ECLI:NL:TNORARL:2015:61 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/61
ECLI: | ECLI:NL:TNORARL:2015:61 |
---|---|
Datum uitspraak: | 14-10-2015 |
Datum publicatie: | 06-09-2016 |
Zaaknummer(s): | AL/2015/61 |
Onderwerp: |
|
Beslissingen: | Klacht gegrond zonder maatregel |
Inhoudsindicatie: | D e notaris neemt in een testament in alle gevallen behalve de naam en de geboortedatum ook het adres en de woonplaats van de in een testament genoemde personen op. Naar het oordeel van de kamer is voor de aanduiding van de juiste persoon is de noodzaak daartoe niet gebleken. Het vermelden van naam, geboortedatum en geboorteplaats is daartoe voldoende. De notaris hoefde weliswaar niet te voorzien dat klager niet wilde dat zijn adres en woonplaats bij vader bekend zouden worden, maar dat neemt niet weg dat de notaris bedoelde gegevens zonder noodzaak heeft opgevraagd uit GBA. Daarmee is door de notaris in strijd met het bepaalde in het Autorisatiebesluit Wet GBA gehandeld. |
KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN
Kenmerk: AL/2015/61
Beslissing van de kamer voor het notariaat op de klacht van
[…],
wonende te […], hierna te noemen klager,
tegen
[…],
notaris te […], hierna te noemen de notaris.
1. Het verloop van de procedure
1.1 Het verloop van de procedure blijkt uit
- de klacht, met bijlagen, van 14 april 2015
- het verweer, met bijlagen, van de notaris van 4 mei 2015.
1.2 De klachtzaak is ter zitting van 11 september 2015 behandeld. Klager is in persoon verschenen. De notaris is eveneens in persoon verschenen.
2. De feiten
2.1 Klager is in september 2014 verhuisd naar zijn huidige woonplaats. Klager heeft zijn vader, de heer […] (hierna te noemen: vader) niet geïnformeerd over deze verhuizing. Klager wil zijn vader niet spreken en niet met hem geconfronteerd worden. Om die reden heeft klager zijn nieuwe adres niet doorgegeven aan vader.
2.2 Op 5 december 2014 bleek klager dat zijn nieuwe adres en woonplaats bij vader bekend waren doordat deze bij klager aanbelde.
2.3 Uit onderzoek is klager gebleken dat vader de notaris heeft bezocht voor het opmaken van een testament. Omdat de notaris de naam, adres- en woonplaatsgegevens van in een (concept-) testament genoemde personen in de Gemeentelijk Basisadministratie (GBA), thans (ook) Basisregistratie Personen (BRP), raadpleegt en in het testament vermeldt, is vader sinds de ontvangst van het (concept-) testament bekend met het nieuwe adres en de woonplaats van klager.
3. De standpunten
3.1 Klager verwijt de notaris dat zij bij het contact met vader de privacy van klager heeft geschonden. Klager vindt het niet acceptabel dat zijn gegevens aan vader zijn verstrekt voor het opmaken van een testament. Naar de mening van klager is het niet nodig dat in die fase zijn adres- en woonplaatsgegevens worden opgevraagd en verstrekt aan de testateur.
3.2 Op het verweer van de notaris zal de kamer hierna, voor zover het verweer van belang is voor de beoordeling, nader ingaan.
4. De beoordeling
4.1 Ingevolge artikel 93 lid 1 van de Wet op het notarisambt (hierna: Wna) zijn notarissen aan het tuchtrecht onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij behoren te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve zij optreden en ter zake van handelen of nalaten dat een behoorlijk notaris niet betaamt. De kamer dient derhalve te onderzoeken of de handelwijze van de notaris een verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.
4.2 Uit het verweer van de notaris blijkt dat niet wordt ontkend dat zij op 3 december 2014 de naam, adres- en woonplaatsgegevens van klager heeft geraadpleegd in GBA. Ook ontkent de notaris niet dat deze gegevens in het concept van het testament zijn opgenomen en op die wijze, na digitale toezending aan vader, bij vader bekend zijn geworden.
4.3 Het gaat nu om de vraag of de notaris met deze werkwijze klachtwaardig gehandeld heeft. Uit het verweer van de notaris en de toelichting ter zitting blijkt dat de notaris het betreurt dat de door haar gevolgde werkwijze voor klager gevolgen heeft gehad die hij niet wenste. De notaris heeft er echter op gewezen dat het voor haar niet bekend kon zijn dat klager niet wilde dat zijn adres en woonplaats bij vader bekend zouden worden. De uitlatingen van vader gaven daartoe geen aanleiding en, belangrijker nog, in GBA was ter zake van geheimhouding geen beperking opgenomen.
4.4 Uit het verweer en de toelichting blijkt dat de notaris in een testament in alle gevallen behalve de naam en de geboortedatum ook het adres en de woonplaats van de in een testament genoemde personen opneemt. Naar het oordeel van de kamer is echter van een noodzaak daartoe niet gebleken. Voor de aanduiding van de juiste persoon is die noodzaak er niet. Het vermelden van naam, geboortedatum en geboorteplaats is daartoe voldoende. Bovendien zijn, zoals klager ook heeft gesteld, pas bij het openvallen van een testament de actuele adres- en woonplaatsgegevens nodig.
4.5 De kamer is derhalve van oordeel dat de notaris zonder noodzaak het adres en de woonplaats van klager uit GBA heeft opgevraagd en in een voor vader bestemd concept-testament heeft opgenomen. De notaris hoefde weliswaar niet te voorzien dat klager niet wilde dat zijn adres en woonplaats bij vader bekend zouden worden, maar dat neemt niet weg dat de notaris bedoelde gegevens zonder noodzaak heeft opgevraagd uit GBA. Daarmee is door de notaris in strijd met het bepaalde in het Autorisatiebesluit Wet GBA gehandeld, waarin onder meer is bepaald dat het verzoek van de notaris moet zijn gericht op het verkrijgen van gegevens die noodzakelijk zijn voor het verlijden van authentieke akten.
4.6 Gelet op het voorgaande zal de kamer de klacht gegrond verklaren. Hoewel de kamer begrijpt dat het bekend worden van zijn adres voor klager ingrijpende gevolgen heeft gehad, ziet zij gezien de omstandigheden van dit geval geen aanleiding om de notaris een maatregel op te leggen. Redengevend is dat het hier gaat om een nadere uitleg van het Autorisatiebesluit en dat de notaris geen aanwijzingen had dat het adres voor de vader van klager geheim moest blijven.
4.7 Mitsdien wordt als volgt beslist.
5. De beslissing
De kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden;
- verklaart de klacht tegen de notaris gegrond zonder het opleggen van een maatregel.
Deze beslissing is gegeven door mr. O. Nijhuis, voorzitter, mrs. J.G.T.M. Castrop, H.J. Hettema, H. Quispel en M.E. van Rossum, leden, en in tegenwoordigheid van G.J. Doeleman, secretaris, door de voorzitter in het openbaar uitgesproken op
14 oktober 2015.
De secretaris, De voorzitter,