ECLI:NL:TPETPVE:2008:YD0034 Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren Zoetermeer KPI0209

ECLI: ECLI:NL:TPETPVE:2008:YD0034
Datum uitspraak: 18-12-2008
Datum publicatie: 18-12-2008
Zaaknummer(s): KPI0209
Onderwerp: Dierengezondheid
Beslissingen: Geldboete
Inhoudsindicatie: Betrokkene wordt verweten twee maal Campylobacteronderzoek te hebben nagelaten. Betrokkene heeft een kleine slachterij waar alleen biologisch pluimvee wordt geslacht. Vanwege specifieke omstandigheden en relatief zeer hoge kosten voor dergelijk onderzoek heeft betrokkene een ontheffing aangevraagd en inmiddels gekregen. De overtredingen zijn begaan voordat betrokkene over de ontheffing beschikte. Twee keer een deels voorwaardelijke geldboete. Overtreding is begaan in de proeftijd van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf. Ten uitvoerlegging van deze straf is naar het oordeel van het Tuchtgerecht gezien de omstandigheden van het geval niet op zijn plaats. De proeftijd wordt met één jaar verlengd.

1. Procedure

Deze zaak berust op een berechtingsrapport, dat de Stichting Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (hierna: CPE) tegen betrokkene heeft opgemaakt. Bovengenoemd berechtingsrapport houdt in de constatering van de navolgende feiten door betrokkene begaan, zoals in de in deze zaak opgemaakte schriftelijke verklaring, als bedoeld in artikel 15 van de Wet  tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004, omschreven.

Het Tuchtgerecht heeft de zaak op 2 december 2008 behandeld op zijn openbare terechtzitting, gehouden te Amersfoort.

Het Tuchtgerecht heeft op 18 december 2008 uitspraak gedaan.

2. Verweten gedraging

- Op 26 november 2007 is een koppel te slachten pluimvee, ter grootte van 1.000 dieren, niet bemonsterd en vervolgens niet onderzocht op de aanwezigheid van Campylobacter;

- Op 27 december 2007 is een koppel te slachten pluimvee, ter grootte van 1.500 dieren, niet bemonsterd en vervolgens niet onderzocht op de aanwezigheid van Campylobacter.

3. Verklaring betrokkene

Ter terechtzitting heeft betrokkene onder meer verklaard, zakelijk weergegeven; “Het is juist dat in de beide gevallen geen Campylobacteronderzoek door middel van blindedarmonderzoek heeft plaatsgevonden. Wij hebben een kleine slachterij en slachten alleen biologische vleeskuikens. Na het mestonderzoek naar Campylobacter behoort een blindedarmonderzoek te worden gedaan door de slachterij. Omdat wij alleen biologische vleeskuikens slachten, die bij aankomst al vaak een positieve onderzoeksuitslag van het mestonderzoek hebben, en gezien de geringe omvang van ons bedrijf, hebben wij sinds 2 oktober van dit jaar een ontheffing om in geval van een negatieve mestuitslag Campylobacteronderzoek uit te voeren door middel van cloacaveren. Het had niet mogen gebeuren, maar goed beschouwd hadden wij in de controleperiode van de in totaal 3947 geslachte kuikens 1304 monsters moeten nemen. Daarvan hebben wij er twee vergeten. Alleen al aan Salmonella- en Campylobacteronderzoek zijn wij, op grond van de huidige regelgeving in een gunstig geval € 30,39 per 1000 kuikens kwijt. Een slachterij van gemiddelde omvang is zelden meer dan € 1,75 per 1000 kuikens kwijt. Mede vanwege deze onevenwichtige verhouding zijn wij al een hele tijd met het PPE in overleg voor een ontheffing ter zake van het Campylobacteronderzoek. Dat blijkt ook uit het berechtingsrapport, waarin wordt gerefereerd aan de gesprekken met een medewerkster van het PPE.”

