ECLI:NL:RBAMS:2007:YB0215 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2006.477verzet

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2007:YB0215
Datum uitspraak: 01-05-2007
Datum publicatie: 31-03-2009
Zaaknummer(s): 2006.477verzet
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen: Een berisping
Inhoudsindicatie: Beslissing voorzitter in verzet vernietigd. Vermelding in exploot van betekening strookt niet met ter zitting door de gerechtsdeurwaarder afgelegde verklaring.

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam

Beschikking van 1 mei 2007 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake het verzet in de zaak met nummer 477.2006 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[     ],

kandidaat gerechtsdeurwaarder te [      ],

beklaagde.

1. Verloop van de procedure

Bij beschikking van 26 september 2006 (zaaknummer 208.2006) heeft de voorzitter van de Kamer voor gerechtsdeurwaarders (hierna: de voorzitter) beslist op een door klager tegen (het kantoor van) beklaagde ingediende klacht.

Bij brief van 27 september 2006 is klager een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden.

Bij brief van 10 oktober 2006, ingekomen op 11 oktober 2006, heeft klager tegen de beslissing van de voorzitter verzet ingesteld.

Klager heeft op 19 maart 2007 telefonisch medegedeeld wegens ziekte niet ter zitting te kunnen verschijnen.

Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 20 maart 2007 alwaar de gerechtsdeurwaarder is verschenen.

Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 1 mei 2007.

2. De gronden van het verzet

Klager voert in verzet -voor zover nog van belang- aan dat hij niet in een stacaravan woont maar in een bungalow op een recreatiepark waar permanente bewoning is toegestaan. Bij de entree van het Park staat een groot bord met daarop de nummers van de bungalows vermeld. Dat zijn bungalow ongenummerd is -zoals in het verweer staat vermeld- is derhalve onjuist.

De gerechtsdeurwaarder heeft verklaard dat hij niet aan de deur van de bungalow is geweest. In de dagvaarding wordt vermeld dat de gerechtsdeurwaarder niemand heeft aangetroffen en daarom de dagvaarding in de brievenbus heeft gedaan. Er is hier sprake van het niet juist invullen van een officieel document.

Nadat de klacht was ingediend, is de gerechtsdeurwaarder wel aan de deur van de bungalow geweest. Dat het nummer niet zou kloppen of niet aanwezig was, wordt hierdoor weerlegd.

Daarnaast heeft de gerechtsdeurwaarder klager bejegend op een manier die als kwetsend en beledigend is ervaren. Op zijn opmerking dat er beroep zou worden aangetekend tegen de uitspraak van de kantonrechter gaf de gerechtsdeurwaarder aan dat er eerst betaald zou moeten worden voordat er verzet kon worden ingesteld.

3. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft het verzet tegen voormelde beslissing van de voorzitter ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van

de voorzitter, zodat hij in zijn verzet kan worden ontvangen.

4. De inleidende klacht

In zijn inleidende klacht verwijt klager de gerechtsdeurwaarder, kort samengevat, dat deze de dagvaarding niet in persoon heeft uitgereikt, terwijl wel iemand thuis was. De vermelding dat niemand op het adres was aangetroffen is dus niet juist. Op de dagvaarding staat een verkeerd dossiernummer, althans een nummer dat niet op hem betrekking heeft. De gerechtsdeurwaarder heeft het incassobureau opdracht gegeven om klager een nieuwe nota te zenden, kennelijk om de zaak in de doofpot te stoppen.

5. De beslissing van de voorzitter

De voorzitter heeft op de inleidende klacht overwogen dat op grond van hetgeen klager heeft gesteld tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen niet kan worden vastgesteld. De dagvaarding is een authentieke akte. Dit betekent dat de inhoud daarvan vast staat behoudens tegenbewijs, dat vooralsnog door klager niet is geleverd. De dagvaarding is rechtsgeldig betekend en klager voert verweer in de procedure bij de kantonrechter, aldus de voorzitter.

6. De beoordeling van het verzet

De beslissing van de voorzitter kan op grond van hetgeen hierna wordt overwogen niet in stand blijven en dient te worden vernietigd.

7. De beoordeling van de klacht.

7.1 Alvorens tot beoordeling van de klacht over te gaan, wordt overwogen dat ingevolge het bepaalde in artikel 34, eerste lid van de Gerechtsdeurwaarderswet slechts gerechts-deurwaarders (waarnemend gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders inbegrepen) aan tuchtrechtspraak zijn onderworpen. Het gerechtsdeurwaarderskantoor [     ] kan daarom niet worden aangemerkt als beklaagde.

