ECLI:NL:TNOKALK:2008:YC0276 Kamer van toezicht Alkmaar 5.2008

ECLI: ECLI:NL:TNOKALK:2008:YC0276
Datum uitspraak: 14-04-2008
Datum publicatie: 01-08-2009
Zaaknummer(s): 5.2008
Onderwerp: Overig
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:   Constateringen BFT worden als vast staand aangenomen. Klacht gegrond. Geen aanleiding voor nieuwe tuchtmaatregel. Notaris is reeds voor zes maanden geschorst en inmiddels gedefungeerd. Bekrachtigde ordemaatregel op basis van 106 Wna komt te vervallen.

DE KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN TE ALKMAAR

Klachtnummer 5/2008

De Kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Alkmaar, hierna te noemen: de Kamer, heeft de volgende beslissing gegeven in de (aanvullende) ambtshalve klachtprocedure

tegen

[Notaris]

notaris te [standplaats],

beklaagde,

hierna: de notaris.

HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1.           In de procedure onder klachtnummer 8/2007 heeft de kamer bij tussenbeslissing van 10 maart 2008 geoordeeld dat aan de notaris de maatregel van schorsing voor de maximale duur, zes maanden, dient te worden opgelegd. De notaris is vervolgens nog tot 1 mei 2008 gegund om orde op zaken te stellen.

1.2.           Bij brief van 15 mei 2008 heeft het BFT het volgende aan de waarnemend voorzitter van de Kamer meegedeeld:

“Financiële positie kantoor

De financiële positie van het notariskantoor is vanaf de laatste maanden van het jaar 2007 aanmerkelijk verslechterd. (…)

Naar mijn mening is sprake van een (naar verwachting) niet meer te stoppen financiële terugval van het notariskantoor met een zeer groot risico op discontinuïteit op korte termijn.

Samengevat zijn de cijfers van het notariskantoor over het eerste kwartaal 2008 als volgt:

- Bewaringspositie (afgerond) € 7.500 negatief

- Liquiditeitspositie (afgerond) € 62.000 negatief

- Eigen vermogen in kantoor (afgerond) € 153.000 negatief

- Resultaat over het eerste kwartaal 2008 circa €  nihil.

Het volgende wordt opgemerkt:

- Het BFT heeft aangedrongen op het onverwijld aanzuiveren van de negatieve bewaringspositie. De notaris zal hiertoe gelden opnemen vanuit de rekening courantkrediet. Voorts dient de notaris deze positie adequaat te bewaken.

-De sterke daling van het eigen vermogen van het notariskantoor houdt met name verband met de hoge privé opnamen gedurende het eerste kwartaal 2008 (huishoudelijke uitgaven alsmede advocaatkosten ten behoeve van de onderneming van de partner).

- Vorenstaande punten zijn naar de mening van het BFT klachtwaardige constateringen.”

1.3.           Bij brief van 23 mei 2008 heeft de plaatsvervangend voorzitter van Kamer aan de notaris meegedeeld dat hij zich genoodzaakt ziet de ambtshalve klacht, zoals die is beoordeeld in de tussenbeslissing van 10 maart 2008, aan te vullen met de in voormelde brief van het BFT van 15 mei 2008 genoemde klachtwaardige constateringen, en een nieuwe klacht te formuleren. De plaatsvervangend voorzitter heeft meegedeeld dat sprake is van een situatie die de maatregel zoals bedoeld in artikel 106 Wna rechtvaardigt en dat hij voornemens is de notaris met onmiddellijke ingang te schorsen in de uitoefening van het notarisambt voor de duur van de behandeling van de aanvullende klacht.

1.4.           Op 29 mei 2008 is de notaris gehoord over de voorgenomen ordemaatregel. Hiervan is een verslag opgemaakt.

1.5.           Bij beslissing van 3 juni 2008 heeft de plaatsvervangend voorzitter de notaris met ingang van 4 juni 2008 voor de duur der behandeling van de betreffende klacht geschorst.

1.6.           Bij beslissing van 9 juni 2008 heeft de Kamer de op 3 juni 2008 gelaste ordemaatregel van onmiddellijke schorsing van de notaris ingaande 4 juni 2008 bekrachtigd.

1.7.           In vervolg op de hiervoor onder 1.1. genoemde tussenbeslissing, heeft de Kamer de notaris bij beslissing van 23 juli 2008 voor de duur van zes maanden geschorst. Deze beslissing is onherroepelijk geworden. De schorsing is ingegaan op 6 oktober 2008, en eindigt op 6 april 2009.

1.8.           De notaris is per 15 oktober 2008 gedefungeerd.

1.9.           Op 27 januari 2009 heeft de notaris desgevraagd aangegeven geen behoefte te hebben aan een mondelinge behandeling van de op 15 (de Kamer begrijpt: 23) mei 2008 geformuleerde klacht.

DE BEOORDELING  

2.1.      De Kamer stelt vast dat de notaris geen verweer heeft gevoerd tegen de in de (hiervoor onder 1.2. gedeeltelijk weergegeven) brief van het BFT van 15 mei 2008 genoemde constateringen. Deze constateringen kunnen dan ook als vaststaand worden aangenomen. Hieruit volgt dat de klacht die op 23 mei 2008 door de plaatsvervangend voorzitter is ingediend gegrond is.

2.2.      De Kamer ziet geen aanleiding aan de notaris een nieuwe tuchtmaatregel op te leggen. Daarbij is in aanmerking genomen dat de notaris op 23 juli 2008 reeds voor zes maanden is geschorst, terwijl deze schorsing -die is ingegaan op 6 oktober 2008- nog loopt tot 6 april 2009, en voorts dat de notaris is gedefungeerd.

2.3.      Door deze beslissing komt de op 9 juni 2008 bekrachtigde ordemaatregel te vervallen.

BESLISSING

De Kamer:

-           verklaart de klacht gegrond;

-           bepaalt dat er geen termen zijn een maatregel op te leggen;

-           verstaat dat de op 9 juni 2008 bekrachtigde ordemaatregel is vervallen.

Gedaan te Alkmaar op 14 april 2009 door mr. E.J. van der Molen, voorzitter en

mrs. L.G. Vollebregt, E.E. von Wolzogen Kühr, R.H.C. Winter en P.G. Vroom, leden.

Secretaris,                                                                                           Voorzitter,

mr. P.L. Ypma.                                                                                    mr. E.J. van der Molen.

verzonden op: