ECLI:NL:RBAMS:2007:YB0158 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2007.22
ECLI: | ECLI:NL:RBAMS:2007:YB0158 |
---|---|
Datum uitspraak: | 26-06-2007 |
Datum publicatie: | 20-04-2009 |
Zaaknummer(s): | 2007.22 |
Onderwerp: | Ambtshandelingen (art. 2 Gdw) |
Beslissingen: | Een berisping |
Inhoudsindicatie: | Klaht na gegrondverklaring klacht door Nationale Ombudsman. Onvodoende inzicht geven in berekeningen. Klacht gegrond, berisping opgelegd. |
Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam
Beschikking van 26 Juni 2007 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met het nummer 22.2007 van:
[ ],
wonende te [ ],
klaagster,
gemachtigde: [ ]
tegen:
[ ],
gerechtsdeurwaarder te [ ],
beklaagde.
Verloop van de procedure
Bij brief met bijlagen van 12 januari 2007 heeft klaagster een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna de gerechtdeurwaarder.
Bij brief van 8 februari 2007 heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.
Bij brief van 8 mei 2007 heeft de gerechtsdeurwaarder nader gereageerd.
De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 15 mei 2007 alwaar de gemachtigde van klaagster en de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De gemachtigde van klaagster heeft een pleitnota overgelegd. Van het verhandelde is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 26 juni 2007.
1. De feiten
Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden.
a) Klaagster heeft bij de Nationale Ombudsman een klacht ingediend tegen de gerechtsdeurwaarder. De klacht heeft betrekking op de wijze waarop de gerechtsdeurwaarder een tegen klaagster gewezen ontruimingsvonnis waarbij huurachterstand is toegewezen heeft geëxecuteerd. De klacht betreft met name het gebrek aan informatie van de gerechtsdeurwaarder omtrent de betalingsachterstand.
b) Op 31 juli 2006 heeft de Nationale Ombudsman een openbaar rapport uitgebracht. De klacht van klaagster is gegrond verklaard en de gerechtdeurwaarder is aanbevolen een berekening van de gemachtigde van klaagster te heroverwegen en opnieuw te beoordelen. Indien de berekening juist zou worden geacht, is de gerechtsdeurwaarder in overweging gegeven om alsnog een bedrag van € 236,06 aan klaagster te betalen.
c) Bij brief van 1 augustus 2006 heeft de gerechtsdeurwaarder aan de Nationale Ombudsman meegedeeld bij zijn standpunt te blijven, dat de berekening van de gemachtigde van klaagster niet juist was en dat hij niet bereid was het bedrag aan klaagster te betalen.
d) Bij brief van 6 oktober 2006 heeft de Nationale Ombudsman de gerechtsdeurwaarder verzocht alsnog met een gemotiveerde reactie te komen. Dit heeft de gerechtsdeurwaarder geweigerd.
e) Op 20 december 2006 heeft de Nationale Ombudsman de gerechtsdeurwaarder meegedeeld dat hij de aanbeveling als niet opgevolgd beschouwde.
f) Op 6 februari 2007 heeft de gerechtsdeurwaarder aan klaagster € 236,06 betaald.
2. De klacht
Klaagster acht het gedrag van de gerechtsdeurwaarder zeer onbehoorlijk. Zij verwijt het hem dat hij blijft volharden in het geven van onacceptabele, ongemotiveerde en niet dan wel onvoldoende gemotiveerde antwoorden. Hij trekt zich niets aan van de kritiek, aldus klaagster. Klaagster voelt zich niet serieus genomen, omdat zij nog steeds geen acceptabele verklaring heeft. Dit geeft haar een ontevreden gevoel.
3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder
De gerechtsdeurwaarder heeft aangevoerd dat hij met zijn betaling heeft voldaan aan de aanbeveling, met welke aanbeveling hij het overigens niet eens is. De klacht is daarom zijns inziens ongegrond.
4. De beoordeling van de klacht
4.1 Ter zitting heeft de gerechtsdeurwaarder niet weerlegd dat in zijn brief van 6 december 2005 ten onrechte een bedrag van € 475,16 aan proceskosten is opgenomen als verplichting ingevolge een vonnis d.d. 17 december 2003. Hij heeft immers erkend dat dit bedrag reeds aan de opdrachtgeefster door klaagster was voldaan. Het verwijt dat de gerechtsdeurwaarder nog steeds onvoldoende inzicht heeft gegeven in zijn berekeningen treft reeds daarom doel. Klaagster kan worden gevolgd in haar opvatting dat zij niet serieus is genomen en de gerechtsdeurwaarder heeft het oordeel van de Ombudsman niet ontkracht.
4.2 De klacht is derhalve gegrond. Er is grond om tot het opleggen van een maatregel over te gaan.
BESLISSING
De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:
- verklaart de klacht gegrond;
- legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op.
Aldus gegeven door mr. S.G. Ellerbroek, voorzitter, mr. R.G. Kemmers en J.P.J.J. Timmermans, (plaatsvervangende) leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 26 juni 2007 in tegenwoordigheid van de secretaris.
Coll.:
Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.