ECLI:NL:TNOKMID:2009:YC0847 Kamer van toezicht Middelburg KvT 13/2008

ECLI: ECLI:NL:TNOKMID:2009:YC0847
Datum uitspraak: 30-09-2009
Datum publicatie: 21-09-2012
Zaaknummer(s): KvT 13/2008
Onderwerp: Personen- en Familierecht
Beslissingen: Klacht gegrond zonder maatregel
Inhoudsindicatie: Klaagster verwijt notaris onzorgvuldig optreden bij de afwikkeling van de nalatenschap van erflater. Notaris tekortgeschoten in op haar rustende verplichting om op verzoek van cliënt een verklaring van erfrecht op te stellen. Klacht op dit punt gegrond, geen straf of maatregel opgelegd. Klacht overigens ongegrond.

KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN TE MIDDELBURG

Beslissing van 30 september 2009 in de zaak van

KvT 13/2008 

[klaagster] ,

wonende te [woonplaats], gemeente Goes,

klaagster,

gemachtigde: mr. A.D. Haja, advocaat te Goes,

tegen:

[verweerster] ,

notaris te [plaatsnaam],

verweerster,

niet verschenen.

1. Het verloop van de procedure

Partijen worden verder aangeduid als klager en de notaris.

Klaagster heeft zich bij brief, ingekomen op 22 december 2008, gewend tot de Kamer van Toezicht te Middelburg, hierna de Kamer, met een klacht tegen de notaris. De notaris heeft bij brief, ingekomen op 16 januari 2009, op de klacht gereageerd. Een afschrift van deze brief is verzonden aan klaagster.

Door de voorzitter is de klacht ter kennis van de Kamer gebracht. De mondelinge behandeling van de klacht heeft plaatsgevonden ter openbare vergadering van de Kamer van 2 juli 2009. Daarvan is proces-verbaal opgemaakt.

2. De feiten

2.1. Klaagster is gehuwd geweest onder huwelijkse voorwaarden met de heer [erflater]. [erflater], is op 3 september 2007 overleden.

2.2. Erflater is eerder gehuwd geweest met mevrouw [naam ex-vrouw], van wie hij in 1993 is gescheiden. Uit dit huwelijk is geboren de thans nog minderjarige [naam kind 1].

2.3. Erflater heeft bij testament van 19 februari 2007 beschikt over zijn nalatenschap. Erfgenamen zijn klaagster, zijn dochter [naam kind 1] en stiefdochter [naam kind 2].

In het testament is ten behoeve van [stiefvader], opgenomen een legaat van een fossielenverzameling en het recht van vruchtgebruik van een schuur waarin deze fossielen zich bevonden.  

Klaagster is benoemd tot executeur-testamentair, en tot bewindvoerder over de studie- en spaarrekening van [naam kind 1] alsmede over al hetgeen [naam kind 1] zou erven.

2.4. Klaagster heeft de notaris tot boedelnotaris benoemd.

2.5. Op 20 september 2007 heeft klaagster van (een medewerker van) de notaris een verklaring van executele ontvangen.

2.6. Bij brief van 3 oktober 2007 van notaris mr. De Fretes-van Liere aan de notaris is namens [stiefvader] een drietal onderhandse schuldbekentenissen toegezonden, waarbij door erflater in totaal een bedrag van circa € 50.000,-- schuldig wordt erkend.

2.7. Tussen klaagster enerzijds en de familie van erflater en mevrouw [naam ex-vrouw] anderzijds ontstonden problemen. Deze problemen hebben hun weerslag gehad op de afwikkeling van de nalatenschap door de notaris. De notaris heeft verschillende gesprekken gevoerd met klaagster en met de familie van erflater en mevrouw [naam ex-vrouw].

2.8. De notaris heeft een voorlopige boedelverdeling opgesteld. Zij heeft geen verklaring van erfrecht opgesteld, ondanks verzoek van klaagster daartoe.

2.9. Medio 2008 heeft klaagster een andere notaris in de arm genomen, mr. Platier, en hem verzocht de verdere afwikkeling van de nalatenschap ter hand te nemen.

Notaris Platier heeft een boedelbeschrijving opgemaakt. Op 11 december 2008 heeft notaris Platier een verklaring van erfrecht afgegeven.

3. De klacht en het verweer van de notaris

3.1. Klaagster stelt dat de notaris heeft gehandeld c.q. nagelaten in strijd met de zorg die zij als notaris behoort te betrachten. Zij verwijt de notaris onzorgvuldig optreden bij de afwikkeling van de nalatenschap van erflater. De notaris heeft onprofessioneel en partijdig opgetreden, aldus klaagster.

Ter onderbouwing voert klaagster het volgende aan:

1. De notaris heeft, ondanks verzoek van klaagster daartoe, geen verklaring van erfrecht afgegeven.

2. De notaris heeft een overzicht van de nalatenschap opgesteld. Zij heeft dit overzicht niet aan klaagster en [naam kind 2], erfgenamen, gestuurd, maar alleen aan mevrouw [naam ex-vrouw].

3. De notaris heeft een schuld van erflater aan klaagster van € 100.000,-- uit hoofde van de huwelijkse voorwaarden niet ten laste van de nalatenschap gebracht, ondanks het feit dat mr. Haja de notaris in augustus 2008 op het bestaan van deze vordering heeft gewezen en haar heeft verzocht deze in het overzicht op te nemen.

