Print
Download PDFECLI:NL:TNOKLEE:2009:YC0340 Kamer van toezicht Leeuwarden 06-2009
| ECLI: | ECLI:NL:TNOKLEE:2009:YC0340 |
|---|---|
| Datum uitspraak: | 30-10-2009 |
| Datum publicatie: | 01-12-2009 |
| Zaaknummer(s): | 06-2009 |
| Onderwerp: | Personen- en Familierecht |
| Beslissingen: | |
| Inhoudsindicatie: | Nalatenschap. Ne bis in idem-beginsel. Klager niet-ontvankelijk in zijn klacht. |
KAMER VAN TOEZICHT OVER NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN TE LEEUWARDEN
|
Reg.nr.:
Datum uitspraak: |
06-2009
30 oktober 2009 |
UITSPRAAK
van de Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Leeuwarden, hierna te noemen de Kamer, in de zaak van:
Klager,
wonende te A,
hierna te noemen: klager,
tegen
mr. B,
notaris te C,
hierna te noemen: de notaris.
PROCESVERLOOP
1.1 Bij brief van 23 maart 2009 heeft klager een klacht ingediend tegen de notaris.
1.2 De notaris heeft schriftelijk verweer gevoerd bij brief van 27 april 2009.
1.3 Bij brief van 16 september 2009 heeft klager gereageerd op het verweerschrift van de notaris.
1.4 De mondelinge behandeling van de klacht heeft plaatsgevonden op 30 september 2009 ter vergadering van de voltallige Kamer. Klager is, bijgestaan door zijn echtgenote, verschenen. De notaris is eveneens verschenen. Van het verhandelde zijn door de secretaris aantekeningen gemaakt.
MOTIVERING
Vaststaande feiten
2. Voor een overzicht van de feiten verwijst de kamer naar haar uitspraak in de klacht met registratienummer 30-2008.
Het standpunt van klager
3. Klager verwijt de notaris dat hij niet duidelijk heeft gemaakt waarom de opbrengst uit de verkoop van het pand aan de D-straat te E naar de derdenrekening van de notaris en niet naar de rekening van wijlen de moeder van klager is overgemaakt. Klager, dan wel zijn echtgenote en zijn broer hebben niets van de opbrengst uit de verkoop van genoemd pand ontvangen.
Het standpunt van de notaris
4. De notaris stelt zich op het standpunt dat klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, omdat klager op de hoogte was van hetgeen destijds gebeurde. Klager zal zich voor de betalingen tot mr. F., notaris te G., moeten wenden die voor de financiële afwikkeling heeft gezorgd. Tenslotte heeft de notaris opgemerkt dat klager niet tweemaal over dezelfde zaak kan klagen, waarbij hij heeft verwezen naar de klacht met registratienummer 30-2008.
De beoordeling
5. Alvorens aan een inhoudelijke beoordeling van de klacht toe te komen, dient de Kamer het verweer van de notaris te beoordelen dat klager niet dient te worden ontvangen in zijn klacht. De Kamer zal daarbij allereerst ingaan op het verweer dat klager niet tweemaal over dezelfde zaak kan klagen. Naar het oordeel van de Kamer ziet het verweer van de notaris op het beginsel van ne bis in idem. Het tuchtrecht zoals vervat in de Wet op het notarisambt kent dit beginsel niet met zoveel woorden, maar aangenomen moet worden dat deze regel ook in het tuchtrecht geldt. Ingevolge het ne bis in idem-beginsel kan een handelen waarover reeds eerder is geklaagd en waarover reeds een uitspraak is gedaan niet nogmaals het onderwerp van een beoordeling vormen. Bij de beantwoording van de vraag of het in een zaak gaat om hetzelfde feit als reeds eerder aan de orde is geweest, moet rekening worden gehouden met het feit dat het een kamer van toezicht, of het hof in hoger beroep, niet vrijstaat een eigen uitbreiding te geven aan de klacht, zoals die is ingediend. Dit brengt met zich dat niet te snel mag worden aangenomen dat een aspect van de zaak dat niet in de klacht naar voren is gebracht, maar wel ter zitting is besproken, in de tuchtrechtelijke beoordeling is betrokken (Notariskamer Gerechtshof Amsterdam, 30 september 2008, LJN: BF3825). De Kamer dient derhalve antwoord te geven op de vraag of het in deze zaak gaat om hetzelfde feit als reeds eerder aan de orde is geweest.
6. In zijn klaagschrift, geregistreerd onder nummer 30-2008, heeft klager de notaris verweten dat de opbrengsten van woningen, waaronder het pand aan de D-straat te E, uit de nalatenschap van zijn vader op de derdenrekening van de notaris zijn gestort, die, zonder dat de notaris hierover openheid van zaken heeft verstrekt, in 1999 is opgeheven. In de uitspraak van 27 februari 2009 heeft de Kamer ten aanzien van dit klachtonderdeel geoordeeld dat de klacht te laat is ingediend en dat klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn klacht. Verwijzende naar hetgeen op 16 januari 2009 ter zitting in de zaak met nummer 30-2008 aan de orde is geweest, verwijt klager de notaris ook nu dat hij geen duidelijkheid heeft gegeven ten aanzien van de opbrengst uit de verkoop van een onroerende zaak uit de nalatenschap van zijn vader, in het bijzonder het pand aan de D-straat te E. Omdat de Kamer reeds een uitspraak heeft gedaan in de kwestie, waarin dit aspect eveneens speelde, is de Kamer van oordeel dat klager zich niet wederom hierover kan beklagen. Het beroep van de notaris op het beginsel van ne bis in idem treft dan ook doel. Het voorgaande betekent dat klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn klacht.
7. Nu klager in zijn klacht niet-ontvankelijk moet worden geacht, komt de Kamer niet toe aan de vraag of de notaris tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld.
DE BESLISSING
De Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Leeuwarden:
verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht.
Deze beslissing is genomen te Leeuwarden door mr. J.S. van der Kolk, voorzitter,
mrs. R. Giltay, H.Ph. Breuker, E.M.W. de Lange en N.T. Vink, leden, bijgestaan door
mr. S. Ambachtsheer, secretaris, en in het openbaar uitgesproken op 30 oktober 2009.
S. Ambachtsheer J.S. van der Kolk
De beslissing is verzonden op
Binnen dertig dagen na de dag van verzending van de aangetekende brief waarin van bovenstaande beslissing wordt kennisgegeven, kan hoger beroep tegen deze beslissing worden ingesteld. Dit dient te geschieden door middel van een verzoekschrift bij de griffie van het Gerechtshof te Amsterdam, Prinsengracht 436, correspondentieadres: Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.