ECLI:NL:TAHVD:2009:YA0035 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5419

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2009:YA0035
Datum uitspraak: 11-09-2009
Datum publicatie: 14-10-2009
Zaaknummer(s): 5419
Onderwerp: Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Kwaliteit van de dienstverlening
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: vermeend nalatig handelen

11 september 2009

No.  5419

Hof van Discipline

Beslissing

Naar aanleiding van het hoger beroep van

klager,

tegen:

verweerder.

1.   Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem (verder: de raad) van 9 februari 2009, onder nummer 08-24, aan partijen toegezonden op 9 februari 2009, waarbij klager in een klacht van hem tegen verweerder niet ontvankelijk is verklaard.

2. Het geding in hoger beroep

2.1  De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen is op 20 februari 2009 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:

- de stukken van de eerste aanleg,

- de brief van klager aan het hof van 26 februari 2009,

-  de antwoordmemorie van verweerder,

- de brief van klager aan het hof van 3 juni 2009.

2.3  Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 19 juni 2009, waar klager en verweerder zijn verschenen.

3. De klacht

  De klacht houdt het volgende in:

1. Verweerder heeft geen verweer gevoerd tegen het optreden van mr. X.

2. Verweerder is op diverse punten nalatig geweest.

3. Verweerder is samenspannend met mr. X. nalatig gebleken.

4. Verweerder heeft geen verzoek ingediend tot het houden van een comparitie.

5. Verweerder heeft het punt van ontbrekende stukken niet aangevallen noch het verhogen van het bedrag noch het bedrag zelf, en heeft nagelaten te verwijzen naar de voorgeschiedenis in 1991 en 1992.

6. Verweerder heeft geen verweer gevoerd tegen het feit dat de verzekeraar de verkoopwaarde als geschilpunt aan de orde stelde noch heeft hij verwezen naar de vastgestelde afspraken.

7. Verweerder heeft niet verwezen naar het reglement van de verzekeraar.

4. De feiten

 De raad heeft vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.

5. De beoordeling

5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.

5.2 De grieven van klager tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.

6. De beslissing

Het hof:

bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem van 8 februari 2009 onder nummer 08-24.