ECLI:NL:RBAMS:2009:YB0309 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2009.255verzet

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2009:YB0309
Datum uitspraak: 07-07-2009
Datum publicatie: 18-09-2009
Zaaknummer(s): 2009.255verzet
Onderwerp: Incassotraject
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. De voorzitter verklaart de klacht kennelijk ongegrond. De Kamer is het met de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 7 juli 2009 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake het verzet met nummer 255.2009 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde [     ].

1. Verloop van de procedure

Bij beschikking van 17 maart 2009 (zaaknummer 22.2009) heeft de voorzitter van de Kamer voor gerechtsdeurwaarders (hierna: de voorzitter) beslist op een door klager tegen de gerechtsdeurwaarder ingediende klacht.

Bij brief van 6 april 2009 is klager een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden.

Bij brief van 11 april 2009, ingekomen op 15 april 2009, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 9 juni 2009 waar klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen.

Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 7 juli 2009.

2. De gronden van het verzet

In verzet heeft klager samengevat aangevoerd dat er geen schuld is als in de beslissing van de voorzitter vermeld. Klager verwijst naar het door hem in verzet overgelegde arrest van het Gerechtshof van 10 juli 2009. De straf heeft hij uitgezeten en uit het arrest blijkt dat het vonnis van de rechtbank is vernietigd. Klager verwijst nogmaals naar de brief van de [     ] van 3 december 2008 waaruit blijkt dat hij geen openstaande bedragen heeft staan.

3. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat hij in het verzet kan worden ontvangen.

4. De inleidende klacht

In de inleidende klacht stelt klager dat hem uit een verklaring van de [     ] is gebleken dat er geen openstaande post bekend is. De openstaande post bij de [     ] is afgelost door betaling van een bedrag ad € 30.000,00. De rest is kwijtgescholden. Er ligt vanaf september 2007 beslag onder het [     ]. Door het overlijden van zijn vrouw op 11 november 2008 wordt er teveel ingehouden op zijn pensioenuitkering. Ook beantwoordt de gerechtsdeurwaarder zijn brieven niet.

5. De beslissing van de voorzitter

De voorzitter heeft ten aanzien van de klacht overwogen dat klager zijn klachten op geen enkele wijze nader heeft onderbouwd. Gelet op de gemotiveerde betwisting van de gerechtsdeurwaarder kan enig tuchtrechtelijk laakbaar handelen niet worden vastgesteld en is ook niet gebleken.

6. De beoordeling van de gronden van het verzet

6.1 De gerechtsdeurwaarder heeft ter zitting de beslissing van de rechtbank [     ] overgelegd, waarbij klager in een civiele procedure op vordering van de [     ] is veroordeeld tot betaling van een geldsom. Het door klager overgelegde arrest betrof een veroordeling wegens het meermalen plegen van valsheid in geschrifte en staat los van de veroordeling van klager in de civiele procedure. Voorts heeft de gerechtsdeurwaarder een brief overgelegd van de [     ] waaruit blijkt dat de brief van 3 december 2008 van geen enkele betekenis was voor de problemen van klager betreffende de terugvordering van het door klager genoten wachtgeld.

6.2 De door klager in verzet aangevoerde gronden werpen naar het oordeel van de Kamer daarom geen nieuw licht op de beslissing van de voorzitter, die de Kamer juist acht en bieden evenmin aanknopingspunten de motivering van de beslissing aan te passen. Het verzet kan daarom niet slagen en dient ongegrond te worden verklaard

7. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gegeven door mr. M.M. Beins, plaatsvervangend-voorzitter, mr. A.C.A. Wildenburg en N.J.M. Tijhuis (plaatsvervangend) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 juli 2009 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Op grond van het bepaalde in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet staat tegen deze beslissing geen rechtsmiddel open.