3.2. De notaris heeft de stellingen van klager gemotiveerd betwist.

Ten aanzien van de verschillende klachtonderdelen voert zij het volgende aan:

1. Zolang niet door een instantie bij een erfgenaam wordt gevraagd om een verklaring van erfrecht, wordt momenteel meestal alleen een verklaring van executele opgemaakt. Bovendien was in deze nalatenschap te voorzien dat een akte afgifte legaat (van het zakelijk recht van vruchtgebruik van de schuur ten behoeve van de stiefvader) zou worden opgemaakt, waarbij op dat moment een volledige omschrijving van de nalatenschap zou worden opgemaakt en zaken bij het Kadaster de juiste tenaamstelling zouden krijgen. Het eenvoudig inschrijven van een verklaring van erfrecht bij het Kadaster is niet mogelijk indien ook nog een legaat van vruchtgebruik moet worden afgegeven. Bovendien is het vanzelfsprekend om niet een extra akte (met bijkomende kosten) op te maken indien dit niet noodzakelijk is voor de afwikkeling van de nalatenschap, terwijl op termijn een akte afgifte legaat/toedeling nalatenschap zou worden opgemaakt die hetzelfde (en meer) omvat als een verklaring van erfrecht.

Dit is van overeenkomstige toepassing op een verklaring van toedeling.

2. In verband met vragen hieromtrent van mevrouw [naam ex-vrouw], moeder van de minderjarige dochter van erflater en als zodanig haar vertegenwoordigend, is een (verkort) overzicht gestuurd van de omvang en samenstelling van de nalatenschap. Dit gebeurde op haar verzoek en ter informatie alvorens zij een verklaring van beneficiaire aanvaarding heeft getekend. Gezien het moeizame verloop binnen de familie was het verstandig geweest om klaagster hiervan een gelijke brief te zenden, dan wel haar in ieder geval op de hoogte te stellen van het verzenden van deze brief. Toen klaagster haar onvrede en onrust hierover uitsprak, heeft de notaris haar excuses aangeboden en haar aangegeven dat het geenszins de bedoeling was haar te passeren of onrust te bezorgen. Klaagster heeft toen de excuses aanvaard en aangegeven dat dit naar haar mening was afgerond.

3. De vordering van klaagster op erflater is niet in het overzicht richting mevrouw [naam ex-vrouw] opgenomen. Het was op dat moment nog niet met zekerheid bekend of deze vordering op het moment van overlijden al dan niet nog ongewijzigd bestond, mede omdat klaagster hierover zelf niet meer sprak en dit ook niet heeft vermeld toen zij de notaris een schriftelijke opgave deed van alle bezittingen en schulden. De notaris heeft geen officieel overzicht opgemaakt van de nalatenschap zodat er ook geen sprake kan zijn van het foutief niet opnemen van deze vordering in het overzicht van de nalatenschap.

4. De beoordeling

4.1. Gelet op de formulering van de klacht dient met name onderzocht te worden of de notaris een verwijt kan worden gemaakt van enig handelen of nalaten in strijd met de zorg die hij als notaris behoort te betrachten en/of in strijd met de zorg die een notaris betaamt.

4.2. Ten aanzien van het onderdeel 1 van de klacht overweegt de Kamer als volgt. Een verklaring van erfrecht dient te worden afgegeven indien een cliënt daarom verzoekt. De Kamer kan de notaris niet volgen in haar standpunt ten deze. Naar het oordeel van de Kamer is de notaris op dit punt tekortgeschoten in de op haar rustende verplichtingen en treft haar in deze een verwijt. De klacht is op dit punt gegrond. De Kamer acht de ernst van het dienaangaande aan de notaris te maken verwijt niet zodanig dat deze enige straf of maatregel rechtvaardigt.  

4.3. Ten aanzien van onderdeel 2 van de klacht overweegt de Kamer als volgt. De notaris heeft onweersproken gesteld dat zij jegens klaagster haar excuses heeft aangeboden voor haar handelen op dit punt en dat klaagster deze excuses heeft geaccepteerd en heeft aangegeven dat dit punt naar haar mening was afgerond. De Kamer gaat er dan ook vanuit dat partijen dit geschilpunt hebben bijgelegd. Het gaat dan ook niet aan dat klaagster thans alsnog klaagt over dit onderdeel. Dit klachtonderdeel is ongegrond. 

4.4. Ten aanzien van onderdeel 3 wordt als volgt overwogen. Gelet op de standpunten van beide partijen is onvoldoende gesteld en gebleken dat de notaris op dit punt tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Onduidelijk is of klaagster aan de notaris alle benodigde informatie heeft verschaft, om te constateren dat de notaris onzorgvuldig heeft gehandeld.

4.5. Voor zover klaagster de notaris verwijt dat zij niet voortvarend heeft gehandeld, oordeelt de Kamer dat, gezien de emotionele aspecten die - zoals is gebleken - onderdeel uitmaken van de afwikkeling van deze nalatenschap, de afwikkeling door de notaris niet te lang heeft geduurd.

5. De beslissing

De Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Middelburg:

-          verklaart de klacht ten aanzien van onderdeel 1 gegrond, zonder dat zij de notaris daarbij een straf of maatregel oplegt,

-          verklaart de klacht voor het overige ongegrond. 

Deze beslissing is gegeven door mr. L.A.M. van Dijke , voorzitter, mrs. C. Kool, H. Quispel, J. van den Berg en mr. J. Loof, leden, in tegenwoordigheid van mr. F.A.C.M. Maandag-Leussink, secretaris, en uitgesproken op 30 september 2009.

Hoger beroep tegen vorenstaande beslissing is mogelijk door indiening van een verzoekschrift bij de griffie van het gerechtshof te Amsterdam (Prinsengracht 436, correspondentieadres Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam) binnen dertig dagen na dagtekening van de aangetekende brief waarbij deze beslissing aan u is toegezonden.