid om termijnverlenging aan te vragen heeft de notaris, zo heeft hij tijdens de mondelinge behandeling van de klacht verklaard, geen gebruik gemaakt.
De reden die de notaris heeft aangevoerd voor het niet tijdig indienen van de jaarstukken, levert geen rechtvaardigingsgrond op. De door de notaris genoemde omstandigheid, die zijns inziens de niet-tijdige inzending heeft veroorzaakt, komt naar verkeersopvattingen voor zijn rekening en risico.
De kamer is van oordeel dat de notaris tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. De kamer acht de klacht dan ook gegrond.
De Wet op het notarisambt heeft de klager de taak toebedeeld toezicht te houden op de naleving door het notariaat van de wettelijke verplichtingen die verband houden met de financiële situatie van de notaris en zijn notariskantoor. Om die financiële situatie te kunnen beoordelen en op eventuele zorgelijke ontwikkelingen adequaat te kunnen reageren, dient de notaris de klager tijdig van de eerder genoemde stukken te voorzien. Dit klemt te meer in een tijd als de huidige, waarin sprake is van een economische en financiële crisis. Een notaris die op dit punt in de naleving van zijn wettelijke verplichting te kort schiet, belemmert de klager in de uitoefening van het hiervoor bedoelde toezicht.
De kamer is van oordeel dat de tekortkoming van de notaris dusdanig verwijtbaar is dat hem een tuchtmaatregel moet worden opgelegd. De op te leggen maatregel acht de kamer in overeenstemming met de aard en de ernst van de nalatigheid, die door de notaris is begaan.
De beslissing
De kamer:
verklaart de klacht gegrond;
legt aan de notaris de tuchtmaatregel van waarschuwing op.
Deze beslissing is gegeven door mrs. E.J.M. Boogaard-Derix, voorzitter, M.P.F. van Dooren, J.J.G.M. Kuijpers, M.H.G.A. Verlinden en H.J.M.E. Mathijsen, bijgestaan door L.G.H. Cox, secretaris, en op 1 december 2009 in het openbaar uitgesproken door de voorzitter in tegenwoordigheid van de secretaris.
De secretaris, De voorzitter,
mr. L.G.H. Cox mr. E.J.M. Boogaard-Derix