Zoekresultaten 32071-32080 van de 42169 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2013:YG2939 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 12121

    Klaagster verwijt de verloskundige dat zij op onzorgvuldige wijze een infuus heeft geprikt waarna klaagster klachten aan haar hand en arm heeft overgehouden. Vaker voorkomend gevolg van prikken. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2930 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.264

    Klacht tegen psychiater. Raad voor de Kinderbescherming heeft bij beschikking van de rechtbank opdracht gekregen onderzoek in te stellen in het kader van een wijziging omgangsregeling met en het ouderlijk gezag over de minderjarige zoon van klaagster. De Raad heeft overleg gevoerd met Nederlands Instituut voor Forensische psychiatrie en psychologie (NIFP) over concrete vraagstelling. NIFP heeft vervolgens (onder meer) de psychiater aangezocht. De psychiater heeft zijn rapport voltooid. De klachtonderdelen richten zich onder meer tegen de wijze waarop de psychiater onderzoek heeft gedaan, hoe is omgegaan met de resultaten van het onderzoek, tegen het rapport zelf en dat hij klaagster ten onrechte niet in de gelegenheid heeft gesteld gebruik te maken van haar blokkeringsrecht. Het regionaal tuchtcollege heeft de klacht op één onderdeel, ten aanzien van het blokkeringsrecht, gegrond verklaard en de psychiater de maatregel van waarschuwing opgelegd. De psychiater komt in hoger beroep ten aanzien van het klachtonderdeel betreffende het blokkeringsrecht. Het Centraal Tuchtcollege concludeert dat klaagster in casu, op grond van artikel 1:240 BW, geen beroep op het blokkeringsrecht kon doen. Het hoger beroep van de psychiater slaagt.  

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:YA4280 Raad van Discipline Arnhem 12-216

    Het gaat in deze klacht om de vraag of verweerster op verantwoorde wijze is omgesprongen met de mogelijkheid van klaagster om te appelleren van een vonnis. Volgens klaagster zou hoger beroep worden ingesteld en volgens verweerster was afgesproken dat dit afhankelijk zou zijn van bepaalde berichtgeving, die uiteindelijk kwam zodat verweerster conform de afspraak geen beroep heeft ingesteld. Wat precies is afgesproken is niet komen vast te staan en daarmee ook niet de afspraak dat hoger beroep zou worden ingesteld. De klacht is in zoverre ongegrond. Wel oordeelt de raad  dat verweerster in zoverre tekort is geschoten dat over het al dan niet appelleren discussie kon ontstaan. Dat tekort schieten levert ook een tuchtrechtelijk verwijt op want verweerster had daarbij zo duidelijk moeten zijn dat een dergelijk dispuut zou worden voorkomen. Zo secuur behoort met de mogelijkheid om rechtsmiddelen aan te wenden immers te worden omgegaan.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:YA4261 Raad van Discipline Arnhem 12-90

    klacht tegen eigen advocaat over kwaliteit dienstverlening in alimentatiezaak gegrond. Verweerder had verzuimd de behoefte van de kinderen aan de orde te stellen en had alleen een draagkrachtverweer gevoerd. De raad oordeelt dat klager mocht verwachten dat verweerder beide wettelijke maatstaven (behoefte en draagkracht) aan de orde zou stellen en tevens de draagkracht van de ex-echtgenote van klager daarbij zou betrekken. Door dit na te laten heeft verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Maatregel enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:YA4274 Raad van Discipline Arnhem 13-84

    Klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Advocaat mag de lezing van de feiten van zijn cliënte ondersteunen.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:YA4255 Raad van Discipline Arnhem 12-148

    Verzet tegen voorzittersbeslissing, op grond waarvan klacht die na 3.5 jaar was ingediend door de voorzitter kennelijk niet ontvankelijk was verklaard vanwege tijdsverloop, ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:YA4268 Raad van Discipline Arnhem 12-164

    voorzittersbeslissing, klacht tegen deken kennelijk ongegrond .

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2931 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.281

    Verweerster is als ambulant verpleegkundige werkzaam in een Sociaal Team, dat in actie komt wanneer er sprake is van overlast waarvan melding wordt gemaakt bij bijv. een woningbouwvereniging. Naar aanleiding van meldingen van klaagster bij de woningbouwvereniging over haar buurman heeft verweerster een aantal maal contact gehad met klaagster. De door klaagster ingediende klacht bestaat uit zeven klachtonderdelen en betreffen het optreden van klaagster bij die contacten. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard en afgewezen.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2013:2 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 12-15

    Klager verwijt de oud-notaris dat zij onzorgvuldig heeft gehandeld bij het opstellen en passeren van het testament van erflater. Erflater heeft vijf weken voor zijn overlijden zijn testament nog aangepast, terwijl hij 92 jaar was. Verder verwijt klager de oud-notaris dat er een tegenstrijdigheid in het testament is opgenomen. Aan de ene kant wordt bepaald dat de executeur met de erfgenamen dient te overleggen, maar aan de andere kant wordt bepaald dat na het beëindigen van de taak van de executeur, de legataris geheel vrij is ten aanzien van het legaat.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2929 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.178

    "Klacht tegen (destijds) agnio SEH-arts. Klaagster verwijt de arts dat deze bij de behandeling van een hoofdwond van klaagster als gevolg van een ongeval, een groot glas in het hoofd van klaagster heeft laten zitten, waardoor zij ernstige klachten heeft gekregen. Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht als kennelijk ongegrond af. Beroep klaagster verworpen door Centraal Tuchtcollege."