ECLI:NL:TNOKMID:2007:YC0828 Kamer van toezicht Middelburg KvT 3/2007

ECLI: ECLI:NL:TNOKMID:2007:YC0828
Datum uitspraak: 12-07-2007
Datum publicatie: 31-08-2012
Zaaknummer(s): KvT 3/2007
Onderwerp: Personen- en Familierecht
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie: Voorzittersbeslissing: klager is op grond van artikel 99 lid 12 Wna niet ontvankelijk in zijn klachten met betrekking tot de inhoud en de gang van zaken omtrent een door de notaris opgemaakte akte van boedelscheiding. De overige klachten die het verwijt betreffen dat de notaris meer oog had voor de belangen van de erfgenaam dan die van klager zijn kennelijk ongegrond of van onvoldoende gewicht.

KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN TE MIDDELBURG

Beslissing van de voorzitter van 12 juli 2007 in de zaak van

KvT 3/2007 

[klager] ,

wonende te [woonplaats],

klager,

tegen:

[notaris]

notaris te [vestigingsplaats],

verweerder.

1. Het verloop van de procedure

Partijen worden verder aangeduid als klager respectievelijk de notaris.

Klager heeft zich bij brief, ingekomen op 1 juni 2007, gewend tot de Kamer van Toezicht te Middelburg, hierna de Kamer, met een vijftal klachten tegen de notaris. De notaris heeft bij brief van 6 juni 2007 op de klacht gereageerd. Een afschrift van deze brief is verzonden aan klager. Klager heeft bij brief van 15 juni 2007, ingekomen op 19 juni 2007, gereageerd en aan zijn klachten enkele klachten toegevoegd. De notaris heeft hierop vervolgens bij brief van 26 juni 2007 gereageerd.

Door de voorzitter is de klacht in behandeling genomen.

2. De klacht en de beoordeling daarvan

2.1. De klacht betreft de behandeling van de nalatenschap van de op 4 oktober 2000 overleden echtgenote van klager. Zij waren buiten iedere gemeenschap van goederen gehuwd.

De echtgenote van klager is eerder gehuwd geweest, uit een van welke huwelijken een dochter is geboren, de enige erfgenaam.

Erflaatster heeft een testament opgemaakt. 

2.2. De eerste twee klachten betreffen de inhoud en gang van zaken omtrent een door de notaris opgemaakte akte van boedelscheiding, ondertekend op 19 april 2002.

Nu niet binnen drie jaar na voormelde datum is geklaagd, kunnen deze klachten niet meer in behandeling worden genomen. Dit leidt er toe, dat op deze onderdelen klager in zijn klacht niet ontvankelijk wordt verklaard.

2.3. In de overige klachten maakt klager de notaris, kort gezegd, het verwijt, dat deze meer oog had voor de belangen van de erfgenaam dan die van hem.

In hetgeen klager daarvoor ter onderbouwing naar voren brengt en gelet op het op zich niet door klager betwiste relaas van de notaris, zijn naar het oordeel van de voorzitter van de Kamer van Toezicht geen feiten of gedragingen van de notaris gesteld, die maken dat de notaris buiten de voor hem geldende tuchtrechtelijke normen heeft gehandeld.

Dit leidt er toe dat deze klachten kennelijk ongegrond of van onvoldoende gewicht zijn.

Dat de notaris partijen informeert over wet en regelgeving is hem niet tuchtrechtelijk te verwijten. Evenmin kan hem verweten worden, dat hij standpunten en verzoeken van de ene partij aan een andere partij overbrengt of dat een betaling van de ene partij aan de andere uitblijft, omdat deze onderdeel is van dispuut tussen partijen.

2.4. Het voorgaande leidt er toe, dat klager niet ontvankelijk wordt verklaard in een deel van zijn klachten en dat deze voor het overige worden afgewezen.

3. De beslissing

De voorzitter van de Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Middelburg:

-          verklaart klager niet-ontvankelijk voorzover het betreft de klachten 1 en 2, 

-          wijst de overige klachten af.

Deze beslissing is gegeven door mr. L.A.M. van Dijke, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. F.A.C.M. Maandag-Leussink, secretaris, en uitgesproken op 12 juli 2007.

Tegen deze beslissing is voor klager verzet mogelijk door het indienen van een verzetschrift bij de Kamer van Toezicht binnen veertien dagen na dagtekening van de aangetekende brief waarbij deze beslissing aan u is toegezonden.