ECLI:NL:TGZRSGR:2019:156 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-218

ECLI: ECLI:NL:TGZRSGR:2019:156
Datum uitspraak: 01-10-2019
Datum publicatie: 01-10-2019
Zaaknummer(s): 2018-218
Onderwerp: Overige klachten
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Klacht tegen een psychiater over de weigering om met klager te spreken over het verloop van zijn behandeling. Beklaagde was achterwacht voor de baliedienst en heeft op grond van de informatie van de voorwacht geen acuut psychiatrisch toestandsbeeld vastgesteld op basis waarvan hij had moeten handelen. Klager had al een afspraak met zijn hoofdbehandelaar met wie hij zijn klachten zou kunnen bespreken. Klacht is kennelijk ongegrond.

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag heeft de volgende beslissing gegeven inzake de klacht van:

A ,

wonende te B,

klager,

tegen:

C, psychiater,

werkzaam te D

beklaagde.

1.                  Het verloop van de procedure

1.1              Het verloop van de procedure blijkt uit:

-      het klaagschrift met bijlagen, ontvangen op 2 augustus 2018;

-      het verweerschrift;

-      het proces-verbaal van het mondeling vooronderzoek, gehouden op 5 februari 2019;

-      de brief d.d. 6 maart 2019 van klager.

1.2              Het College heeft de klacht op 7 augustus 2019 in raadkamer behandeld.

2.                  De feiten

2.1              Klager, geboren in 1974, stond ten tijde van zijn contact met beklaagde al enige tijd onder behandeling bij het E, expertisecentrum voor autisme, van F. Beklaagde was aldaar werkzaam als psychiater voor 1 dag per week.

2.2       Op 28 december 2018 heeft klager telefonisch contact opgenomen met de instelling  en de psycholoog-voorwacht, G gesproken, die baliedienst deed. Klager was gefrustreerd over het verloop van zijn behandeling en wenste een psychiater te spreken. Ter zake van de contacten tussen de psycholoog en klager is het volgende in het dossier vermeld:

28-12-2016 12:34 G, (Psycholoog MSc)

“(…) Pt belt terug en spuit enorme onvrede over de behandeling tot nu toe.

het feit dat zijn frustratie inmiddels ook de relatie met zijn 11 weken oude zoontje beinvloedt is voor hem  de limt.

Hij hoort stemmen in zijn hoofd.

verwacht van ons commitment, dat we nu eindelijk eens iets gaan doen.

Wil graag door de psychiater teruggebeld worden.”

28-12-2016 15:46 G,, (Psycholoog MSc)

“(…) Tel contact en het verzoek gebeld te worden door psychiater besproken. C geeft aan dat, wanneer er geen sprake is van ene crisis waarbij we iets kunnen doen het niet zinvol is voor hem te bellen.

G zal hem terugbellen om aan te geven dat hij deze dingen met zijn CB zou moeten bespreken en sinds hij die heeft afgewezen er geen behandelaar voor hem beschikbaar is. Dat hij een en ander kan bespreken op 3 januari met H.”

28-12-2016 15:50 G,, (Psycholoog MSc)

“(…) Tc om aan te geven dat psychiater geen contact opneemt omdat er geen sprake lijkt van een acute crisis. Pt reageert: de zaak moet dus eerst gierend uit de hand lopen voordat jullie wat doen.

hangt telefoon op.

3.                  De klacht

Klager verwijt beklaagde dat hij welbewust klagers noodhulpvraag heeft genegeerd, het niet nodig vond om klager te spreken en heeft miskend dat klager op dat moment in een crisissituatie verkeerde. Daardoor heeft beklaagde onvoldoende zorg verleend.

4.                  Het standpunt van beklaagde

De beklaagde heeft de klacht en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen bestreden. Voor zover nodig wordt daarop hieronder ingegaan.

5.                  De beoordeling

5.1       Beklaagde heeft gesteld dat hij op grond van de door de voorwacht verstrekte informatie en inzage in het dossier van klager heeft geconcludeerd dat er geen sprake was van een acuut psychiatrisch toestandsbeeld. Hij heeft toegelicht dat hij niet betrokken was bij de behandeling van klager en dat de klachten van klager al enige tijd onder de aandacht van de behandelaars waren. Klager had een afspraak met zijn hoofdbehandelaar op 3 januari 2017 met wie klager zijn klachten zou kunnen bespreken. Deze gang van zaken ontmoet bij het College geen bedenkingen. Beklaagde heeft kunnen oordelen dat er geen sprake van een acute situatie was waarin direct ingrijpen nodig was. Hij behoefde dan ook niet te handelen. Dat beklaagde onvoldoende zorg heeft verleend kan niet worden gezegd. De klacht wordt ongegrond geacht.

5.2       Om bovenstaande redenen zal de klacht zonder nader onderzoek kennelijk ongegrond worden verklaard.

6.         De beslissing

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag beslist als volgt:

verklaart de klacht kennelijk ongegrond.

Deze beslissing is gegeven op 1 oktober 2019 door  M.A.F. Tan-de Sonnaville, voorzitter, H.N. Koetsier en M.H. Braakman, leden-beroepsgenoten, bijgestaan door I.C.M. Spitters-Vermeulen, secretaris.

voorzitter                                                                                           secretaris

Tegen deze beslissing kan in de volgende gevallen schriftelijk beroep worden ingesteld bij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:

a.         Heeft u de klacht ingediend? Dan kunt u in beroep als

- het college u of uw klacht geheel of gedeeltelijk niet-ontvankelijk heeft verklaard of

- als de klacht geheel of gedeeltelijk ongegrond is verklaard.

Bij een gedeeltelijke niet-ontvankelijkverklaring of een gedeeltelijke ongegrondverklaring kan uw beroep alleen betrekking hebben op dat deel van de beslissing.

b.         Is de klacht tegen u gericht? Dan kunt u altijd in beroep.

c.         Ook de inspecteur van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd kan beroep instellen.

U moet het beroepschrift richten aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg, maar opsturen naar de secretaris van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Den Haag. Daar moet het zijn ontvangen binnen zes weken nadat de beslissing aan u is verstuurd.

Als u beroep instelt, moet u € 50,- griffierecht betalen aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. U ontvangt hierover bericht. Als u geheel of gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, wordt het griffierecht aan u terugbetaald.