ECLI:NL:RBAMS:2009:YB0316 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2009.112

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2009:YB0316
Datum uitspraak: 07-07-2009
Datum publicatie: 18-09-2009
Zaaknummer(s): 2009.112
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Gevolgen niet doorgeven adreswijziging. Verificatie adresgegevens bij het leggen van beslag?

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM 4

Beschikking van 7 juli 2009 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer  112.2009 van:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief ingekomen op 16 februari 2009 heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder.

Bij aangehechte brief met bijlagen ingekomen op 19 maart 2009 heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 26 mei 2009 alwaar klager is verschenen. De gerechtsdeurwaarder heeft bij brief van 25 mei 2009 laten weten dat de behandelaar wegens ziekte niet ter zitting kan verschijnen.

Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 7 juli 2009.

1. De feiten

a)      De gerechtsdeurwaarder is belast met de executie van een op 9 oktober 1999 tegen klager gewezen vonnis. Vanaf 20 april 2002 geldt een afbetalingsregeling waarbij klager per maand € 75,00 dient af te lossen. Klager is begin 2000 verhuisd van [     ] naar [      ] te [     ]. De gerechtsdeurwaarder heeft altijd het adres [     ] aangehouden. Op dat adres woont familie van klager.

b)      Op 18 januari 2007 heeft de gerechtsdeurwaarder klager geschreven dat hij de regeling diende te verhogen, aangezien de opdrachtgeefster er niet mee akkoord kon gaan dat het nog 9,5 jaar zou duren voor de vordering zou zijn voldaan.

c)      Op 16 februari 2007 heeft de gerechtsdeurwaarder een opgave van de inkomsten en uitgaven ontvangen. Klager heeft daarop zijn nieuwe adres vermeld. Uit de hoogte van de inkomsten en uitgaven bleek dat het aflossingsbedrag niet verhoogd kon worden.

d)     Op 2 april 2007 is klager opnieuw verzocht een opgave te doen en op 15 mei 2007 is een herinnering gezonden. Klager heeft niet gereageerd, er zijn executiemaatregelen getroffen en de regeling is weer voortgezet.

e)      In april en augustus 2008 is klager opnieuw verzocht een opgave te doen.

Daarop is niet gereageerd.

f)       Op 13 november 2008 is ten laste van klager executoriaal derdenbeslag gelegd onder zijn werkgeefster. Het beslag is overbetekend aan de zus van klager, die daarbij niet heeft gemeld dat klager was verhuisd.

2. De klacht

Verkort samengevat verwijt klager de gerechtsdeurwaarder dat deze beslag heeft gelegd, terwijl hij de afbetalingsregeling keurig is nagekomen. In augustus 2008 ontving hij van de gerechtsdeurwaarder een verzoek om zijn inkomstengegevens op te geven, omdat het aflossingsbedrag te laag zou zijn. Die brief is door de gerechtsdeurwaarder verzonden naar zijn oude adres waar hij al negen jaren niet meer woont. Omdat klager hierdoor niet tijdig heeft kunnen reageren is er beslag gelegd. Hierna heeft de gerechtsdeurwaarder nog twee gerechtelijke stukken naar zijn oude adres verzonden. Volgens klager dient het beslag te worden opgeheven.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. De regeling is niet regelmatig nagekomen en de achterstand van twee maanden is nooit ingehaald. Er bestond geen reden om de adresgegevens van klager te verifiëren bij de gemeentelijke basisadministratie, omdat klager zijn adreswijzing niet had doorgegeven en de familie op het oude adres bij betekeningen in persoon niet heeft meegedeeld dat klager daar niet meer woonde. Er is geen reden om het loonbeslag op te heffen.

4. Beoordeling van de klacht

4.1. Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 Klager kan het de gerechtsdeurwaarder niet verwijten dat de opdrachtgeefster op een gegeven moment wenste dat er met een hoger bedrag zou worden afgelost en dat er beslag werd gelegd. De gerechtsdeurwaarder is op enig moment ingeschakeld om het vonnis te betekenen en te executeren. Op grond van het bepaalde in artikel 11 van de Gerechtsdeurwaarderswet rust op een gerechtsdeurwaarder een zogenaamde “ministerieplicht”. Gelet op de door de wetgever aan de gerechtsdeurwaarder verleende monopoliepositie, is deze wettelijk verplicht om uitvoering te geven aan een opdracht tot het uitvoeren van een ambtshandeling zoals het leggen van een beslag.

4.3 De stelling van klager dat het beslag moet worden opgeheven kan niet worden gevolgd. Op grond van artikel 438 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering dienen geschillen met betrekking tot de executie voorgelegd te worden aan de bevoegde (executie)rechter. Het tuchtrecht biedt daarvoor niet de geëigende weg.

4.4 Klager heeft nooit een adreswijziging aan de gerechtsdeurwaarder doorgegeven. Het komt dan ook voor zijn risico indien hij als gevolg daarvan stukken niet (tijdig) heeft ontvangen. Dat hij op een inkomstenformulier zijn nieuwe adres heeft vermeld, doet hier niet aan af, omdat dit niet de manier is waarop je een adreswijziging doorgeeft. Het valt de gerechtdeurwaarder niet te verwijten dat dit aan de aandacht is ontglipt. Ook al omdat klager er kennelijk niet op gewezen heeft dat het hier om een nieuw adres ging.

4.5 Bij de beoordeling van de klacht geldt voorts als uitgangspunt dat controle op adresgegevens weliswaar standaard onderdeel van de procedure dient te zijn bij betekening van gerechtelijke stukken zoals het uitbrengen van een dagvaarding en het betekenen van een vonnis, maar niet bij een ambtshandeling als de onderhavige, te weten het overbetekenen van een beslag, van welk beslag een beslagene meestal al op de hoogte is. Er bestond voor de gerechtsdeurwaarder in dit geval echter wel reden om te twijfelen aan de juistheid van het bij hem bekende adres, omdat de afbetalingsregeling reeds jaren werd nagekomen en hij toch geen reactie kreeg van klager op de aan hem verstuurde brieven. Er was dus aanleiding om voorafgaand aan de beslaglegging het adres van klager te verifiëren. Doordat de gerechtsdeurwaarder dat heeft nagelaten, heeft hij onzorgvuldig gehandeld.

4.6 De Kamer acht de klacht gegrond maar ziet gelet op de omstandigheden van het geval en het geringe verwijt dat de gerechtsdeurwaarder treft geen aanleiding om een maatregel op te leggen.

BESLISSING

De Kamer voor gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart de klacht gegrond;

-                     ziet van het opleggen van een maatregel af.

Aldus gegeven door mr. C.M. Berkhout, voorzitter, mr. J.H. Dubois en mr. A.C.J.J.M. Seuren (plaatsvervangend) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 juli 2009 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.