Nu de gewraakte handeling is verricht door de kandidaat-gerechtsdeurwaarder, die ter zitting ook verweer heeft gevoerd, wordt hij door de Kamer beschouwd als de gerechtsdeurwaarder tegen wie de klacht is gericht. Hiermee is in de aanhef van deze beschikking al rekening gehouden.

7.2 De wetgever bepaalt in art. 46 lid 1 Rv dat afschrift van exploten aan degene voor wie het is bestemd in persoon of aan een huisgenoot wordt gelaten. Immers op deze wijze wordt zo veel mogelijk bevorderd dat het exploot degene voor wie het bestemd is daadwerkelijk bereikt. Een betekening in persoon is echter niet altijd mogelijk is, omdat de betrokkene elders werkt, boodschappen doet, met vakantie is etc. Van een gerechtsdeurwaarder kan ook niet worden gevergd om vele malen te pogen tot betekening in persoon over te gaan. Daarom bestaat in art 47 Rv. een alternatief. De gerechtsdeurwaarder kan, indien hij niet aan een van de in art. 46 lid 1 Rv bedoelde personen afschrift kan laten, een afschrift in een gesloten envelop achterlaten (in de brievenbus) op het woonadres van betrokkene.

7.3 In het door de gerechtsdeurwaarder uitgebrachte exploot relateert hij dat hij heeft: “...GEDAGVAARD: [     ] wonende te [     ] (gemeente [     ]) aan de [      ] aldaar mijn exploit doende en afschrift van de dagvaarding latende aan: voormeld adres in gesloten envelop met daarop de vermeldingen als wettelijk voorgeschreven, omdat ik aldaar niemand aantrof aan wie rechtsgeldig afschrift kon worden gelaten...”.

7.4. Dit relaas strookt niet met hetgeen door de gerechtsdeurwaarder ter zitting is medegedeeld dat hij aan de [     ] is geweest en heeft getracht het exploot te betekenen aan klager in persoon. Omdat hij de bungalow met nummer [     ] bij gebreke van een nummering niet kon vinden, heeft de gerechtsdeurwaarder het exploot gelaten in de brievenbus met nummer [     ] bij de entree van het recreatiepark.

7.5 Onder deze omstandigheden kan geen waarde worden gehecht aan de vermelding in het exploot dat aan de [     ] niemand werd aangetroffen aan wie rechtsgeldig afschrift kon worden gelaten. Met het oog op authenticiteit van de akte en het daaraan te ontlenen bewijs dient het exploot naar waarheid te worden opgemaakt en dient in beginsel in het relaas zo feitelijk mogelijk en naar waarheid te worden vermeld wat bij de betekening is voorgevallen. Nu wordt ten onrechte de indruk gewekt dat de gerechtsdeurwaarder aan de deur van de bungalow is geweest en niemand heeft aangetroffen. Niet goed valt in te zien waarom in het exploot niet kon worden vermeld dat de bungalow niet kon worden gevonden omdat de nummering ontbrak. Dit nog los van het feit dat de gerechtsdeurwaarder bij een latere beslagpoging de bungalow wel kon vinden door navraag bij de buren te doen, iets wat hij, zo blijkt uit zijn verklaring ter zitting, bij het uitbrengen van de dagvaarding heeft nagelaten. De Kamer acht het handelen van de gererchtsdeurwaarder op dit punt tuchtrechtelijk laakbaar.

7.5 Ten aanzien van de bejegeningsklacht geldt dat volgens vaste rechtspraak van het Gerechtshof te Amsterdam nieuwe klachten niet voor het eerst in verzet kunnen worden aangevoerd. Nu de bejegeningsklacht klacht niet in de inleidende klacht is opgenomen dient deze klacht buiten beoordeling worden gelaten. Ten overvloede wordt nog overwogen dat ook al zou dit door klager tijdig zijn aangevoerd de door de gerechtsdeurwaarder gebruikte bewoordingen niet als zijnde tuchtrechtelijk laakbaar kunnen worden bestempeld

8. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart het verzet gegrond;

-        vernietigt de beslissing van de voorzitter;

-        verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn bejegeningsklacht;

-        verklaart de klacht voor het overige gegrond;

-        legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op.

Aldus gegeven door mr. H.C. Hoogeveen, plaatsvervangend-voorzitter, mr. N.C.H. Blankevoort en N.J.M. Tijhuis (plaatsvervangend) leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 1 mei 2007 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.