Zoekresultaten 2321-2330 van de 2764 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKROT:2010:YC0442 Kamer van toezicht Rotterdam 30/09

    Klaagster verwijt de notaris dat hij onzorgvuldig jegens haar heeft gehandeld. De notaris heeft klaagster een van de normale praktijk afwijkende verklaring laten tekenen, terwijl zij heeft verzocht om met betrekking tot de afwikkeling van haar legitieme portie te doen wat standaard is. Thans wordt de verklaring door de notaris aldus uitgelegd dat klaagster daarmee afstand doet van haar wettelijk recht om zes maanden na overlijden te worden voldaan en dat zij in plaats daarvan instemt met voldoening na verkoop van de woning. De notaris heeft klaagster niet vooraf gewezen op haar rechten en de verklaring en de consequenties daarvan niet toegelicht. Ook heeft de notaris zich er niet van vergewist of de wil van klaagster wel overeen kwam met de inhoud van de verklaring. Klaagster zou de verklaring niet hebben ondertekend indien zij bekend was geweest met de voor haar zeer nadelige consequenties. Nadien heeft de notaris elk inhoudelijk contact met klaagster geweigerd.   Voorts verwijt klaagster de notaris onjuist gehandeld te hebben door partijdig op te treden. De notaris heeft de erven onjuist maar ten voordele van de erven en ten nadele van klaagster geadviseerd. Ten onrechte heeft de notaris aan de erven meegedeeld dat zij eerst tot uitkering aan klaagster hoeven over te gaan ná verkoop van de woning en dat klaagster daarmee heeft ingestemd. De verdeling kan namelijk zonder verkoop plaatsvinden en de legitieme portie kan worden voldaan uit de liquide bestanddelen en uit het vermogen van de erven. Ook heeft de notaris ten onrechte jegens de erven aangeven dat de waarde van de woning gelijk is aan de prijs die een koper daarvoor in de toekomst zal betalen. De nalatenschap moet namelijk worden gewaardeerd naar het moment van overlijden. Als gevolg van de onjuiste advisering zijn de erven nog niet tot uitkering van de legitieme portie van klaagster overgegaan, waardoor klaagster schade lijdt.   Klacht in beide onderdelen gegrond met oplegging van de maatregel waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TNOKROT:2010:YC0443 Kamer van toezicht Rotterdam 29a/09 en 29b/09

     Klager verwijt de notarissen dat hun kantoor wordt aangeprezen op de website van Voorne Totaal Wonen te Brielle. Uit de gegevens van het Handelsregister blijkt dat Voorne Totaal Wonen een onderneming is die zich onder andere bezighoudt met makelaarswerkzaamheden. Tevens wordt de notarissen verweten dat zij in de etalage van [naam] Makelaardij te [plaats] op de lichtkrant een advertentie van hun kantoor hebben laten plaatsten. Klager stelt dat de notarissen hierdoor in strijd handelen met artikel 17 van de Wna, artikel 26 van de Vbg en de beleidsregel. Klager stelt dat de notarissen bewust de beleidsregel overtreden. Vanaf 2005 heeft klager namelijk meerdere malen aandacht besteed aan de beleidsregel adverteren via verwijzers zowelin het Notariaat Magazine als op Notarisnet. Klacht gegrond met oplegging van de maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2010:YC0433 Kamer van toezicht Amsterdam 41855 / NT 09-10 Pee

    Notaris heeft een zaak aangenomen waarin zijn kantoorgenoot als koper optrad. Sprake van de vervaltermijn van artikel 99 lid 12 Wna.

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2010:YC0434 Kamer van toezicht Amsterdam 418563 / NT 09-11 Pee

    Het verwijt van klaagster, dat de notaris de schijn heeft opgewekt als notaris en koper in één te hebben gehandeld, althans dat er sprake was van een één-tweetje met zijn kantoorgenoot, wordt door de kamer niet beoordeeld aangezien in casu de vervaltermijn van 3 jaar (ingevolge art. 99 lid 12 Wna) is verstreken.

