ECLI:NL:TGZRZWO:2022:71 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle z2021/3786
ECLI: | ECLI:NL:TGZRZWO:2022:71 |
---|---|
Datum uitspraak: | 02-06-2022 |
Datum publicatie: | 03-06-2022 |
Zaaknummer(s): | z2021/3786 |
Onderwerp: | Overige klachten |
Beslissingen: | Niet-ontvankelijk |
Inhoudsindicatie: | Klacht van apotheker tegen collega-apotheker. Geen concreet eigen belang dat verband houdt met de individuele gezondheidszorg. Klager heeft niet onderbouwd op welke punten zijn patiënten zijn of worden benadeeld ten opzichte van andere patiënten in de regio. De enkele stelling dat zijn patiënten niet van de voordelen van eventuele samenwerkingsafspraken zullen profiteren is onvoldoende. Zonder nadere concretisering is niet inzichtelijk gemaakt dat met de gevolgen die het (gestelde) handelen van beklaagde voor klager heeft (gehad) ook de kwaliteit van de individuele gezondheidszorg is of wordt geraakt. Klager niet-ontvankelijk. |
REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE ZWOLLE
Voorzittersbeslissing d.d. 2 juni 2022 naar aanleiding van de op 12 januari 2022 bij het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle ingekomen klacht van
A , te B,
bijgestaan door C,
k l a g e r
-tegen-
F , apotheker, destijds werkzaam te B,
bijgestaan door mr. A.F. Geerts, advocaat te Zeist,
b e k l a a g d e
1. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Het verloop van de procedure blijkt uit het volgende:
- het klaagschrift met bijlagen;
- het verweerschrift met bijlagen;
- de repliek met bijlagen;
- de dupliek.
2. DE OVERWEGINGEN
2.1
Klager is apotheker en eigenaar van twee apotheken in B. Klager heeft eerder een tuchtklacht ingediend tegen beklaagde. Ook tegen verschillende collega’s van beklaagde heeft klager tuchtklachten ingediend. Klager is in deze zaken niet-ontvankelijk verklaard. Het door klager ingestelde beroep is door hem ingetrokken.
2.2
Klager verwijt beklaagde - kort weergegeven - dat hij zich in zijn hoedanigheid van bestuurder van G, bewust schuldig heeft gemaakt aan machtsmisbruik en misbruik van de G. Klager voert aan dat de omstandigheid dat hij geen (formeel) lid is van de G, ertoe leidt dat de patiënten van zijn apotheken niet profiteren van de voordelen van gemaakte samenwerkingsovereenkomsten. Dat geldt ook voor de op kortere termijn te ontwikkelen ‘Regionale Samenwerkingsovereenkomsten’ en de kwalitatieve en innovatieve verbetering van de zorgverlening die daaruit voor de patiënten voortvloeit. Hiermee is volgens klager de weerslag op de individuele patiëntenzorg een gegeven.
2.3
Beklaagde stelt zich op het standpunt dat klager niet-ontvankelijk is omdat klager niet duidelijk heeft gemaakt welk concreet patiëntenbelang met zijn klacht is gediend. Tot nu toe zijn er nog geen concrete samenwerkingsafspraken gemaakt. Als er wel samenwerkingsafspraken tot stand komen, dan worden die gemaakt voor de hele patiëntenpopulatie in B, ook voor de patiënten die gebruik maken van de apotheken van klager.
2.4
De voorzitter is van oordeel dat klager niet-ontvankelijk is. Uit de wet volgt dat iemand alleen kan klagen als hij rechtstreeks belanghebbende is. Collega zorgverleners kunnen onder omstandigheden als rechtstreeks belanghebbende worden aangemerkt. In zo’n geval moet de klagende collega als medisch professional, ook als deze klaagt over schending van de tweede tuchtnorm (ECLI:NL:TGZRSGR:2019:136), een concreet eigen belang hebben dat verband houdt met de individuele gezondheidszorg. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat het medisch tuchtrecht tot doel heeft de kwaliteit van de individuele gezondheidszorg te bewaken en te bevorderen en de patiënt te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen van een zorgverlener. Het medisch tuchtrecht is dus niet bedoeld om een oordeel te vellen over conflicten van ondernemingsrechtelijke, financiële of fiscale aard tussen collega’s of rechtspersonen onderling. Dit is - zoals volgt uit het voorgaande - alleen anders als de klagende collega een concreet eigen belang heeft én met de in dat kader verweten gedragingen de kwaliteit van de individuele patiëntenzorg in het geding is.
Daar is geen sprake van. Klager heeft niet inzichtelijk gemaakt op welke wijze het door hem benoemde verwijt de individuele gezondheidszorg raakt of heeft geraakt. Klager heeft niet onderbouwd op welke punten zijn patiënten zijn of worden benadeeld ten opzichte van andere patiënten in de regio. De enkele stelling dat zijn patiënten niet van de voordelen van eventuele samenwerkingsafspraken zullen profiteren is onvoldoende.
Zonder nadere concretisering is niet inzichtelijk gemaakt dat met de gevolgen die het (gestelde) handelen van beklaagde voor klager heeft (gehad) ook de kwaliteit van de individuele gezondheidszorg is of wordt geraakt. Gelet op wat verder naar voren is gebracht moet worden geconcludeerd dat de klacht van klager veeleer is ingegeven door het zakelijk conflict tussen klager en zijn collega-apothekers in de regio. Dit belang raakt niet de individuele gezondheidszorg.
2.5
Uit het voorgaande volgt dat als volgt wordt beslist.
3. DE BESLISSING
De voorzitter verklaart klager kennelijk niet-ontvankelijk.
Aldus gedaan door P.A.H. Lemaire, voorzitter, in tegenwoordigheid van
M. Keukenmeester, secretaris.
voorzitter
secretaris
Tegen deze beslissing kan in de volgende gevallen schriftelijk beroep worden ingesteld bij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg:
a. Heeft u de klacht ingediend? Dan kunt u in beroep als
- het college u of uw klacht geheel of gedeeltelijk niet-ontvankelijk heeft verklaard of
- als de klacht geheel of gedeeltelijk ongegrond is verklaard.
Bij een gedeeltelijke niet-ontvankelijkverklaring of een gedeeltelijke ongegrondverklaring kan uw beroep alleen betrekking hebben op de klachtonderdelen waarop die beslissing betrekking heeft.
b. Is de klacht tegen u gericht? Dan kunt u altijd in beroep.
c. Ook de inspecteur van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd kan beroep instellen.
U moet het beroepschrift richten aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg, maar opsturen naar de secretaris van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Zwolle. Daar moet het zijn ontvangen binnen zes weken nadat de beslissing aan u is verstuurd.
Als u beroep instelt, moet u € 50,- griffierecht betalen aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg. U ontvangt hierover bericht. Als u geheel of gedeeltelijk in het gelijk wordt gesteld, wordt het griffierecht aan u terugbetaald.