ECLI:NL:RBAMS:2007:YB0228 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2006.249verzet

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2007:YB0228
Datum uitspraak: 17-04-2007
Datum publicatie: 19-03-2009
Zaaknummer(s): 2006.249verzet
Onderwerp: Incassotraject
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzet ongegrond verklaard omdat het onderzoek in verzet niet heeft gelid tot het nemen van een andere beslissing dan de voorzitter heeft gedaan.

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam

Beschikking van 17 april 2007 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake het verzet in de zaak met nummer 249.2006 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

1. Verloop van de procedure

Bij beschikking van 16 mei 2006 (zaaknummer 76.2006) heeft de voorzitter van de Kamer voor gerechtsdeurwaarders (hierna: de voorzitter) beslist op een door klager tegen beklaagde ingediende klacht.

Bij brief van 22 mei 2006 is klager een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden.

Op 2 juni 2006 heeft klager tegen de beslissing van de voorzitter verzet ingesteld.

Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 30 januari 2007 alwaar de gerechtsdeurwaarder is verschenen.

Van de behandeling ter zitting heeft de secretaris aantekeningen gemaakt. Klager heeft in zijn verzetschrift aangevoerd dat hij de bijlagen bij het verweerschrift niet heeft ontvangen.

Omdat niet gebleken is dat deze alsnog aan hem zijn toegestuurd, is de zaak aangehouden.

De producties zijn aan klager toegestuurd.

Hij heeft bij brief 19 maart 2007 een aanvullend verzetschrift ingediend.

Bij brief  van 5 april 2007 heeft de gerechtsdeurwaarder verweer gevoerd.

De uitspraak is bepaald op 17 april 2007. 

2. De gronden van het verzet

In verzet heeft klager verkort samengevat opnieuw aangevoerd dat er sprake is geweest van onnodige incassodruk. Productie drie bij het verweerschrift is door de gerechtsdeurwaarder gemanipuleerd. De regel waarin staat dat klager de factuur zou betalen en de discussie voor gesloten zou houden, is door de gerechtsdeurwaarder later toegevoegd.

3. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft het verzet tegen voormelde beslissing van de voorzitter ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat hij in zijn verzet kan worden ontvangen.

4. De beoordeling van de gronden van het verzet

4.1 In zijn inleidende klacht heeft klager de gerechtsdeurwaarder onder andere verweten dat de gerechtsdeurwaarder bij de incasso van een vordering wegens reparatie aan zijn auto, onnodige incassodruk heeft uitgeoefend. De gerechtsdeurwaarder is niet ingegaan op zijn verzoek om uitstel om zich door een advocaat te laten adviseren. In plaats daarvan is hij overgegaan tot dagvaarden.

4.2 De gerechtsdeurwaarder heeft tegen het verzet aangevoerd dat geen van de aangevoerde grieven betrekking heeft op de oorspronkelijke klacht. Hij heeft de in de grieven verwoorde aantijgingen weersproken.

4.3 Het onderzoek in verzet heeft naar het oordeel van de Kamer niet geleid tot vaststelling van andere feiten  dan wel andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dat die vervat in de beslissing van de voorzitter, waarmee de Kamer zich verenigt.

4.4 Hetgeen partijen nog naar voren hebben gebracht kan als in het voorgaande reeds behandeld dan wel als in deze procedure niet ter zake dienend buiten beschouwing blijven.

4.5 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gegeven door mr. M.M. Beins, plaatsvervangend-voorzitter, mr. H.C. Hoogeveen, en  N.J.M. Tijhuis (plaatsvervangend) leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van  17 april 2007 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Coll.:

Ingevolge het bepaalde in artikel 39 lid 4 van de Gerechtsdeurwaarderswet staat tegen deze beslissing geen rechtsmiddel open.