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2010:YC0435 Kamer van toezicht Amsterdam 430030 / NT 09-23 Pee

    Kamer komt aan inhoudelijke beoordeling van de klacht niet toe, aangezien hier sprake is van de vervaltermijn van artikel 99 lid 12 Wna. Volgt een niet-ontvankelijkverklaring. Aan klager sub 2 moet worden toegegeven dat de notaris voortvarender had kunnen zijn bij het uitbetalen van de koopsom. Echter, de kamer is van oordeel dat de notaris daarvoor tuchtrechtelijk geen verwijt kan worden gemaakt. Dit klachtonderdeel wordt daarom ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0429 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-36

    De notaris heeft in een regionaal blad geadverteerd in strijd met artikel 17 Wna, artikel 26 Vbg in samenhang met de Beleidsregel Adverteren via verwijzers. Dat zulks buiten medeweten van de notaris geschied is, maakt het niet anders. Notarissen blijven verantwoordelijk voor hun handelen en nalaten ten aanzien van deze regelgeving en dienen aantoonbaar en met de nodige maatregelen ter afstemming met hun verwijzers ervoor te zorgen dat zij deze regels niet overtreden. Gebleken is, dat de notaris de regie over de plaatsing van haar advertenties kennelijk en ten onrechte heeft overgelaten aan de uitgever met het gevolg als voormeld. Klacht gegrond, echter onvoldoende aanleiding om een maatregel op te leggen. De Kamer neemt bovendien in aanmerking dat dit de eerste keer is en dat de notaris ter zitting haar spijt heeft betuigd en heeft toegezegd herhaling te zullen voorkomen.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0430 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-37

    Klacht ongegrond dat de notaris (1) klager verkeerd heeft voorgelicht, met name door niet aan klager als particulier te melden dat de opgegeven tarieven voor zijn werkzaamheden moeten worden vermeerderd met BTW, (2) geen tijdig en voor klager bevredigend antwoord heeft gegeven op de vragen van klager, met name op klagers vraag over de wijze van verrekening van zakelijke lasten en (3) onnodige werkzaamheden heeft verricht en kosten heeft gemaakt bij zijn recherche naar de eigendomsverkrijging, waardoor hij al met al (4) een hoger honorarium in rekening heeft gebracht dan hij tevoren met klager had afgesproken en (5) zich jegens klager niet onafhankelijk heeft gedragen. Bij dit oordeel heeft de Kamer mede in aanmerking genomen dat klager zelf met het gebruik van termen als “oplichting” en “chantage” zich herhaaldelijk onnodig grievend over de notaris en diens kantoor heeft uitgelaten.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0431 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-26

    Klacht ongegrond dat de kandidaat-notaris als executeur in de nalatenschap van klagers moeder niet verhinderd heeft, dat klagers broer als executeur in de nalatenschap van klagers vader € 10.000 van de en/of bankrekening van de erven naar zichzelf heeft laten overmaken, waarop de kandidaat-notaris de nalatenschap van de moeder afgewikkeld heeft zonder deze overmaking afdoende te corrigeren.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0432 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-30

    Tussenbeslissing. De tuchtrechtelijke procedure blijkt in het eerste klachtonderdeel ten nauwste verweven te zijn met de bij de rechtbank aanhangige civielrechtelijke bodemprocedure. In beide procedures gaat het over hetgeen tussen klager en de notaris gebeurd is, waarbij elke instantie een en ander dient te beoordelen vanuit haar beoordelingskader. De Kamer is van oordeel dat zoveel mogelijk vermeden moet worden dat de vaststelling van hetgeen tussen partijen gebeurd is in beide procedures uit elkaar gaat lopen. Nu de civielrechtelijke procedure aanhangig is en de civiele rechter beter dan de tuchtrechter geëquipeerd is om de feiten vast te stellen, ligt het voor de hand in de tuchtrechtelijke zaak de beoordeling op het eerste klachtonderdeel en de beslissing over alle klachtonderdelen aan te houden totdat in de civielrechtelijke zaak een onherroepelijk eindoordeel is gewezen. De Kamer houdt daarom de verdere beoordeling en beslissing in deze tuchtprocedure aan tot dat moment, in afwachting van ontvangst van kopie van bedoelde einduitspraak via de meest gerede partij.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0428 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2008/871

    Klagers stellen dat de notaris zich ten onrechte heeft opgesteld als boedelnotaris. De Kamer is van oordeel dat uit feiten en omstandigheden volgt dat de notaris moet worden beschouwd als boedelnotaris althans dat ervan kan worden uitgegaan dat de erfgenamen (uitdrukkelijk dan wel stilzwijgend) hebben ingestemd met het verrichten van werkzaamheden als die van een boedelnotaris door de notaris. Niet gebleken is dat de notaris anderszins bij de afwikkeling van de nalatenschap onjuist heeft gehandeld. Klachten zijn ongegrond.