ECLI:NL:TPETPVE:2008:YD0006 Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren Zoetermeer TPPE0408

ECLI: ECLI:NL:TPETPVE:2008:YD0006
Datum uitspraak: 13-05-2008
Datum publicatie: 13-05-2008
Zaaknummer(s): TPPE0408
Onderwerp: Dierengezondheid
Beslissingen: Geldboete
Inhoudsindicatie: Betrokkene heeft twee maal nalaten bloedonderzoek te laten uitvoeren ter controle van de weerstand tegen (Newcastle Disease (NCD) bij onder koppels pluimvee na de vaccinatie tegen NCD.Het feit dat betrokkene vaak elders werkt en de vaccinaties zo laat mogelijk in de opzetronde heeft laten uitvoeren, waardoor het bloedonderzoek niet meer mogelijk was voor de afvoer van de koppels, vormt geen verzachtende omstandigheid.  

1. Procedure

De zaak berust op een berechtingsrapport dat de BV Controlebureau Dierlijke Sector (CBD) heeft opgemaakt naar aanleiding van een inspectie op het bedrijf van betrokkene. Bovengenoemd berechtingsrapport houdt in de constatering van de navolgende feiten door betrokkene begaan, zoals in de in deze zaak opgemaakte schriftelijke verklaring, als bedoeld in artikel 15 van de Wet  tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004, omschreven.

Het Tuchtgerecht heeft de zaak op 29 april 2008 behandeld op zijn openbare terechtzitting, gehouden te Amersfoort en heeft op 13 mei 2008 uitspraak gedaan.

2. Verweten gedraging

In het jaar 2007 zijn van twee koppels vleeskuiken geen bloedmonsters genomen ter controle op het effect van vaccinatie tegen NCD.

3. Verklaring betrokkene

Ter terechtzitting heeft de vertegenwoordiger van betrokkene onder meer verklaard, zakelijk weergegeven:  “Ik meende dat het enten zo laat mogelijk moest gebeuren. Daarom heb ik dat zoveel mogelijk naar het einde van de opzetronde verschoven. Omdat ik grotendeels buiten de deur werk, ben ik er te laat achter gekomen dat deze vaccinaties niet waren uitgevoerd. Ik ben me bewust van het belang van het bloedonderzoek, waarbij ik wel van mening ben dat de vaccinatie tegen NCD belangrijker is dan de controle op zichzelf. De dierenarts neemt de bloedmonsters. Daartoe neemt hij steeds contact met mij op. Dat is de laatste keer niet gebeurd. Maar dat reken ik hem niet aan. Mijn bedrijf heeft een capaciteit van 50.000 vleeskuikens.”

4. Beoordeling van de feiten

Het Tuchtgerecht oordeelt dat op grond van de inhoud van het berechtingsrapport en de daarin opgenomen verklaring van betrokkene, ter zitting vast is komen te staan dat op het bedrijf van betrokkene, de volgende strafbare feiten hebben plaatsgevonden:

Twee maal nalaten van bloedonderzoek ter controle van de weerstand tegen NCD bij onder koppels pluimvee na de vaccinatie tegen NCD.

Dit levert op:

twee overtredingen van artikel 2, lid 2 van de Verordening vaccinatie Newcastle Disease (PPE) 2006.

5. Overwegingen Tuchtgerecht

Op grond van het bovenstaande overweegt het Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren, Kamer Primaire Sector, het volgende: De overtredingen worden aangemerkt als ernstige overtredingen. NCD, ook wel pseudo-vogelpest genoemd, is een voor pluimvee zeer besmettelijke ziekte die wordt veroorzaakt door een paramyxovirus. De laatste uitbraak in Nederland dateert van 1992. In het buitenland wordt NCD nog regelmatig vastgesteld. In de moderne pluimveehouderij in Nederland wordt NCD bij pluimvee preventief bestreden door toepassing van daartoe ontwikkelde vaccins. Het preventief vaccineren voorkomt dat de exportpositie van de Nederlandse pluimveesector gevaar loopt vanwege uitbraak van deze ziekte. De ondernemer is voorts verplicht om via bloedonderzoek aan de hand van de Hemagglutinatieremmingstest (HAR) te laten controleren of de uitgevoerde vaccinaties hebben geleid tot een voldoende hoge weerstand tegen NCD. Deze monitoring is een essentieel onderdeel van het beheersbeleid NCD van het Productschap Pluimvee en Eieren. Betrokkene betwist niet dat twee keer is nagelaten bloedonderzoek te doen. Het feit dat betrokkene overdag buiten de deur werkt en daardoor minder zicht heeft op de gang van zaken, doet niet af aan zijn schuld. Omdat betrokkene niet eerder tuchtrechtelijk is veroordeeld, besluit het Tuchtgerecht een gedeelte van de geldboete voorwaardelijk op te leggen. Bij de vaststelling van de hoogte van de geldboete is tevens rekening gehouden met de omvang van het bedrijf van betrokkene.

6. Beslissing

Gelet op het bovenstaande oordeelt het Tuchtgerecht Productschap Pluimvee en Eieren, Kamer Primaire Sector, dat betrokkene - gelet op artikel 11 van de Verordening vaccinatie Newcastle Disease (PPE) 2006 - de volgende tuchtrechtelijke maatregel wordt opgelegd:

Een geldboete van € 500 (vijfhonderd euro), waarvan  € 250 (tweehonderd vijftig euro) voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.

Aldus gewezen door mr. J.F.J.A. van Daal, mr.drs. H. Lommers, en ing. J. Bazuin, in tegenwoordigheid van mr. K. Feenstra als gerechtssecretaris.