4. De beoordeling van de feiten

Het Tuchtgerecht oordeelt dat op grond van de inhoud van het berechtingsrapport en de daarin opgenomen verklaring van betrokkene, alsmede van de verklaring van [de kwaliteitsbeheerder, in dienst van betrokkene], ter zitting vast is komen te staan dat op het bedrijf van betrokkene, de volgende strafbare feiten hebben plaatsgevonden:

“Twee maal nalaten van Campylobacteronderzoek”

Dit levert op:

twee keer een overtreding van artikel 3, lid 1, van de Verordening hygiënevoorschriften pluimveeverwerkende industrie (PPE) 1999.

5. Overwegingen Tuchtgerecht

Op grond van het bovenstaande overweegt het Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren, Kamer Sector Pluimveehandel en -Industrie, het volgende: Voor de pluimveesector is een “Plan van Aanpak” opgesteld om besmettingen van pluimvee met Salmonella en Campylobacter terug te dringen teneinde de consument een betere bescherming te bieden tegen mogelijke door deze besmettingen te veroorzaken gezondheidsproblemen. Een samenstel van maatregelen is thans van kracht op grond van het bij of krachtens het bepaalde in de Verordening hygiënevoorschriften pluimveeverwerkende industrie 1999. Teneinde het met het plan van aanpak beoogde doel te bereiken is het van het grootste belang dat een ieder zich houdt aan het totale pakket van de geldende maatregelen. In de brief van de voorzitter van het PPE d.d. 2 oktober 2008 wordt bevestigd dat in het verleden afspraken zijn gemaakt met betrokkene over het Actieplan Salmonella en Campylobacter. De bijzondere omstandigheden waaronder het bedrijf van betrokkene slacht, worden in de brief onderkend, en ter zake van de Campylobactermonitoring is daarom een ontheffing verleend. In de bijlage bij de brief staat dat Campylobacteronderzoek door middel van blindedarmonderzoek niet verplicht is indien het mestmonster van het vleeskuikenbedrijf reeds positief is. De beide overtredingen dateren van 26 resp. 27 november 2007, toen betrokkene nog geen ontheffing had. Ter zake is betrokkene derhalve strafbaar. Gezien de specifieke omstandigheden van het geval, de geringe omvang van het bedrijf van betrokkene, en het feit dat alleen biologische vleeskuikens worden geslacht, worden de geldboetes voor een deel voorwaardelijk opgelegd. Bij de vaststelling van de strafmaat is tevens rekening gehouden met de omvang van het bedrijf. Met betrekking tot de op 1 augustus 2006 opgelegde voorwaardelijke geldboetes is de ten uitvoerlegging, gezien de omstandigheden waaronder aan de voorwaarden binnen de proeftijd is voldaan, naar het oordeel van het Tuchtgerecht thans niet op zijn plaats.  Daarom wordt de proeftijd met één jaar verlengd, te rekenen vanaf het moment waarop de eerste proeftijd afliep, 1 augustus 2008. De verlengde proeftijd loopt af op 1 augustus 2009.

6. Beslissing

Gelet op het bovenstaande oordeelt het Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren, Kamer Pluimveehandel en -Industrie, dat betrokkene - gelet op artikel 9 van de Verordening hygiënevoorschriften pluimveeverwerkende industrie 1999  - de volgende tuchtrechtelijke maatregelen worden opgelegd:

een geldboete van € 200,- (tweehonderd euro) waarvan € 150 (honderd vijftig euro) voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en een geldboete van € 200,- (tweehonderd euro) waarvan € 150 (honderd vijftig euro) voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.

Naast de reeds vermelde artikelen zijn van toepassing de Wet Tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004 en het Instellingsbesluit Productschap Pluimvee en Eieren.

De uitspraak is gedaan door mr. J.F.J.A. van Daal, voorzitter, en mr. drs. H. Lommers en A.C. van Schie, leden, in aanwezigheid van mr. K. Feenstra, secretaris.