Zoekresultaten 35591-35600 van de 42006 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2012:YG1801 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 169/2011

    Raadkamerbeslissing. Klacht tegen gezondheidzorgpsycholoog betreffende  diagnose borderline persoonlijkheidsstoornis. Persoonlijkheidstrekken zijn niet onveranderlijk. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2012:YG1794 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2011.174

    Klacht tegen huisarts. Patiënt, vader van klaagster, leed aan de ziekte ALS en is inmiddels overleden. Klaagster verwijt de arts dat hij bij de behandeling van haar vader niet de zorg heeft betracht die van hem verwacht mocht worden. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht als kennelijk ongegrond af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.  

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2012:YC0957 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 11-13

      De klacht - voor zover ter zitting gehandhaafd - valt zakelijk weergegeven uiteen in de volgende onderdelen. 1.       De oud-notaris greep niet in bij de economische overdracht van de ouderlijke woning door klaagsters moeder aan haar zoon [X] en heeft daarmee niet de belangen van derden gediend. Hierdoor is klaagster een groot deel van haar vaders erfenis misgelopen. 2.       De oud-notaris weigerde bij [X] de rente over het door [X] van klaagsters moeder geleende bedrag van fl. 60.000 op te eisen. 3.       De oud-notaris heeft bewust en in strijd met hun belangen [X], klaagsters zuster en klaagster geadviseerd om bij de rechtbank een uitspraak van vermoedelijk overlijden van hun vader te vragen, teneinde zo min mogelijk problemen met de afwikkeling van de nalatenschap te verkrijgen. 4.       De oud-notaris heeft verzuimd in te grijpen toen [X] weigerde om zijn schuld jegens klaagsters moeder te erkennen en heeft daarmee alleen de belangen van [X] behartigd. 5.       De oud-notaris heeft veel te laat, namelijk pas bij brief van 10 maart 1987, aan de bank een volmacht gezonden tot royement van de hypothecaire inschrijving ten laste van klaagsters moeder. 6.       De oud-notaris heeft klaagster kort na het overlijden van haar moeder een verkeerde voorstelling van zaken gegeven door klaagster mee te delen dat het erfdeel van klaagsters vader alsnog aan onder anderen klaagster zou worden uitgekeerd zodra klaagsters moeder zou komen te overlijden en dat [X], indien hij de aan hem economisch geleverde ouderlijke woning zou willen verkopen, hiervoor de handtekening van klaagster en haar zuster nodig had. 7.       [Notaris C] heeft het testament van [X] gepasseerd met medewerking van [de buurman] van [X], zonder daarbij de zwakbegaafde [X] in bescherming te nemen. [Notaris C] had in dit geval zijn ministerie moeten weigeren. 8.       [Notaris C, bijgestaan door kandidaat−notaris Notaris E, heeft meegeholpen de ouderlijke woning per 2 april 2007 via voornoemde [buurman] aan een andere buurman te verkopen tegen een prijs van fl. 180.000, terwijl een soortgelijke woning op dat moment te koop stond voor fl. 289.500. Daarmee heeft [Notaris C] niet voldoende getracht de financiële belangen van [X] veilig te stellen. 9.       Na het overlijden van [X] ontdekte klaagster dat notaris Notaris C ervoor zou hebben gezorgd dat [X] als mentor en bewindvoerder voornoemde [buurman] werd toegewezen, terwijl dit niet nodig was gelet op het schrijven van psychiater […]. Hiermee werkte Notaris C mee aan het houden van de familie op afstand van [X]. 10.    Notarissen B en C hebben structureel geweigerd om verder met klaagster te onderhandelen of haar vragen te beantwoorden en hebben een advocaat in de armen genomen omdat klaagster hen aansprakelijk heeft gesteld voor de door haar geleden schade. 11.    Kandidaat−notaris Notaris D heeft bij e-mail van 4 mei 2010 aan klaagster beloofd nader onderzoek te doen over de depotgelden die nog aanwezig zouden moeten zijn na het overlijden van klaagsters moeder. Daarop is de kandidaat−notaris nog steeds niet teruggekomen. 12.    Notaris C heeft verzuimd klaagster op de hoogte te brengen van het verzoek van [X] tot benoeming van een mentor en de onderbewindstelling van [X]. 13.    Notaris C weigert klaagster de door haar gevraagde inlichtingen te geven over onder meer de financiële afwikkeling van de nalatenschap.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2012:YG1795 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2011.222

    .

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2012:YC0958 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 11-15

    Klaagster verwijt de oud-notaris en de notaris als diens opvolger, dat dezen de uitdrukkelijke wensen van erflaatster hebben genegeerd.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2012:YA2470 Raad van Discipline Amsterdam 11-164A 11-165A

    Klacht over kwaliteit dienstverlening van eigen advocaat. Advocaat zou onder andere in strijd hebben gehandeld met instructies klager, onjuist hebben geadviseerd, in de dagvaarding een onjuist bedrag hebben gevorderd en excessief hebben gedeclareerd. De raad is van oordeel dat advocaat de belangen van klaagster op adequate wijze heeft behartigd; van excessief is geen sprake geweest. De raad is evenwel van oordeel dat de verschillend gehanteerde uurtarieven in de opdrachtbevestiging vermeld hadden moeten worden, maar in de gegeven omstandigheden van onvoldoende gewicht om verweerders tuchtrechtelijk een verwijt te maken. Klacht in al zijn onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2012:YA2464 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 6323

    Herziening is uitsluitend mogelijk wanneer een verweerder, tegen wie een klacht gegrond is verklaard, een beroep kan doen op schending van een fundamenteel rechtsbeginsel en niet op grond van nieuwe feiten en omstandigheden. Verzoekster niet-ontvankelijk

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2012:YG1791 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2010-213b

    Klaagster verwijt de psychiater zakelijk weergegeven dat zij haar niet goed heeft behandeld en geen vertrouwen heeft kunnen bieden ter zake van de zorg voor haar dochter en de zorgvuldigheid uit het oog heeft verloren en daarmee het belang van klaagster en haar dochter ernstig heeft geschaad en de goede naam van klaagster heeft geschaad. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2012:YA2471 Raad van Discipline Amsterdam 11-221A

    Klacht van advocaat tegen advocaat wederpartij dat gemaakte afspraken zouden zijn geschonden door aan een concept vaststellingsovereenkomst bewust elementen toe te voegen die klager niet met verweerster was overeengekomen, waardoor een minnelijke regeling niet tot stand kwam en een gerechtelijke procedure noodzakelijk werd. Voorts wordt advocaat wederpartij verweten te hebben gehandeld in strijd met de tussen partijen gemaakte afspraak dat in een eventuele procedure geen inhoudelijke mededelingen worden gedaan over de mediation. Klager had er niet op mogen vertrouwen dat er volledige overeenstemming was bereikt. Geen schending geheimhoudingsafspraak. Klacht in al zijn onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2012:YA2465 Raad van Discipline Amsterdam 10-368A

    Confraternele correspondentie en weergave overleg advocaten, klacht gegrond: waarschuwing.  Rechtstreeks benaderen echtgenoot van tegenpartij in dit geval toegestaan. Welwillendheid.